Hou je paard gezond en gelukkig in de zomer
In tegenstelling tot de meeste mensen houden veel paarden niet erg van het warme zomerweer. Paarden hebben het al snel te warm en hebben last van vliegen en andere insecten.
Wij mensen hebben de neiging om te denken dat een paard zich goed voelt in omstandigheden die wij als aangenaam ervaren. Een paard komt van oorsprong echter uit veel noordelijker gelegen werelddelen, waardoor een paard warmte als onaangenaam ervaart. In de winter ziet men vaak juist dat een paard helemaal opleeft en een enorm plezier beleeft in de sneeuw. Men zegt wel eens dat een Arabier (uit het Midden-Oosten) beter tegen de kou kan dan een Fjord (uit Noorwegen) tegen de warmte. Dit geeft wederom aan dat een paard de kou van de winter beter verdraagt dan de warmte van de zomer.
Er zijn verschillende kleinigheden die wij het paard kunnen bieden om de zomer op een meer aangename manier door te komen, hieronder volgen enkele tips:
Zonnebrand
- Paarden met een roze neus kunnen net zo gemakkelijk verbranden als mensen met een lichte huid. U kunt hen het verbranden besparen door de roze delen van de huid in te smeren met zonnebrand. Doe dit een half uur voor u het paard buiten zet. Smeer regelmatig nieuwe zonnebrand op de neus, want door het grazen zal de aangebrachte zonnebrand er snel afgewreven worden.
Op het weiland
- Een paard moet natuurlijk nooit alleen staan, maar in de zomer is het extra belangrijk dat een paard met een maatje in de wei staat. Je zult zien dat de paarden kop aan staart gaan staan en zo de vliegen bij elkaar weg houden.
- Zorg ervoor dat een paard altijd een plek heeft om zich voor de zon en warmte te verschuilen. Zorg voor een schaduwplek in het weiland of voor een schuilstal.
- Zand wordt erg heet wanneer de zon erop staat. Indien het paard 24/7 buiten staat, zet hem dan op het warmste deel van de dag op het gras en pas als het weer wat is afgekoeld weer op het zand.
- Als het paard om de een of andere rede niet 24 uur per dag buiten kan staan, kies er dan voor om het paard overdag op stal te zetten en ’s nachts op de wei.
- Zet een paard dat veel last heeft van insecten binnen tijdens zonsopkomst en zonsondergang. Op deze tijdstippen zijn insecten het actiefst.
- Zorg dat het paard altijd de beschikking heeft over schoon water. Een paard drinkt ongeveer 25 liter op een dag (meer nog op een warme dag). Controleer het water regelmatig op dode dieren.
- Verwijder de mest regelmatig uit de weilanden, dit voorkomt dat er te veel vliegen worden aangetrokken.
Verkoeling
- Spoel de benen van het paard af en toe af met koud water. Dit afspuiten heeft een verkoelende werking en het voorkomt opgezwollen benen.
- Rijd vroeg in de ochtend of laat in de avond om zo weinig mogelijk last te hebben van de hitte en van insecten.
Insecten
- Borstel het paard regelmatig om jeuk te voorkomen. Controleer tijdens een poetsbeurt ook of een paard geen teken heeft. Want ook een paard kan de ziekte van lyme krijgen! Let ook op andere insectenbeten die om een behandeling vragen.
- Een vliegendeken helpt niet alleen tegen vliegen en andere stekende insecten, het zorgt er ook voor dat de vacht van een donker paard niet verbleekt in de zon.