Africhting van een veulen 3: vast staan en voetjes geven
Alle fasen in het africhten van een veulen moeten met geduld uitgevoerd worden. Men gaat pas een stap verder in de africhting als het veulen daar aan toe is en de tot nu toe aangeleerde oefeningen zonder problemen kan uitvoeren. In dit artikel komen een aantal aspecten binnen de africhting naar voren die noodzakelijk zijn op de voorbereiding tot het zadelmak maken, zoals leren vast te staan en voetjes te geven.
Leren vast te staan
Men kan pas beginnen met zadelmak maken als een veulen vertrouwen heeft gekregen in de mens en als hij als volgt de mens ook als zijn leider accepteert en de training braaf ondergaat. De volgende fasen moeten doorlopen worden om het veulen gemakkelijk in de omgang te maken. Wanneer een veulen in staat is om achter zijn leider aan te lopen aan een halstertouw wil dat zeggen dat hij ook kennis heeft gemaakt met de druk van een halstertouw. De volgende stap is dan om een paard te leren om vastgebonden te staan. Dit kan in het begin bij een paard nogal wat paniek veroorzaken. Want vergeet niet dat een paard van nature een vluchtdier is. Als je een paard vastzet en het dier merkt dat hij niet weg kan en zijn instinct kan volgen zal hij in paniek raken. De beste oplossing is om het paard dit gewoon te laten ondergaan. Sommige paarden die wat makker zijn zullen er misschien helemaal geen problemen mee hebben, maar andere paarden kunnen helemaal in paniek raken en zullen de eerste keren aan het touw gaan hangen en trekken. Het is dan ook verstandig om het paard voor de eerste keer bijvoorbeeld aan een stevige boom vast te binden. Bind je het paard vast aan bijvoorbeeld een staldeur of een ring in de muur dan bestaat de kans, wanneer het veulen als wat ouder en sterker is, dat hij de ring uit de muur trekt en er alsnog in slaagt om te vluchten. En dan zou hij verkeerd gedrag aangeleerd krijgen. Ga net als in de vorige oefeningen rustig en zelfverzekerd te werk en praat tegen het dier als je hem vastbindt. Geef hem ongeveer 50 cm ruimte. Wanneer het paard in paniek raakt, als hij merkt dat hij vastgebonden staat, doe je helemaal niks. Het kan soms heel vervelend zijn om het paard zo te zien worstelen. Maar geef het paard de tijd en laat hem tot zichzelf komen en praat geruststellend tegen hem. Hij zal inzien dat zijn paniek niks teweeg brengt en hij zal uiteindelijk weer tot zichzelf komen. Het paard zal beseffen dat het helemaal niet zo erg is om vast te staan, zeker als je hem dan ook nog eens beloont als hij eenmaal tot rust is gekomen met een klopje op zijn schouder en iets lekkers. Laat het paard dan nog even vaststaan en maak hem dan los. Herhaal dit een aantal dagen achter elkaar. Het kan zijn dat hij in het begin nog steeds even in paniek zal raken, maar met de herhaling van deze oefening zal dit steeds minder worden. Geef het paard de tijd die hij nodig heeft en blijf zelf altijd rustig.
Leren voetjes geven
Als het paard geleerd heeft om vast te staan en niet meer in paniek raakt kan je dit gebruiken in de dagelijkse routine door hem iedere dag even vast te zetten en te poetsen. Aan de aanraking en aan het gepoetst worden met borstels is hij al gewend. Wel moet hij nog leren om zijn voetjes op te tillen wanneer jij dat wilt, zodat je ook zijn hoeven goed kan verzorgen. En wanneer het straks nodig is kan hij zonder problemen naar de hoefsmid. Al deze oefeningen kunnen ook heel belangrijk zijn voor het geval je paard ziek wordt of gewond raakt. Wanneer een jong veulen al gewend is aan de omgang met mensen zal een dierenarts hem beter kunnen behandelen. Om een paard te leren voetjes te geven, begin je eerst met de voorbenen. Daarmee voorkom het risco dat je een trap krijgt wat sneller gebeurd bij de achterbenen. Als je het linkervoorbeen op wil tillen ga dan eerst met je linkerhand langs zijn schouder en ga langzaam naar beneden met je hand langs het bovenbeen, knie en onderbeen. Blijf ondertussen geruststellend tegen het paard praten. Pak dan de voet beet net boven de hoef, zorg dat je het been hier stevig vast hebt en geef een duidelijk commando, bijvoorbeeld: “voetje!”. Duw met jouw gewicht tegen de linkerschouder van het paard zodat het paard zijn gewicht naar de andere kant verschuift en het gemakkelijker wordt om zijn linkervoet op te tillen. In het begin zal je zijn voet misschien maar een paar seconden op kunnen tillen. Maar als je dit iedere dag herhaalt zal dit steeds gemakkelijker gaan en zal hij zijn voet langer op tillen. Als het dan lukt om zijn voet langer op te tillen kun je voorzichtig gaan probreren zijn hoef aan de onderkant schoon te maken met een hoevenkrabber. Bij paarden die veel problemen geven bij het optillen van de voet kun je in het begin een stuk touw gebruiken, bijvoorbeeld een halstertouw. Doe een stuk touw net boven de hoef waar je normaalgesproken je hand hebt om de hoef op te tillen. Hou zelf de uiteinden van het touw vast en trek deze in de juiste richting om de voet op te kunnen tillen. Het touw zorgt ervoor dat je zelf minder kracht hoeft te zetten en het is gemakkelijker om de voet opgetild te houden. Pas als het paard goed de voetjes van zijn voorbenen geeft, begin je met het aan leren van het optillen van de achterbenen.