Geleidehondeninstructeur: Hond opleiden tot geleidehond
KNGF Geleidehonden in Amstelveen leidt verschillende soorten geleidehonden op, waaronder autismehonden voor kinderen, buddyhonden, hulphonden voor mensen in een rolstoel en uiteraard ook blindengeleidehonden. Jaarlijks leiden de geleidehondeninstructeurs van KNGF ongeveer honderd blindengeleidehonden op. De opleiding tot instructeur is bijzonder intensief en duurt drie jaar, waarbij de leerling gedurende deze periode fulltime in dienst is bij KNGF.
Het opleiden van een geleidehond: De rol van de instructeur
Wat doet een geleidehondeninstructeur?
De geleidehondeninstructeur is de sleutel tot het succes van een geleidehond. Deze gespecialiseerde professional is verantwoordelijk voor het opleiden van honden die blinde en slechtziende mensen kunnen helpen in hun dagelijkse leven. Het werk van een instructeur gaat verder dan het trainen van de hond om specifieke commando's uit te voeren; het omvat ook het ontwikkelen van de juiste interactie tussen hond en eigenaar. De instructeur zorgt ervoor dat de hond leert om veilig te navigeren in verschillende omgevingen, obstakels te vermijden, en zijn eigenaar effectief te begeleiden.
Vaardigheden en verantwoordelijkheden van een geleidehondeninstructeur
Een geleidehondeninstructeur moet beschikken over een breed scala aan vaardigheden, waaronder geduld, inzicht in hondengedrag en een diepe kennis van de menselijke interactie met honden. De instructeur is in staat om honden te motiveren, te corrigeren en te trainen op manieren die hen helpen om hun rol als geleidehond optimaal te vervullen. Dit vereist het vermogen om zowel de hond als de cliënt te begrijpen en hen te begeleiden naar een succesvolle relatie.
Competenties van een geleidehondeninstructeur
De afdeling "Opleiding" van KNGF Geleidehonden ontvangt maandelijks ongeveer tien open sollicitaties van kandidaten die geïnteresseerd zijn in de functie van geleidehondeninstructeur. Deze functie biedt veel voldoening, maar de opleiding tot instructeur is veeleisend. De rol vereist veel meer dan louter hobbymatige honden training. Een succesvolle geleidehondeninstructeur moet voldoen aan de volgende capaciteiten en kwaliteiten:
- Agogische en menselijke vaardigheden: De instructeur moet in staat zijn om blinde en slechtziende personen te coachen en op te leiden in het gebruik van hun geleidehond.
- Grondige hondenkennis en ervaring: Hoewel de opleiding vanaf de basis begint, is het belangrijk om een gedegen kennis van honden en hondentraining te hebben.
- Presteren onder hoge werkdruk: De instructeur moet in staat zijn om jaarlijks enkele honden van hoge kwaliteit op te leiden en af te leveren aan cliënten.
- Opleidingsvereisten: Een vooropleiding op minimaal MBO-niveau 4 of HBO, bij voorkeur met een didactische of agogische achtergrond.
- Natuurlijke karaktereigenschappen: Geduld, inlevingsvermogen, natuurlijk overwicht, sociale vaardigheden en tact zijn essentieel.
- Carrièremogelijkheden: Leerling-trainers moeten doorgroeien tot instructeur en dragen de verantwoordelijkheid voor het volledig opleiden en afleveren van blindengeleidehonden.
- Rijbewijs B: Een geldig rijbewijs B is vereist.
- Woonlocatie: Wonen op een redelijke reisafstand van Amstelveen of bereid zijn om te verhuizen.
- Lichamelijke conditie: Een uitstekende lichamelijke conditie is noodzakelijk.
- Zelfstandig en in teamverband functioneren: De instructeur moet zowel zelfstandig als in teamverband effectief kunnen werken.
Opleidingstraject: Honden voor blinde en slechtziende personen opleiden
De opleiding tot geleidehondeninstructeur duurt drie jaar en wordt intern bij KNGF Geleidehonden georganiseerd. Gedurende deze periode maakt de leerling-trainer een doorgroei door van leerling-trainer naar trainer en uiteindelijk naar instructeur.
