Meeuwensoort: Kleine burgemeester, Larus glaucoides
De kleine burgemeester, Larus glaucoides, is een meeuwensoort die ongeveer 56 centimeter groot wordt. Hij lijkt sterk op de grote burgemeester, maar is kleiner en lichter gebouwd. Verder heeft hij een rondere kop en een kleinere snavel. Hij is witgekleurd met een blauwgrijze rug en vleugels. Hij broed in Groenland en Canada, en wordt maar zelden in Nederland gezien. Hij eet voornamelijk vis, maar is ook een aaseter. Deze meeuw wordt niet met uitsterven bedreigd.
Taxonomische indeling
- Rijk: Animalia (Dieren)
- Stam: Chordata (Chordadieren)
- Klasse: Aves (Vogels)
- Orde: Charadriiformes (steltloperachtigen)
- Familie: Laridae (meeuwen)
- Geslacht: Larus
- Soort: Larus glaucoides
Kenmerken
De kleine burgemeester is een meeuw die ongeveer 56 centimeter groot wordt. Zijn spanwijdte is tussen de 123 en 139 centimeter lang. Hij lijkt sterk op de grote burgemeester, maar wordt een stuk minder groot. Verder heeft hij een kleinere snavel, is minder zwaar gebouwd en heeft een rondere kop. Zijn ogen zijn redelijk groot, en helemaal donker. Een volwassen kleine burgemeester heeft een rode oogring. Verder heeft een adult een wit broedkleed, met een blauwgrijze rug en vleugels. De punten van de vleugels zijn wit. Jonge vogels zijn licht crèmekleurig, met bleke bruine strepen. De snavels van deze juveniele vogels zijn bruingrijs zonder zwarte punt. Deze heeft de grote burgemeester wel. In het winterkleed hebben ook volwassen vogels bruine strepen. Deze bevinden zich alleen op de kop.
Voortplanting
De kleine burgemeester broedt in Groenland en in Noord Canada. Ze broeden zowel alleen als in kolonies, deze van tot wel 2000 paartjes. Meestal aan de kust en in kliffen. Het nest wordt gemaakt van grassen, mossen en zeewier, ofwel op de grond ofwel tussen de kliffen. Gemiddeld worden er twee tot drie eieren gelegd. Deze zijn lichtbruin of geel gekleurd, vaak met bruine vlekken. De kleine burgemeesters beginnen in het einde van mei of begin juni met het nestelen. Beide ouders broeden op de eieren, het kost 25 dagen voordat deze uitkomen. Na ongeveer zes weken vliegen de jongen uit.
Voedsel
De kleine burgemeester eet voornamelijk vis. Hij eet ook wel eieren en jonge vogels, zaden, besjes en vuilnis, hoewel hij minder vuilnis eet dan de meeste andere meeuwensoorten. Hij vangt de vissen door aan de oppervlakte te duiken.
Verspreiding
Zoals al eerder gezegd broedt de kleine burgemeester in Groenland en in Noord Canada. Ze overwinteren in Noord Scandinavië, IJsland en het Verenigd Koninkrijk. In de rest van Europa komen ze af en toe ook in de winter, maar slechts in kleine aantallen.
Habitat
De kleine burgemeester komt voornamelijk langs kusten voor, soms ook bij grote meren. In de winter komen ze langs openingen in het ijs voor bij sterke stromingen en het omhoog komen van warmer water.
Bedreigd?
De kleine burgemeester is geen bedreigde vogelsoort.