Vrijheidsdressuur: Spagaat
De spagaat is een leuke oefening en bovendien een hele nuttige. Hij is namelijk zeer geschikt om je paard lekker soepel te krijgen, en je kan hem gebruiken voor enkele andere oefeningen.
Vrijheidsdressuur
Er zijn twee belangrijke principes binnen de vrijheidsdressuur: je dwingt het paard nergens toe, en tijdens de training beloon je het paard zodra het iets goed doet. Het eerste vormt de basis van de oefeningen en komt terug in het woord: Vrijheid. Het belonen is belangrijk om je paard de oefening correct aan te leren. Hiervoor gebruik je bij voorkeur een clicker, maar ook je stem kan als signaal werken. Als beloning zijn snoepjes een optie, maar ook een aai of knuffel, even samen spelen, of zelfs gewoon eventjes rust. Kies iets wat jouw paard prettig vindt en wat hem of haar zal motiveren.
Wat is de oefening?
Het paard zet zijn benen ver uit elkaar, alsof hij een spagaat doet.
Benodigdheden
Hoe ga je te werk?
Deze oefening is erg goed voor het soepel houden en maken van de spieren, maar voor een ongetraind paard kan hij belastend zijn. Vraag de eerste keren dus niet teveel van je paard en train de oefening niet dagen achtereen.
De oefening is niet al te ingewikkeld om aan te leren. Belangrijk is wel dat je in jouw teken goed onderscheidt houdt tussen de
jambette, het voetje geven, de spagaat en later de berggeit.
Het is het gemakkelijkst om je paard naar voren te laten lopen terwijl hij zijn achterbenen laat staan. Dit kan je op verschillende manieren bereiken.
Vraag je paard een voetje te geven maar beloon alleen als hij zijn been verder naar voren terugzet. Dit heeft het risico dat hij verward raakt met de twee oefeningen, maar deze methode is snel omdat je paard die oefening al kent. Vraag de benen om-en-om en beloon steeds uitsluitend als je paard het been verder naar voren terugzet. Trek eventueel een lijn in het zand om dit te controleren.
Je kan ook het been van je paard zelf pakken en naar voren neerzetten: op dat moment clicker en beloon je, en gebruik je meteen een signaalwoord als 'spagaat'. Doe dit ook steeds om-en-om. Na een aantal keer kan je proberen of je paard het uit zichzelf gaat doen.
De laatste manier is door je paard naar voren te lokken. Pak een snoepje en hou dit net buiten zijn bereik. Als hij met zijn voorbeen een stap zet, clicker en beloon je. Dat doe je alleen als hij zijn achterbenen heeft laten staan. Experimenteer met verschillende hoogtes waarop je het snoepje houdt, misschien werkt de ene hoogte beter dan de ander.
Als je paard eenmaal doorheeft dat hij zijn benen naar voren moet zetten en zijn achterbenen moet laten staan, kan je de oefening uitbouwen. Laat hem in het begin maar een klein stukje naar voren stappen; later kan je hem steeds verder vragen. Beloon niet meer voor elk stapje, maar voor het eindresultaat.
Variaties
Een variatie op deze oefening is de berggeit. Hierbij doet je paard precies het tegenovergestelde: hij zet zijn benen zo dicht mogelijk bij elkaar. Hierbij worden de rugspieren goed opgerekt, het is dan ook belangrijk dat je paard het hoofd laag houdt. Die is het gemakkelijkst aan te leren met methode 2: de benen zelf pakken en neerzetten. Je kan de voorbenen naar achter zetten, of de achterbenen naar voren. Of je leert je paard een 'jambette' met zijn achterbenen, waarbij hij ze ook naar voren zet. Overvraag je paard ook met deze oefening niet!
Verder is de spagaat een goede basisoefening voor het compliment en de buiging.