Zoogdieren: zeekoeien en slurfdieren
Slurfdieren en zeekoeien zijn twee ordes van zoogdieren die aan elkaar verwant zijn, al zullen ze elkaar niet tegenkomen in hun leven. De eerste groep leeft namelijk op het land, de tweede in het water. De olifanten, lamantijnen en doejongs die tot deze ordes behoren, zijn grote dieren die elke dag vele kilo’s planten eten. Voor beide geldt dat de mens hun belangrijkste vijand is. Een verschil is dat slurfdieren sterkere sociale banden hebben dan zeekoeien.
Wat zijn zeekoeien en slurfdieren?
Twee kleine ordes van zoogdieren worden gevormd door de zeekoeien en de slurfdieren. De orde van zeekoeien kent twee families, de doejongs en de lamantijnen. Er is één soort doejong, simpelweg doejong genaamd, en er zijn drie soorten lamantijnen: de Zuid-Amerikaanse lamantijn, de Caribische lamantijn en de West-Afrikaanse lamantijn. De nauwste verwant van deze orde is die van de slurfdieren, waartoe alleen nog de familie van olifanten behoort. Ondanks hun verwantschap hebben ze een heel ander leefgebied. Zeekoeien brengen hun hele leven door in het water, slurfdieren op het land. Van olifanten bestaan drie soorten: de bosolifant, de savanneolifant (de twee Afrikaanse olifantensoorten) en de Aziatische olifant.
Waar leven zeekoeien en slurfdieren?
Zeekoeien
Doejongs leven in de warme kustwateren van de westelijke Stille Oceaan tot aan de kusten aan de oostkant van Afrika (in de Indische Oceaan en de Rode Zee). De Zuid-Amerikaanse lamantijn mag dan zéékoe heten, hij is te vinden in de Zuid-Amerikaanse rivier de Amazone en zijrivieren hiervan. Hij wordt daarom ook wel Amazonelamantijn genoemd. Ook de West-Afrikaanse lamantijn leeft in het zoete water van rivieren, maar dan in West-Afrika. Deze lamantijn leeft echter niet alleen in rivieren, maar komt ook voor in het zoute water voor de kust van West-Afrika. De Caribische lamantijn leeft in het Caribisch gebied, zoals de Caribische zee en de Golf van Mexico.
Slurfdieren
De verschillende soorten olifanten leven net als de zeekoeien niet dicht bij elkaar. Afrikaanse olifanten komen voor in het deel van Afrika ten zuiden van de Sahara. Ze leven op struiksavannes, graslanden en in bossen. De Aziatische soort leeft in bossen in Zuidoost-Aziatische landen als India, Sri Lanka, Thailand, Vietnam en Maleisië.
Grootte
Zeekoeien
Doejongs worden zo’n 2,5 tot 4 meter lang en wegen 250 tot 300 kilo. Lamantijnen bereiken ongeveer dezelfde grootte. Het gewicht kan nogal variëren per individu. De Caribische lamantijn kan bijvoorbeeld 200 kilo wegen, maar ook 600 en bij uitzondering zelfs meer dan een ton.
Slurfdieren
Olifanten zijn de grootste zoogdieren die op het land leven. De Afrikaanse olifant is groter dan zijn Aziatische familielid, met een schouderhoogte van 3 tot 4 meter voor de Afrikaanse en een schouderhoogte van 2,5 tot 3 meter voor de Aziatische olifant. Bij de Afrikaanse olifanten zijn de vrouwtjes een halve tot een hele meter kleiner dan de mannetjes. Bij beide soorten wegen de mannetjes ook meer dan de vrouwtjes. Afrikaanse mannetjesolifanten wegen 4 tot 6 ton, vrouwtjes 3 tot 4 ton. Aziatische mannetjes wegen tot 5 ton en vrouwtjes tot 3 ton.
Olifanten zijn voorzien van flinke slagtanden die worden gevormd door de bovenste snijtanden. Dit geldt voor zowel mannetjes als vrouwtjes, hoewel ze bij Aziatische vrouwtjes kort blijven en niet of nauwelijks zichtbaar zijn. De slagtanden beginnen met groeien op de leeftijd van twee jaar en blijven vervolgens de rest van hun leven doorgroeien (behalve bij Aziatische vrouwtjesolifanten). Ze kunnen dan ook wel 2,5 meter lang worden. Een ander verschil tussen Afrikaanse en Aziatische olifanten is de grootte van de oren. Afrikaanse olifanten hebben grotere oren en gebruiken deze ook om overtollige warmte kwijt te raken, wat de Aziatische olifant niet doet.
