Een blindengeleidehond op school
In België en Nederland zijn er enkele honderden blindengeleidehonden die blinde of slechtziende personen helpen bij het navigeren en vergroten van hun mobiliteit. Sommige geleidehondgebruikers zijn nog schoolgaand, variërend van middelbare scholieren tot studenten in het hoger of universitair onderwijs. Daarnaast volgen veel geleidehondgebruikers avond- of volwassenenonderwijs, waarbij zowel de gebruiker als de hond in de schoolomgeving terechtkomen. Met enkele praktische aanpassingen en tips kunnen blinde of slechtziende personen zich met hun geleidehond goed integreren in een schoolomgeving.
Voordelen van een blindengeleidehond op school
Een blindengeleidehond biedt diverse voordelen in een schoolomgeving:
Voor de baas met visuele handicap
De geleidehond helpt de gebruiker veilig en efficiënt op de bestemming te komen.
Energiebesparing: De gebruiker behoudt meer energie om zich te concentreren op de lessen, aangezien lopen met een
taststok veel vermoeiender is dan met een geleidehond.
Voor de schoolomgeving
De aanwezigheid van een hond kan de sfeer in de school aanzienlijk verbeteren. Veel medestudenten, docenten en andere medewerkers vinden het prettig om met de hond te praten, met hem te spelen of hem te begroeten.
Praktische aspecten
Wanneer een geleidehondgebruiker naar school gaat, zijn er enkele belangrijke stappen en aandachtspunten:
- Voorlichting en reglementen: Vaak wordt er eerst een voorlichtingssessie georganiseerd, waarbij informatie en regels over de aanwezigheid van de geleidehond worden gedeeld met studenten, docenten en andere medewerkers via een brief, schoolmagazine, digitaal leerplatform of e-mail.
- Inburgering: Een geleidehond wordt doorgaans snel geïntegreerd in de schoolomgeving. De hond ligt op een matje of op de vloer nabij de gebruiker, zonder tuig. Tijdens de lessen of maaltijden kan de hond rusten of zichzelf vermaken met een speeltje of kluif. De hond volgt de gebruiker overal in het schoolgebouw, maar de gebruiker houdt rekening met mogelijke allergieën van anderen door de hond tijdelijk niet mee te nemen indien nodig. Bij voorkeur worden oplossingen gezocht, zoals het laten oppassen door een schoolmedewerker of medestudent.
- Uitlaten: Tussen de lessen door en tijdens de middagpauze gaat de gebruiker met de hond naar buiten om even een frisse neus te halen. Dit kan ook een kort spelletje of een losloopwandeling omvatten.
Richtlijnen voor de schoolomgeving
Wanneer duidelijke afspraken zijn gemaakt over de omgang met de geleidehond, verloopt alles doorgaans soepel. Enkele richtlijnen zijn:
Voor schoolmedewerkers
- Route en Infrastructuur: De geleidehondeninstructeur bezoekt de schoolomgeving om de route te evalueren. De instructeur en de gebruiker bekijken de infrastructuur en de toegankelijkheid van het leslokaal. Bij voorkeur is het leslokaal gelijkvloers, hoewel dit geen absolute vereiste is. De hond kan trappen nemen of met de lift gaan, maar oude of drukke trappen kunnen gevaarlijk zijn. In geval van brand hoeft de gebruiker met een [ARTIKEL=161561]visuele handicap
geen trappen te nemen omdat de uitgang dichtbij is. Dit wordt eveneens door de instructeur beoordeeld.
Voeding en water: De geleidehond krijgt op school vaak een bak met drinken en soms ook voeding aangeboden. Het is handig als het lokaal dicht bij een toilet of cafetaria ligt, zodat vers water beschikbaar is. Sommige leslokalen hebben al een watervoorziening, wat voordelig is.
Benodigdheden: De blinde of slechtziende student heeft vaak diverse benodigdheden voor de geleidehond, zoals voerbakken, een matje of mand, een schoonmaakdoek, speeltjes, kluiven en geurdoekjes. Het is nuttig als er een gemakkelijk toegankelijke locker beschikbaar is om deze spullen op te bergen, of gebruik te maken van andere faciliteiten zoals opslag bij de receptie.
Uitlaatplaats: Het is belangrijk dat er een geschikte uitlaatplaats voor de hond is, zoals een stuk gras of een gebied met dolomiet, houtschors of bomen. Tijdens de thuisinstructie of nazorgtraining wordt dit aspect vaak besproken. Indien nodig moeten er afspraken worden gemaakt over het gebruik van een 'hondentoilet' als gras niet beschikbaar is.
Voor medestudenten en docenten
- Ruimte in de Klas: In drukke gangpaden kan het helpen om de bank van de volgende rij naar achter te schuiven en een stoel weg te halen, zodat de hond rustig in een hoekje kan liggen.
- Aula: In een aula is het ideaal als de geleidehond aan de kant ligt, bij voorkeur dichtbij een deur voor gemakkelijke toegang.
- Hulp bij verhuizing: Wanneer de gebruiker naar een ander lokaal gaat, kan het verhuizen van spullen en de hond soms lastig zijn. Vraag of hulp gewenst is bij het verplaatsen van de spullen en de hond.
- Afspraak bij Uitlaten: Maak afspraken over een vaste plaats voor het terugkomen na het uitlaten van de hond, vooral in drukke ontvangst- of gemeenschappelijke ruimtes.
- Aaitjes en spelen: Vraag vooraf of het toegestaan is om de hond te aaien of met hem te spelen. Soms vindt de gebruiker het fijn als medestudenten of docenten deelnemen aan het uitlaten, omdat dit sociale contacten bevordert en voorkomt dat de gebruiker naar medestudenten moet zoeken bij terugkomst.
- Voorkom rommel: Gooi geen etensafval of rommel op de grond. Een geleidehond kan onbewust eten van de grond, wat ongewenst kan zijn en negatieve gevolgen kan hebben voor de gezondheid van zowel de hond als de gebruiker.
Socialisatie en training
- Socialisatie: Een geleidehond moet goed gesocialiseerd zijn om te functioneren in de schoolomgeving. Dit houdt in dat de hond goed moet kunnen omgaan met verschillende mensen en situaties zonder angst of stress.
- Training: Regelmatige training en herhaling zijn essentieel om ervoor te zorgen dat de hond zijn taken effectief uitvoert en goed gedrag vertoont, zowel in de klas als tijdens andere schoolactiviteiten.
Met deze richtlijnen en tips kunnen zowel de blinde of slechtziende student als de schoolmedewerkers ervoor zorgen dat de aanwezigheid van een geleidehond in de schoolomgeving zo soepel en aangenaam mogelijk verloopt.
Lees verder