Leerling-trainer
Als leerling-trainer start men met een jaarcontract bij KNGF Geleidehonden en werkt fulltime bij de organisatie. Tijdens het eerste jaar ontvangt de leerling-begeleider (een ervaren instructeur) begeleiding. Al snel krijgt de leerling-trainer de verantwoordelijkheid om een eigen hond te trainen. De opleiding leert de leerling-trainer dat honden soms een andere benadering nodig hebben. De leerling-trainer moet een balans vinden tussen kennis en intuïtie. Na een jaar training volgt een nieuw contract, en na anderhalf jaar kan de leerling promoveren tot trainer. Een vast contract wordt pas na twee jaar verleend.
Trainer
Als trainer draagt men kennis over aan de geleidehondgebruiker en concentreert men zich op de eindtraining. Tijdens deze fase leert de hond onveilige opdrachten te weigeren en zelfstandig te functioneren.
Instructeur
Na ongeveer drie jaar opleiding wordt de leerling getest door een externe, onafhankelijke geleidehondeninstructeur. Bij een positieve evaluatie wordt de trainer gepromoveerd tot instructeur. De instructeur kan nu cliënten trainen om effectief met hun geleidehond te werken.
Werkpakket van een geleidehond
Een blinde of slechtziende persoon kan niet anticiperen op visuele signalen van de geleidehond. Waar een ziende persoon visuele feedback krijgt over de prestaties van de hond, moet de instructeur vertrouwen op tactiele signalen die door de geleidehond worden doorgegeven. Dit kan een uitdagende taak zijn.
Een volledig opgeleide geleidehond moet de gebruiker veilig door het verkeer kunnen leiden. De instructeurs leren de honden vijf belangrijke vaardigheden:
- Obstakels op de grond en in de hoogte omzeilen
- Oriëntatiepunten aangeven
- Stoepen aangeven
- Taludweigering
- Trappen aangeven
Obstakels op de grond en in de hoogte omzeilen
Een opgeleide geleidehond moet in staat zijn om obstakels op de grond en op hogere niveaus te omzeilen zodat de blinde gebruiker veilig kan passeren.
Oriëntatiepunten aangeven
De hond wordt getraind om belangrijke oriëntatiepunten aan te geven, zoals een rateltikker of een zebrapad. Het aanbrengen van herkenningspunten zoals stoepen is ook cruciaal, omdat deze een potentieel struikelgevaar kunnen vormen. Geleidehonden geven ook hoogteverschillen aan, wat helpt om te identificeren waar de stoep begint en de rijbaan eindigt.
Stoepen aangeven
Tijdens de opleiding leren instructeurs de honden om zowel omhoog- als omlaaggaande stoepen aan te geven. De hond stopt aan de rand van de stoep en wacht op het
commando van de gebruiker om over te steken. De gebruiker beoordeelt op gehoor of het veilig is om over te steken. Na de oversteek zal de hond aangeven dat de gebruiker weer op de stoep staat door zijn poot op de stoeprand te plaatsen.
Taludweigering
Een belangrijke vaardigheid is taludweigering, waarbij de hond voorkomt dat de gebruiker op een perron valt, vooral als er geen trein is. De hond mag niet doorlopen op gevaarlijke gebieden en kan dit gedrag uitbreiden naar andere situaties waarin de hond moet weigeren door te lopen om gevaar te vermijden.
Trappen aangeven
Instructeurs leren de honden om trappen te herkennen en aan te geven. De hond plaatst de baas rechts bij de leuning om ondersteuning te bieden tijdens het omhoog- of omlaaggaan. De hond stopt wanneer de trap eindigt om te voorkomen dat de baas struikelt.