Voedsel
Zeekoeien
De orde van lamantijnen en doejongs heeft de naam zeekoeien gekregen omdat het voornamelijk vreedzame, grazende planteneters zijn (net als koeien). Ze eten veel zeegras, maar ook algen en andere waterplanten. Doejongs vinden hun voedsel op de bodem van de zee. Aangezien ze voor de kust leven, hoeven ze hiervoor niet heel diep te gaan. Meestal duiken ze niet verder dan twaalf meter, hoewel ze ook zijn gesignaleerd op een diepte van meer dan dertig meter. Lamantijnen gaan voor hun voedsel nog minder diep het water in dan doejongs. Per dag eten zeekoeien zo’n honderd kilo. Toch zijn het geen volledige planteneters, zoals vaak wordt gedacht. Veel is hierover niet bekend, maar het lijkt erop dat ze soms ook vissen en kleine ongewervelde dieren als kwallen eten.
Slurfdieren
Slurfdieren zijn uitsluitend planteneters. Zowel de Afrikaanse als de Aziatische olifant eet gras, bladeren, schors en takken. Gezien de grootte van de dieren hebben ze veel voedsel nodig. Ze besteden hier dan ook veel tijd aan. In de droge tijd eten ze zo’n 150 kilo per dag, in de regentijd kan dit oplopen tot meer dan 200 kilo. Grassen zijn niet makkelijk te verteren. Daarom hebben olifanten micro-organismen in hun dunne darm en blindedarm, zodat de grassen afgebroken worden.
Naast voedsel is ook water erg belangrijk voor deze dieren. Ze hebben elke dag in ieder geval tachtig liter water nodig, hoewel ze als het echt moet ook enkele dagen zonder kunnen. Om te drinken gebruiken ze hun slurf, hoewel ze hier niet dóór kunnen drinken. Een olifant zuigt met zijn slurf water op, waarna hij het in zijn mond spuit. In sommige gebieden valt weinig regen en kan het lange periodes droog zijn, waardoor waterbronnen opdrogen. In zo’n gebied kunnen olifanten in rivierbeddingen gaan graven, tot er grondwater omhoog komt.
Vijanden
Zeekoeien
Zeekoeien hebben weinig vijanden onder dieren. Haaien en orka’s kunnen zeekoeien in zee aanvallen, krokodillen kunnen lamantijnen in de Amazone en zijrivieren tot prooi maken. Dit gebeurt echter niet heel vaak. De belangrijkste vijand van de zeekoe is de mens. Zowel op doejongs als op lamantijnen is door mensen gejaagd om hun vlees en huid. Tegenwoordig is de verslechterende waterkwaliteit (eveneens veroorzaakt door de mens) van het leefgebied van de zeekoe echter een grotere bedreiging. Hierdoor is de status van deze zoogdieren als kwetsbaar aangemerkt. De langzame voortplanting van zeekoeien maakt het er niet makkelijker op. Meestal krijgen ze maar één jong per keer, waarna het een aantal jaar kan duren voor er een nieuw jong geboren wordt.
Slurfdieren
Voor olifanten geldt de mens eveneens als belangrijkste vijand. In de afgelopen decennia is het aantal olifanten, zowel Aziatische als Afrikaanse, sterk achteruit gelopen. Beide soorten worden in hun voortbestaan bedreigd. Een belangrijke reden hiervoor is het ivoor van de slagtanden, waarvan verschillende producten worden gemaakt. Een tweede belangrijke reden is de vernietiging van hun leefomgeving. Veel bossen worden in hoog tempo gekapt waardoor olifanten niet meer genoeg leefruimte hebben.
Samenleving
Doejongs en lamantijnen leven meestal alleen of in kleine groepen. Ze kunnen met elkaar communiceren door geluiden te maken en door middel van drukverandering. Sociale banden zijn bij zeekoeien niet duidelijk aanwezig (behalve tussen een moeder en haar jong). Bij olifanten ligt dit anders. Bij zowel Afrikaanse als Aziatische olifanten leven de vrouwtjes met hun jongen in groepen. De mannetjes leven solitair of in kleine groepen die regelmatig van samenstelling veranderen. Bij Afrikaanse olifanten is het oudste vrouwtjes van de groep meestal de leidster. Zij heeft het langst ervaring op kunnen doen en weet daardoor bijvoorbeeld waar water te vinden is in droge periodes. Bij Aziatische olifanten ligt dit minder vast en zijn sociale netwerken flexibeler. Ook olifanten kunnen geluiden maken om te communiceren. Het zijn een soort grommende, diepe geluiden die honderden meters verder te horen kunnen zijn.