Raskat: de Bengaal
De Bengaal heeft een heel natuurlijk uiterlijk, alsof ze zo uit de natuur bij de mens ingetrokken is. Niets is echter minder waar, want het ras is begin jaren zestig van de 20ste eeuw pas in de Verenigde Staten gefokt. Deze speelse en aanhankelijke kat wint steeds meer terrein in menig huiskamer. Wat is de Bengaal precies voor kat en waar voelt de kat zich het meest thuis?
Bengaal, de geschiedenis
De Bengaal is een kat die in 1963 voort is gekomen uit een Bengaalse tijgerkat en een huiskat. Het was Mrs. Jean Mill die deze katten bewust is gaan fokken en dit had te maken met de bonthandel die in die tijd hoogtij vierde en waarvoor wilde katten gebruikt werden, zoals de Bengaalse tijgerkat. Deze zogende katten werden, op het moment dat ze hun jongen verdedigden, doodgeschoten. De pels werd verkocht en de kittens werden te koop aangeboden. De kopers gingen uit van gewone huiskatjes en wisten niet wat ze in huis haalden met deze wilde katjes. Veel van deze katjes kwamen op straat of kwamen in dierentuinen terecht. Mrs. Jean Mill hoopte op deze manier dat de verkoop van de echte wilde katjes op deze wijze aan banden gelegd kon worden. Een weg die lang duurde en ook teleurstellingen bracht, maar uiteindelijk wel gelukt is.
Bengaalse tijgerkat
De Bengaalse tijgerkat (officieel Felis Bengalensis) komt oorspronkelijk in het wild voor in het oosten en zuidoosten van Azië. De noordelijk gelegen delen herbergen een ondersoort die een stuk groter is dan de Bengaalse tijgerkat die in het zuiden voortkomt. De grote soort kan wel tot zestig centimeter lang worden, terwijl de kleine niet groter wordt dan zo’n vijfendertig centimeter.
De huidige Bengaal is dus ontstaan uit de Bengaalse tijgerkat en een huiskat. Met de diverse fokprogramma’s duurde het tot 1999 voordat het ras officieel erkend werd door de FiFé en het succes van Mrs. Jean Mill bezegeld werd.
De bengaal, innerlijk en uiterlijk
Wie van een natuurlijk ogende en speelse kat houdt, komt al snel bij de Bengaal uit. Wat zijn de specifieke raskenmerken van de kat.
Het uiterlijk
Afhankelijk van de grootte van de kat kan het gewicht variëren van 3,5 kilogram tot wel 9 kilogram. Het uiterlijk van de Bengaal is er een die kracht uitstraalt. Deze middelgrote tot grote kat heeft een krachtig en gespierd postuur, maar is ook enorm gestroomlijnd. Ze is lenig en ze staat hoog op de achterpoten, met grote ronde voeten. De achterpoten zijn net iets langer dan de voorpoten.
De kat heeft een relatief smal kopje, zeker ten opzichte van het lijf. Het kopje is rond van vorm. De kleine oren zijn breed aan de basis en ietwat rond van vorm. De grote groen of geel gekleurde ogen staan ver uit elkaar en zijn ovaal en enigszins amandelvormig. Ze staan een beetje schuin richting de oren.
De kat heeft een indrukwekkende staart die gemiddeld van lengte is maar dik, zeker in verhouding tot de rest van het lichaam. De vacht, gemarmerd of gevlekt qua tekening, is kort en dik van structuur en is mooi glanzend. De kleurschakering is met zwart, bruin of roestkleur. De vacht heeft niet veel verzorging nodig, want éénmaal per week de vacht goed borstelen is meer dan voldoende. Eigenlijk is het borstelen niet eens noodzakelijk, maar de katten vinden het meestal gewoon erg prettig.
Er is nog een ivoorkleurige Bengaal en deze heet officieel anders, namelijk de sneeuwbengaal. Deze kat heeft overigens ook een afwijkende oogkleur, namelijk blauw.
Het innerlijk
Het karakter van deze kat is te omschrijven als vriendelijk, speels en aanhankelijk. Toch zit ook het eigenzinnige van de kat heel nadrukkelijk in dit ras verscholen. De kat komt graag op schoot zitten, maar alleen wanneer het de kat uitkomt. Het is een intelligente ietwat eigenzinnige kat die zichzelf met het speelse karakter prima bezig kan houden, maar ook gezelschap in de direct omgeving erg prettig vindt. De Bengaal blijft tot op hoge leeftijd een actieve kat.
De kat kan om zichzelf bezig te houden werkelijk alles gebruiken. Speeltjes voor de kat zijn oké, maar de wastrommel kan ook erg prettig zijn om in te kruipen en de computer (en dan met name het toetsenbord) is ook een gewild object voor de kat. Met de boodschappen uit de tas halen, helpt deze kat graag mee en zonder dat je het weet duikt de kat ook graag onder het dekbed. Echt bang van water zijn ze meestal niet, dus duiken ze ook op in de badkamer of vissen ze je aquarium of vijver in de tuin leeg. Zolang de kat genoeg speelmogelijkheden heeft, kan ze goed in huis leven.
De kat heeft ook iets van een hond, want ze vindt - door haar enorme nieuwsgierigheid - reizen eigenlijk wel prima. Leer ze aan de riem lopen als je wilt of draag haar in een speciale tas mee als je eropuit gaat.
Bron: Cognomine, Pixabay Een kitten kopen
Een kitten kopen doe je uiteraard bij een erkende fokker, raadpleeg de rasverenigingen voor advies. Dan heb je de grootste kans op een gezond kitten. Hij of zij zal ook met een contract en officiële papieren werken, wat niet onbelangrijk is. Zo weet je wat je van elkaar kan en mag verwachten.
Bengalen krijgen niet hele grote nesten (3 tot 4 maximaal), maar het zijn uitstekende moeders en dus krijg je een kitten bij circa 13 weken volledig opgevoed en doorvoed mee. Zorg vanaf dag één voor voldoende speelmogelijkheden in huis. Zo kan het kitten zich direct goed ontwikkelen.
Tot slot
Wil je een kat die de hele dag op schoot ligt, dan is de speelse Bengaal niet de kat voor jou. De Bengaal is actief en graag bezig. Als eigenaar moet je daar ook plezier in hebben. Daarnaast heeft de Bengaal de voor velen zeer aantrekkelijke wilde vachtkleur, alsof de kat zo uit de natuur gelopen komt.