Openbaar vervoer met een blindengeleidehond
Mensen met een visuele handicap nemen net als iedereen het openbaar vervoer. Een blindengeleidehond helpt een blinde of slechtziende persoon om zelfstandig de bus-, trein-, tram- of metrohalte te bereiken. Daarnaast zorgt de hond er voor dat de baas veilig in- en uitstapt en een goed plekje bemachtigt in het openbaar vervoer. Dankzij enkele tips is het voor geleidehondgebruikers makkelijker om zich een weg te banen in en rond het openbaar vervoer.

Op het perron /
Bron: Kim Bols, http://www.visuelehandicap.beRoute naar de halte / het station met blindengeleidehond
Een bekende bus, metro- of tramhalte of een vaak gebruikt station kent de geleidehond waardoor hij er meteen met de baas naartoe gaat als hij hiervoor de opdracht geeft. Wanneer de baas steeds op hetzelfde perron een trein nodig heeft, gaat de blindengeleidehond hier steevast naartoe. Onbekende haltes of stations zijn ook mogelijk dankzij de gps, al is het natuurlijk voor een
hond onmogelijk om te weten waar hij precies moet stoppen of wat hij moet aangeven. Het is daarom steeds nodig om hulp te vragen aan ziende personen.
Vooral bij de trein is het mogelijk om assistentie aan het treinpersoneel aan te vragen via het stationsloket of via een website. Op deze manier brengt een begeleider hem naar het juiste spoor en geraakt hij samen met de hond veilig op de trein. Soms brengt treinpersoneel de geleidehondgebruiker nog naar een ander vervoersmiddel. Vaak is het lastiger om aan een bus-, tram- of metrochauffeur te vragen om de visueel gehandicapte persoon naar het station te brengen, maar vanaf de trein is het veelal wel eenvoudiger om naar een ander vervoersmiddel te gaan met assistentie.

Instappen /
Bron: Kim Bols, http://www.visuelehandicap.beInstappen als blinde of slechtziende persoon
Geleidehondgebruiker
De baas hoort meestal het vervoersmiddel aankomen, of vraagt aan ziende personen om te verwittigen wanneer zijn of haar vervoersmiddel en eventueel het bijhorende lijnnummer er aankomt. Daarna geeft hij een zoekopdracht aan de hond die vervolgens een open deur of gesloten deur aangeeft en/of een deurknop indrukt. De knop aangeven kan of doet niet elke hond standaard, en zeker niet als het mogelijk gevaar oplevert voor de baas en/of hond zelf. Bij een bus geeft de geleidehond in principe de eerste deur aan de voorkant van de bus aan. Dit is de instapdeur bij de buschauffeur.
De meeste blinden en slechtzienden stappen alleen een bus, trein, tram of metro op. Het is afhankelijk van persoon tot persoon wanneer hij trouwens graag wenst in te stappen. Sommigen verkiezen om eerst te willen instappen, nog voor de andere reizigers instappen. Zo is het misschien mogelijk om een goede zitplaats te bemachtigen. Anderen prefereren om laatst in te stappen, zodat het stellen van vragen of het opvragen van informatie aan de chauffeur perfect mogelijk is. Soms vraagt de blinde of slechtziende persoon aan de chauffeur om te stoppen aan een bepaalde halte.
Best rijdt de chauffeur nog niet door maar wacht hij geduldig omdat het mogelijk is dat de persoon in een foute bus, tram of metro blijkt in te stappen. Niet iedereen heeft een voorkeur overigens. Zo is het perfect mogelijk dat iemand gewoon tussenin in een groepje reizigers instapt. Het instapritueel is per vervoersmiddel, geleidehond en/of geleidehondenschool verschillend. Zo is het mogelijk dat de blindengeleidehond de voorpoten op de trede of vloer zet. De visueel gehandicapte baas heeft de geleidehond in de linkerhand vast (soms met de beugel maar soms houdt hij de leiband vast en ligt het tuig op de rug van de hond), en de hond wacht steeds enkele seconden aan de trede totdat de baas zijn voet(en) ook op de trede gezet heeft, alsook dat hij de leuning aan de rechterkant vasthoudt met de rechterhand. Andere blindengeleidehonden springen meteen in een vervoersmiddel waarbij de geleidsehondgebruiker ook de kans heeft om de leuning vast te nemen bij het instappen.
Personeel
De chauffeur stopt even aan een halte wanneer hij een persoon met een
visuele handicap ziet staan. Niet altijd hoort iemand de bus, metro of tram aankomen. Zeker voor doofblinden is het erg lastig om in te schatten wanneer zijn vervoersmiddel arriveert. Het is voor veel blinden en slechtzienden moeilijk om een handgebaar te maken wanneer hij een bus, metro of tram hoort aankomen. Zeker bij verkeersdrukte, regen, wind, wegwerkzaamheden enzovoort. Soms ligt er een
voelbare rubberen waarschuwingstegel op de straat waar een bus, tram of metro hoort te stoppen met de voordeur. De chauffeur stopt hier in de mate van het mogelijke wanneer hij hier een persoon met een visuele beperking op ziet staan. Sowieso is het aanbevolen om de voordeur te openen vlakbij de plek waar een blinde of slechtziende persoon staat.
De chauffeur doet
beide instapdeuren open zodat de hond en baas voldoende ruimte hebben om in te stappen. De blinde of slechtziende persoon vraagt soms om hem of haar te
verwittigen wanneer hij/zij aan een bepaalde halte of plek is. De chauffeur mag dit uiteraard ook zelf spontaan vragen. Eventueel vraagt de chauffeur aan reizigers om
plaats te maken indien het erg druk is. De chauffeur wacht totdat de blinde of slechtziende persoon is
gaan zitten en rijdt dan pas verder. Uiteraard zorgt hij ervoor dat ook alle andere instappende reizigers netjes zijn gaan zitten alvorens door te rijden.

