Kattenrassen: Brits Korthaar
Deze kortharige kat is afkomstig uit Engeland en is ontstaan aan het einde van de 19de eeuw. Door het kruisen met de beste katten en later ook met de Perzische Langhaar werd de Brits Korthaar gefokt. De forse kat is vrij gespierd en opvallend zijn de grote ogen en volle vacht. Hoewel hij graag in de buurt is van mensen, is het niet echt een schootkat. De Brits Korthaar is een erg vriendelijk en intelligent ras. Deze kat is gemakkelijk om te houden en hij past zich gemakkelijk aan. Ook is hij geschikt om als binnenkat gehouden te worden.
Het ontstaan
Aan het einde van de 19de eeuw werden er in Engeland katten gefokt voor een specifieke kleur en tekening in de vacht. Er werden de beste katten en later ook kruisingen met de Perzische Langhaar voor gebruikt, om deze kat te fokken zoals hij nu is. De invloed van de Pers gaf de kat meer volume en een grotere kop. Nog steeds wordt er af en toe een kruising gedaan met een Perzische kat om het mooie type te behouden. Omdat het lange haar in de genen zit, worden er af en toe kittens geboren met lang haar. In de jaren vijftig van de vorige eeuw waren er nog maar weinig Britse Kortharen. Vanaf toen hebben enthousiaste fokkers zich met dit ras bezig gehouden. Rond 1970 kwam de Brits Korthaar naar de Verenigde Staten en daar had het ras succes.
Het uiterlijk
De Brits Korthaar is een grote, compacte en krachtige kat met een fors lichaam en een korte rechte rug. Katers hebben bolle wangen en zijn meestal wat forser dan poezen. Zijn grote ronde kop heeft een breed schedel, een stevige kin en een korte brede neus. De neusaanzet mag niet te geprononceerd zijn, maar moet in een lichte welving lopen. Hij heeft een brede borst met stevige korte rechte poten en ronde voetjes. De oren zijn klein, breed aan de basis en afgerond aan de bovenzijde. Er zit een goede ruimte tussen de oren. Zijn grote ronde ogen staan ver uit elkaar en hebben geen oosterse vorm en staan dus recht geplaatst. De staart is breed aan de basis en loopt naar de top in een afgeronde punt.
Vacht
De vacht is kort en stevig en dicht bij elkaar geplant. Deze veerkrachtige vacht heeft een dichte ondervacht, geeft een goede isolatie, waardoor deze kat goed beschermd is tegen kou. De vacht mag niet te zacht, te wollig of te lang zijn. De haren mogen niet te dicht op het lijf liggen, maar moet lekker vol zijn. Vroeger werd de Brits Korthaar vooral in het blauw gefokt, maar tegenwoordig zijn we ook de kleuren: lilac, chocolade, kaneel en crème. De vacht vraagt wel enige verzorging en moet wekelijks uitvoerig geborsteld worden, en in de rui moet hij vaker geborsteld worden.
Karakter
Deze erg vriendelijke kat is over het algemeen erg rustig en ze zijn niet altijd aanhankelijk. Ze passen zich gemakkelijk aan in hun leefomgeving en hij kan ook prima als binnenkat in een appartement worden gehouden. Deze kat kan ook prima alleen zijn, maar hij past ook in een gezin met kinderen en andere huisdieren, zolang het maar niet te druk wordt. Mocht je er een andere kat of huisdier bij willen houden, neem dan een dier met een bijpassend rustig karakter. Toch is de kat graag alleen en moet hij zich terug kunnen trekken. De Brits Korthaar staat erom bekend dat hij erg lief en intelligent is. Sommige kattenliefhebbers bestempelen dit ras als de liefste kat die er is. Hoewel ze rustig zijn, kunnen ze wel erg grappig zijn als ze spelen. Hoewel ze zelfstandig zijn, zoeken ze af en toe het baasje op om lekker gekriebeld te worden. Het is niet echt een schootkat, maar hij ligt wel graag in de buurt van de mens. Zo ligt hij graag op een stoel naast je of op de bank.
Een Brits Korthaar in huis halen
Het beste kun je deze kat aanschaffen bij een cattery voor een raszuivere kat. Zoals geldt voor elke kat is het belangrijk dat hij goed wordt gesocialiseerd. Omdat de Brits Korthaar een erg zelfstandige kat is, is het bij dit ras extra belangrijk om hem aan mensen te laten wennen. Dus laat de kitten van begin af aan goed wennen aan andere huisdieren, kinderen, huisgenoten en jezelf. Zorg ervoor dat de kat gewend is aan opgepakt worden, mee moeten met de auto en gewend raakt aan alle geluiden in het huis. Als hij niet goed gesocialiseerd wordt, kan hij onwennig worden naar mensen toe en kan het samenleven voor beide partijen niet prettig worden. Meestal is een kitten al gesocialiseerd als je hem meeneemt naar huis, maar je moet er thuis wel mee doorgaan omdat het een nieuwe omgeving is waar hij aan gewend moet raken.
Lees verder