Aandoeningen hond: melkkliertumor
Een melkkliertumor is een van de meest voorkomende kankersoorten bij de hond. Het komt bijna alleen maar voor bij een ouder teefje, waarvan ongeveer de helft kwaadaardig is. Wanneer je gezwellen ontdekt bij de melkklieren, raadpleeg dan een dierenarts. Samen wordt er bekeken welk behandelplan het beste past bij je hond. Honden die gesteriliseerd zijn, hebben minder kans op het ontwikkelen van een melkkliertumor omdat ze minder geslachtshormonen produceren.
Wat een melkkliertumor is
Wat vaak opvalt, is dat er één of meerdere bultjes in het melkklierweefsel zitten. Het is schrikken wanneer je dierenarts bevestigt dat je hond een tumor heeft aan de melkklieren. Bepaalde rassen hebben iets meer risico om melkklierkanker te ontwikkelen, zoals de Poedel, Engelse Cocker Spaniel,
Engelse Setter, Fox en Boxton Terrier. Zoals geldt voor elke vorm van kanker, is er sprake van een abnormale celgroei. Melkkliergezwellen zijn een van de meest voorkomende tumoren bij de hond en komt bijna alleen maar voor bij een teefje dat wat ouder is. Ongeveer de helft van de gezwellen is kwaadaardig.
Hoe het ontstaat
Hoe vaker de teef loops is geweest, hoe groter de kans op melkkliergezwellen is. Geslachtshormonen spelen een rol bij het ontstaan van een tumor. Deze aandoening komt niet voor bij honden die voor de eerste loopsheid zijn gesteriliseerd. In de melkkliertumoren bevinden zich bepaalde receptoren voor vrouwelijke hormonen. Door de hond op jonge leeftijd te steriliseren, zal de productie van deze hormonen stoppen. De melkklieren worden minder gevoelig voor het ontstaan van een tumor. Hoewel het minder vaak voorkomt, kan ook een reu een melkkliertumor ontwikkelen.
Diagnose
Het stellen van een diagnose is niet moeilijk. Aan de buitenkant zijn er in de buurt van de tepel knobbeltjes te voelen onder de huid. Soms kan er wat uitvloeiing uit de tepel komen. Aan de buitenkant kan niet vastgesteld worden of het om een goedaardig of kwaadaardig gezwel gaan. Meestal is een goedaardig gezwel klein en stevig. Om dit te achterhalen moet het gezwel worden aangeprikt, waarna de cellen onderzocht worden. Bij kwaadaardige tumoren zal ongeveer in 50 procent van de gevallen de tumor opnieuw terugkeren of uitzaaien na de eerste keer verwijderen van de tumor.
Behandeling
Een goedaardig gezwel kan uiteindelijk kwaadaardig worden. Daarom moet een gezwel altijd worden behandeld. Meestal wordt er gekozen voor een operatieve verwijdering van de tumoren. Eerst wordt er gekeken of er uitzaaiingen zijn. Bij een uitzaaiing in de longen is een operatie zinloos. Hoe eerder een kwaadaardig gezwel wordt verwijderd, hoe groter de kans op volledige genezing is. Wanneer de hond meerdere bulten heeft en aan beide kanten meerdere gezwellen heeft, wordt er soms gekozen om de hond in twee keer te opereren. Ongeveer driekwart van honden met een melkkliertumor kan genezen worden via een operatie. Er wordt bij een hond met melkkliertumoren weinig gekozen voor chemotherapie.
Operatie en röntgenfoto’s
Goedaardige melkkliergezwellen kunnen helaas op den duur kwaadaardig worden. Dat betekent dat operatieve verwijdering altijd het beste advies is. Voorafgaand aan de operatie worden röntgenfoto’s van de longen gemaakt om eventuele uitzaaiingen zichtbaar te maken. Bij uitzaaiingen naar de longen is een operatie zinloos. In dat geval hoeft de hond geen operatie meer te ondergaan. Als er geen uitzaaiingen in de longen te vinden zijn dan is behandeling altijd zinvol. Zeker bij kwaadaardige gezwellen geldt dat hoe eerder ze weggehaald worden, des te groter de kans op 100% genezing is. Vaak wordt er gekozen om meer weefsel weg te halen en meerdere tepels en lymfeweefsel te verwijderen, dit verkleint de kans op het ontstaan van nieuwe gezwellen.
Sterilisatie
Hormonen die vrijkomen tijdens een loopsheid vergroten de kans op het ontstaan van een melkkliergezwel. Sommige dierenartsen raden aan om de hond dan ook voor de eerste loopsheid te steriliseren. Dit reduceert de kans op het ontstaan van een melkkiertumor naar bijna nul procent.
Lees verder