Misverstanden rond blindengeleidehonden
Blindengeleidehonden bieden blinde en slechtziende personen een enorme meerwaarde. Deze honden helpen bij het ontwijken van obstakels (zowel in breedte als hoogte), zijn opmerkzaam en kunnen zelfstandig gevaar herkennen, en volgen opdrachten nauwkeurig op. Met een blindengeleidehond krijgt de eigenaar niet alleen veel mobiliteitsvrijheid, maar ook een nieuw maatje waarvoor hij verantwoordelijk is. Bovendien vergemakkelijkt een geleidehond sociale interacties voor blinden of slechtzienden, wat hun zelfvertrouwen kan verhogen. Ondanks de vele voordelen bestaan er nog steeds fabels en misverstanden over blindengeleidehonden, vaak veroorzaakt door onwetendheid.
Will to please
De rassen die worden opgeleid als blindengeleidehond hebben een sterke 'will to please'—ze staan graag in dienst van mensen. Labradors, golden retrievers, en enkele herder- en poedelrassen, evenals hun kruisingen, hebben van nature een sterke werkdrang. Het is onjuist te denken dat een geleidehond niet graag werkt; het zit in hun aard om te willen werken. Dit geldt ook voor
verschillende soorten assistentiehonden.
Selectie van de pup
De geleidehondenschool koopt pups bij fokkers die zich richten op het verbeteren van de rasstandaard en niet op massale vermeerderen. Het is cruciaal dat de fokker al begint met de basissocialisatie van de pups, wat later door de
puppypleeggezinnen verder wordt uitgebouwd. De geleidehondenschool kiest zorgvuldig de fokker en de pups om erfelijke afwijkingen en aandoeningen te vermijden. Vaak wordt gewerkt met
honden met een stamboom, zodat er informatie beschikbaar is over de gezondheid en achtergrond van de ouderdieren. Een toekomstige blindengeleidehond verlaat het nest op de leeftijd van zeven tot acht weken. Geledehondenscholen kopen geen pups bij winkels of boerderijen. De selectieprocedure is grondig en richt zich op gezondheid, karakter, leergierigheid, en sociale vaardigheden van de pups.
Geleidehond (in spe) blijft een hond
Pup
Een geleidehond in spe is in de eerste plaats nog een hond. De pup verblijft ongeveer één tot anderhalf jaar in een
puppypleeggezin voor socialisatie, zindelijkheidstraining en gehoorzaamheidstraining. De honden mogen hun puppy-natuur uitleven door te spelen met andere dieren en mensen, en door los te lopen in het bos. Het pleeggezin leert de pup terugkomen op een fluitsignaal en laat de pup de hand van de eigenaar aansteken om te signaleren dat hij weer bij de eigenaar is. Aspirant-blindengeleidehonden worden meegenomen naar openbare plaatsen zoals
het openbaar vervoer, restaurants, dokters, en winkels. Een pup mag nooit langer dan twee tot vier uur alleen blijven; hij is meestal bij zijn eigenaar. Een geleidehond in opleiding is absoluut niet zielig.
Geleidehond
Wanneer de geleidehond eenmaal in functie is, blijft hij voor 90% van de tijd een gewone
huishond. Hij mag spelen in de modder, zwemmen, deelnemen aan trek- en apporteerspelletjes, en zich uitleven met mensen en andere dieren. Thuis is hij een gewone huishond die geaaid mag worden door huisgenoten en bezoekers en volop mag spelen.
Betalen
In Nederland en België vergoeden respectievelijk de zorgverzekeraar en de overheid een (groot) deel van de opleidingskosten van een blindengeleidehond via erkende geleidehondenscholen. Belgische geleidehondenscholen ontvangen vanuit het VAPH een
lager bedrag dan Nederlandse scholen, wat leidt tot langere wachtlijsten in België. De totale opleidingskosten van een blindengeleidehond bedragen ongeveer 20.000 tot 25.000 EUR. Zowel in Nederland als België hoeft een blinde of slechtziende persoon niets uit eigen zak te betalen voor een hond van een erkende school. De scholen zoeken het resterende bedrag bijeen via sponsoring,
de dopjesactie, en andere activiteiten. Het is een misverstand dat een blinde of slechtziende persoon rijk moet zijn om een geleidehond te krijgen.
Opleiding
De opleiding van een geleidehond duurt in totaal ongeveer 2 tot 2,5 jaar. De eerste fase vindt plaats bij het pleeggezin, gevolgd door ongeveer een jaar opleiding bij de geleidehondenschool vanaf de leeftijd van ongeveer 1 jaar. De derde fase bestaat uit de training met de toekomstige eigenaar, waarbij de geleidehondenschool via
matching de beste match tussen hond en baasje zoekt. Het is onjuist te denken dat de eerste hond die afstudeert, naar de persoon gaat die het langst wacht. De laatste opleidingsfase, zowel intern bij de school als thuis bij de gebruiker, is intensief. De gebruiker leert niet alleen hoe met de hond te werken, maar ook hoe de hond uit te laten, te voeden, en als huishond te verzorgen. Tevens omvat de training een theoretische basis over honden en medische lessen. De geleidehondenschool geeft een hond niet zomaar aan een blinde of slechtziende persoon nadat de opleiding is voltooid.
Geen robot
Een geleidehond is geen robot en kan af en toe fouten maken tijdens het werk. Hij brengt de eigenaar met
visuele handicap echter nooit in direct gevaar. Afleiding door mensen of andere honden kan de concentratie van de geleidehond beïnvloeden en leiden tot problemen.
Hoewel een geleidehond zich over het algemeen gedraagt als een nette huishond, kan hij af en toe wat "kattenkwaad" uithalen. Dit herinnert eraan dat een geleidehond nog steeds een hond is, met beperkingen en behoeften.
Zelf beslissingen nemen
Een blinde of slechtziende eigenaar moet zelf beslissingen nemen en gezond verstand gebruiken tijdens het gebruik van een blindengeleidehond. Hij is verantwoordelijk voor het kiezen van de route en moet deze goed kennen. Een geleidehond bepaalt niet zelf de route; hij volgt de commando’s van de eigenaar en zorgt ervoor dat de eigenaar geen obstakels tegenkomt. De interactie tussen de eigenaar en de hond is een samenwerking waarbij beide partijen een cruciale rol spelen.
Beugel
Geleidehonden dragen een tuig (ook wel harnas genoemd) met een beugel die als een soort "handvat" dient voor de eigenaar. Dit handvat is bedoeld om de bewegingen van de hond te voelen en obstakels in te schatten, niet om de hond te sturen naar een specifieke bestemming. De eigenaar duwt zijn hond nooit vooruit; de beugel is ontworpen om geen druk- of schuurplekken te veroorzaken.
Gepensioneerde en afgekeurde geleidehonden
Een
gepensioneerde geleidehond blijft vaak bij de eigenaar of gaat naar een familielid of het puppypleeggezin waar de hond opgroeide. Een
afgekeurde blindengeleidehond krijgt een goed thuis, vaak bij het pleeggezin of voor een ander sociaal doel zoals een woonzorgcentrum, palliatieve zorg in een ziekenhuis, bij een rolstoelgebruiker, als buddyhond, of als autismegeleidehond. Gepensioneerde of afgekeurde blindengeleidehonden komen nooit in een asiel terecht en worden niet ingeslapen.
Lees verder