Macropodus opercularis - Paradijsvis
De paradijsvis was na de goudvis de eerste aquariumvis. Hij kan namelijk ook in onverwarmde aquaria gehouden worden. Aan de watersamenstelling stelt hij geen hoge eisen, waardoor de paradijsvis ook een geschikte vis is voor beginnende aquarianen. Hij heeft wel een vrij ruim aquarium nodig.
- Wetenschappelijke naam: Macropodus opercularis
- Nederlandse naam: Paradijsvis
- Familie: Anabantidae (Labyrintvissen)
- Herkomst: China, Korea en Vietnam
Lengte
Tot ca. 10 centimeter.
Geslachtsonderscheid
De mannetjes zijn groter en kleurrijker dan de vrouwtjes. Ze hebben tevens langere vinstralen.
Aquarium voor paradijsvissen
De paradijsvis heeft een aquarium nodig dat minimaal 1 meter lang is. Zorg voor een donkere bodem en een beplant aquarium waarin zeker drijfplanten thuishoren. Een dekruit is absoluut noodzakelijk, omdat Paradijsvissen goede springers zijn.
Karakter
Houd altijd slechts één mannetje, omdat deze onderling zeer agressief zijn. De mannetjes kunnen buiten de paartijd ook agressief zijn tegenover het vrouwtje, dus zorg dat zij genoeg schuilplaatsen heeft.
Waterkwaliteit
- Temperatuur: 16-26
- PH: 7-7,5
- GH: 12-16
Voeding
De paradijsvis heeft een voorkeur voor levend en diepvriesvoer, maar droogvoer eten ze ook goed.
Paradijsvissen kweken
Het kweken van Macropodus opercularis is vrij eenvoudig en gaat net als bij andere labyrintvissen. Het mannetje bouwt een schuimnest, na het afzetten worden de eitjes door hem in het nest gespuwd en daarna verzorgt. Het vrouwtje wordt dan niet meer toegelaten bij het nest, het is raadzaam om haar te verwijderen uit de kweekbak. Zodra de eitjes uitkomen is het raadzaam om het waterpeil te laten zakken en de temperatuur iets op te schroeven. Voer de jongen met infuus en later met artemia. Er worden ca. 500 eieren afgezet.