Plaats hond /
Bron: Kim BolsIn het vervoersmiddel: Soms dichtbij chauffeur
Geleidehondgebruiker
Sommige personen verkiezen om dichtbij het toilet, dichtbij de uitstapdeur, dichtbij de chauffeur, conducteur of op een nog andere voor hem bekende plek te willen zitten. De geleidehond zoekt in principe steeds een vrije plaats. De baas plaatst de hond in de mate van het mogelijke onder de zetel zodat hij voor de andere reizigers geen hinder vormt. Hij draagt normaliter geen tuig voor langere treinreizen, al houden sommige bazen het tuig wel aan voor de herkenbaarheid.
De geleidehond ligt rustig in het openbaar vervoer, indien mogelijk onder de zetel zodat hij andere reizigers niet hindert, en draait zich eventueel om zodat hij niet met zijn hoofd tegen de muurwand ligt maar in staat is de mensenmassa in de gaten te houden alsook om meteen uit te stappen met de baas wanneer dat nodig is. In de bus draagt de hond soms een tuig maar soms ook niet, zeker niet bij lange(re) reizen.
Personeel
Het is altijd handig wanneer de chauffeur het auditieve belsignaal en het eventueel aanwezige auditieve omroepsysteem activeert. Deze staan soms uit waardoor het moeilijk te beoordelen is of er reeds gebeld is of niet alsook waar hij zich bevindt.

Uitstappen /
Bron: Kim Bols, http://www.visuelehandicap.beUitstappen
Geleidehondgebruiker
Soms weet een blinde of slechtziende persoon perfect wanneer hij moet uitstappen. Dit is mogelijk dankzij gps, uit gewoonte of omdat hij voelt of nog ziet wanneer hij moet uitstappen. Maar ook medereizigers, de conducteur en de chauffeur verwittigen mogelijk de blinde of slechtziende persoon wanneer hij moet uitstappen.
Normaalgezien stapt de geleidehondgebruiker pas uit wanneer het vervoersmiddel volledig is gestopt zodat de hond en baas een stabiel evenwicht hebben. Dit impliceert dat de chauffeur geduldig wacht totdat de geleidehondgebruiker is uitgestapt. Blinden en slechtzienden hebben bij de bus, tram en metro uitzonderlijk toelating om de eerste deur te gebruiken om uit te stappen (instapdeur).
Personeel
De chauffeur parkeert in de mate van het mogelijke op een plek waarbij de instap- of uitstapdeur niet vlak voor een paal, vuilnisbak, boom, struik, grote plas, geparkeerde auto enzovoort staat. Een
veilige en ruime parkeerplaats is evenwel niet steeds haalbaar, vandaar dat de chauffeur dit even meldt aan de blinde of slechtziende reiziger. Het is namelijk mogelijk dat de geleidehond weigert uit te stappen wanneer hij een obstakel ziet. De geleidehondgebruiker dient hiermee rekening houden en neemt desgewenst de hond aan de leiband mee naar buiten.

