Successie: biotische en abiotische factoren

Successie: biotische en abiotische factorenVerandering(en) in de loop van de tijd in de soortensamenstelling van een levensgemeenschap of ecosysteem heet successie. Voor successie spelen bepaalde factoren die de omstandigheden bepalen een rol. Dit zijn biotische en abiotische factoren. In dit artikel bespreek ik eerst de abiotische om kort te eindigen met de biotische factoren.

Biotische en abiotische factoren

Blijken bepaalde omstandigheden voor een soort erg gunstig, dan kan hij zich daar het beste ontwikkelen. Anders gezegd: daar ligt dus het optimum. Voor elke abiotische factor bestaat er een optimum, maar tevens een minimum en een maximum.

Het minimum en het maximum zijn die omstandigheden waarbij organismen nog net kunnen overleven (denk aan temperatuur: te koud = bevriezing, te heet = uitdroging). Tussen deze twee waarden bevindt zich het optimum. Minimum- en maximumwaarden heten tolerantiegrenzen.

Optimumkromme en tolerantiegebied

Wanneer je voor een bepaalde soort de gevoeligheid van bijvoorbeeld de temperatuur in een diagram weergeeft, krijg je de optimumkromme. De optimumkromme geeft het tolerantiegebied voor een abiotische factor weer. Iedere soort heeft voor elke abiotische factor zijn kenmerkende tolerantiegebied. Het tolerantiegebied is het gebied dat zich bevindt tussen het minimum en het maximum.

Milieufactoren en micro-klimaat

In het ecosysteem waarin een organisme leeft, zullen de milieufactoren niet allemaal optimaal zijn. Kijk bijvoorbeeld naar het micro-klimaat. Het micro-klimaat is het klimaat op de plaats en in de buurt van het organisme. Zo zijn bijvoorbeeld de temperatuur en het vochtgehalte op een bosbodem anders dan drie meter hoger. Vergelijk dit met de omgeving waar een grondworm zich bevindt en een specht.

Biotische factoren en successie

Biotische factoren kunnen ook een rol spelen. Als er weinig vliegjes in een spinnenweb vliegen is er een gebrek aan dierlijk voedsel vanaf een bepaalde minimumwaarde. De factor waarvan de waarde het verste weg ligt van de optimumwaarde bepaalt de levenskansen. Dat is dan zijn of haar beperkende factor. Deze factor bepaalt hoe het organisme voorspoedig groeit en zich voortplant.

Lees verder

© 2007 - 2025 Victorho, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Vanaf 2021 is InfoNu gestopt met het publiceren van nieuwe artikelen. Het bestaande artikelbestand blijft beschikbaar, maar wordt niet meer geactualiseerd.
Bronnen en referenties
  • Nectar VWO Biologie bovenbouw deel 1, Bax et al., Uitgever WoltersNoordhoff Groningen.