Andere scholen voor geleidehonden
Bovenstaande tekst betreft
KNGF Geleidehonden in Amstelveen. De opleiding tot geleidehondeninstructeur vertoont veel overeenkomsten met andere geleidehondenscholen in België en Nederland. Soms wordt de opleiding volledig intern aangeboden, terwijl in andere gevallen aanvullende cursussen bij binnen- of buitenlandse scholen worden gevolgd. KNGF Geleidehonden is de grootste blindengeleidehondenschool in Nederland en biedt veel expertise op het gebied van mobiliteitstraining. Omdat er geen Belgische of Nederlandse onderwijsinstellingen zijn die specifiek opleidingen voor geleidehondeninstructeurs aanbieden, wordt de opleiding doorgaans intern bij een geleidehondenschool verzorgd. Instructeurs nemen ook regelmatig deel aan (buitenlandse) congressen en studiedagen om hun kennis up-to-date te houden.
Een geleidehondeninstructeur doet veel meer dan enkel hobbymatig honden trainen. Naast een gedegen hondenkennis, zijn menselijke en agogische vaardigheden van groot belang voor een effectieve opleiding.
Misvattingen rond geleidehondeninstructeur: hond opleiden tot geleidehond
Er zijn veel misverstanden over het werk van een
geleidehondeninstructeur en het proces van het opleiden van een hond tot een
geleidehond. Hieronder worden enkele van de meest voorkomende misvattingen besproken.
Geleidehondeninstructeurs trainen elke hond op dezelfde manier
Een veelvoorkomend misverstand is dat alle honden op dezelfde manier worden getraind. Dit is niet waar; de training wordt aangepast aan de individuele behoeften van de hond en de specifieke eisen van de persoon die de hond zal gebruiken. Er wordt veel aandacht besteed aan het karakter van de hond, de gedragingen die verbeterd moeten worden, en de specifieke vaardigheden die nodig zijn voor een
blinde of slechtziende eigenaar.
Alle honden zijn geschikt om geleidehonden te worden
Niet alle honden zijn geschikt voor het werk van een geleidehond. Geleidehonden moeten specifieke eigenschappen hebben, zoals geduld, sociale vaardigheden, een sterk werkethos, en de capaciteit om afleidingen te negeren. Het is een misverstand om te denken dat elke hond, ongeacht het ras of de persoonlijkheid, geschikt is voor dit type training.
De training van een geleidehond is snel en eenvoudig
De training van een
geleidehond is geen snel proces. Het kan maanden tot zelfs jaren duren voordat een hond volledig opgeleid is om als assistentiehond te functioneren. De training is complex en vereist geduld, consistentie en nauwgezette begeleiding van de
geleidehondeninstructeur.
Geleidehonden kunnen onmiddellijk zelfstandig werken
Het is een misvatting om te denken dat een
geleidehond direct na de training zelfstandig kan functioneren. Na de basistraining volgt er een uitgebreide periode van integratie met de toekomstige gebruiker, waarbij de hond leert om zich aan te passen aan de specifieke behoeften van de persoon die hij zal begeleiden.
De hond wordt uitsluitend opgeleid om te navigeren
Hoewel het navigeren een cruciaal aspect is van de rol van een geleidehond, worden ze ook opgeleid voor andere taken, zoals het openen van deuren, het brengen van voorwerpen en het herkennen van gevaarlijke situaties. De hond moet in staat zijn om op een breed scala van aanwijzingen te reageren om het dagelijks leven van de gebruiker te ondersteunen.
Alle geleidehonden zijn van dezelfde rassen
Hoewel sommige rassen, zoals de labrador en de golden retriever, vaker worden geselecteerd voor training tot
geleidehond, kunnen ook andere rassen geschikt zijn. Het is een misverstand om te denken dat alleen bepaalde rassen geschikt zijn voor de taak van geleidehond.
De honden kunnen geen sociale interactie hebben tijdens hun werk
Er wordt vaak gedacht dat geleidehonden niet sociaal mogen zijn tijdens hun werk. Hoewel ze inderdaad gefocust moeten blijven op hun taak, hebben veel
geleidehonden de mogelijkheid om op een gepaste manier met andere mensen en honden om te gaan, vooral tijdens hun vrije tijd of buiten werktijd.
Lees verder