Hulp bij in- en uitstappen /
Bron: Kim Bols, http://www.visuelehandicap.beDe chauffeur wacht geduldig wanneer een geleidehondgebruiker uitstapt. In de trein blijft de conducteur in de buurt van de blinde of slechtziende persoon aanwezig wanneer hij moet uitstappen. Sommige
deuropeningssystemen zijn namelijk niet altijd even makkelijk en logisch. Daarom vraagt de conducteur of een medereiziger of hij even moet helpen. Heeft de blinde of slechtziende persoon assistentie gevraagd aan het uitstap- of overstapstation, dan kijkt de conducteur even of effectief een begeleider klaarstaat of op komst is. Indien nodig belt hij het station op om assistentie te voorzien indien de vooraf geregelde begeleiding er niet is.
Tips: Geleidehondgebruiker neemt openbaar vervoer
Wanneer een geleidehondgebruiker een trein, tram, metro of bus neemt, dan zijn er een aantal algemene zaken waar iedereen best rekening mee houdt.
Respect
Meestal is iemand met een visuele beperking perfect in staat te melden of en zo ja waarbij hij hulp nodig heeft. Hulp aanbieden is natuurlijk wel mogelijk, maar de ziende persoon dient natuurlijk wel te respecteren dat een blinde of slechtziende persoon dit niet altijd wil of nodig heeft. Het is met andere woorden onnodig om de beugel van de hond, de witte stok en/of de geleidehondgebruiker zelf vast te nemen. Even navragen is daarom altijd het handigste.
Geduld is daarnaast een schone zaak. Dring zeker niet voor bij het in- of uitstappen want op deze manier ontstaan snel ongelukken, al dan niet met een slechte afloop.
Trappen
Een blinde of slechtziende persoon neemt met zijn of haar blindengeleidehond enkel een vaste
trap of lift en
geen roltrap. Dit is namelijk gevaarlijk voor de nagels van de hond en heeft hij in de opleiding bijgevolg niet geleerd. Bovendien loopt een geleidehondgebruiker altijd
aan de rechterkant van de trap om met de rechterhand de leuning vast te houden, of de beugel vast te nemen en aan de rechterkant te lopen. Daarom gaan mensen niet zitten aan die kant van de trappen of lopen ze niet aan die kant omhoog terwijl de geleidehondgebruiker daar net omlaag gaat of omgekeerd.
Afleiden van de hond
Ook het aaien of afleiden van de geleidehond is een belangrijke factor waarmee mensen rekening dienen te houden. Sommige bazen met een geleidehond laten dit oogluikend toe, al dan niet wanneer de hond nog een tuig draagt. Anderen willen het niet en nog anderen doen het tuig uit waardoor het wel mag. Daarom vraagt iemand best of hij de hond al dan niet mag aaien en begint hij niet direct te hond te strelen. Voor sommige geleidehondgebruikers is het aaien van een geleidehond in het openbaar vervoer, al dan niet met tuig aan, een enorm groot probleem. Zo is het mogelijk dat de hond mee wil uitstappen als de lieve aaiende persoon ook moet uitstappen. Of misschien wil de hond wel niet uitstappen als de baas er uit moet, juist omdat hij zoveel leuke strelingen krijgt. Een aai is namelijk steeds een beloning voor de hond, en voor sommige geleidehonden is het aanbevolen at deze beloning enkel van de baas komt, zeker als hij in tuig is. Bij langere trein-, tram- of busreizen is het tuig van de geleidehond vaak uit, maar ook hierbij geldt dat zomaar beginnen
aaien of afleiden van de hond niet is toegestaan. Dit geldt voor zowel personeelsleden als reizigers. Het lijkt misschien wel wat vreemd dat het niet mag als de hond geen tuig aan heeft of rustig stil ligt met tuig aan, maar de hond ligt toch onder
commando op de vloer en hoort daar ook te blijven liggen.

Zitplaats /
Bron: Kim BolsZitplaats
Reizigers bieden een zitplaats aan voor mensen met een beperkte mobiliteit, personen met een handicap, senioren, zwangere personen enzovoort. Dit geldt eveneens voor geleidehondgebruikers. In principe zijn de invalidenplaatsen of voorbehouden plaatsen voor deze doelgroep bedoeld. De chauffeur draagt hier eventueel aan bij door te melden of en zo ja waar een vrije plaats beschikbaar is. Tevens wacht de chauffeur tot iedereen veilig is gaan zitten.
Vrije ruimte
De reizigers plaatsen in de mate van het mogelijke zo weinig mogelijk tassen, buggy's en andere materialen midden in het gangpad. Soms blokkeert de geleidehond hierdoor wat erg gevaarlijk is, zeker als de chauffeur plots toch besluit door te rijden en de geleidehondgebruiker hierdoor geen grip heeft.
Geen vuilnis
Bussen, treinen, trams, metro's, perrons horen netjes te zijn. Aan de haltes of in het openbaar vervoer zelf bevinden zich voldoende vuilnisbakken of vuilniszakjes. Reizigers gooien daarom kauwgom, frieten en ander afval in de daarvoor bestemde zak of bak. Het is immers niet de bedoeling dat de hond gaat snacken en/of vol vuilnis hangt. Zeker kauwgom is erg hinderlijk voor zowel hond als baas.