Rode wouw, Milvus milvus
De rode wouw, ofwel Milvus milvus, is een roofvogel die nog maar zeer zelden in Nederland voorkomt. In sommige jaren zit er een broedpaar in Nederland, maar in andere jaren zijn er helemaal geen. De rode wouw is een redelijk grote roofvogel, die slank is gebouwd. Hij broed in april en mei op vier of vijf eieren. Hij eet verschillende prooien, zoals zoogdieren, vogels en aas. Hij komt voor op open plekken met lage begroeiing en met loofbossen in de omgeving.
Taxonomische indeling
- Rijk: Animalia (Dieren)
- Stam: Chordata (Chordadieren)
- Klasse: Aves (Vogels)
- Orde: Falconiformes (Roofvogels)
- Familie: Accipitridae
- Geslacht: Milvus
- Soort: Milvus milvus
Kenmerken
De rode wouw is groter en slanker dan de buizerd. Hij heeft langere vleugels en een diep gevorkte, roestkleurige staart. Hij kan 73 centimeter groot worden, met een spanwijdte van 170 centimeter. Het mannetje wordt tot 1200 gram, het vrouwtje tot 1400 gram. De mannetjes en de vrouwtjes zijn gelijk gekleurd. Van boven zijn ze roodbruin, van onder iets lichter en roestrood. Ze hebben donkere strepen en een lichtgrijze kop. Zijn vleugels zijn smal en sterk geknikt met grote witte vlekken. Jonge vogels zijn lichter gekleurd en hebben een bruine kop. De rode wouw heeft een specifieke zweefvlucht, waarin hij met het grootste gemak rondzweeft. Hij maakt een schril miauwend geluid.
Voortplanting
De rode wouw broedt van midden april tot midden mei. Het nest bestaat uit drie of een enkele keer vier eieren, waarop 28 tot 30 dagen gebroed wordt. De eieren zijn dof wit met roodbruine, bleekbruine en donkerbruine vlekken. De eieren zijn 57 bij 45 millimeter groot, met een gewicht van 61 gram. Ze zijn moeilijk te onderscheiden van de eieren van de buizerd. Alleen het vrouwtje broed, het mannetje brengt voedsel naar het nest. Het nest, soms horst genoemd, wordt in een boom gebouwd en is ondiep. Het wordt bedekt met onder andere papier en ander afval.
Voedsel
De rode wouw eet veel verschillende kleine zoogdieren, zoals muizen. Ook eet hij vogels, tot ongeveer de grote van een kip. Ook eet hij aas, zoals dode vissen. Verder eet hij insecten en amfibieën. Hij jaagt door op grote hoogte of laag boven een gebied te vliegen. Hij steelt ook vaak het voedsel van ander roofvogels.
Verspreiding
Als broedvogel komt de rode wouw in grote delen van Europa voor. Vooral in centraal Europa en zuid Europa is hij veel te zien. Ook oostelijker in Europa komt hij af en toe broeden. Verder komt hij in west Rusland voor, en in Noord Afrika. In Nederland is het een zeldzame broedvogel. In sommige jaren is er één broedpaar, in andere jaren geen.
Habitat
De rode wouw komt voor in akkers, op graslanden en kleinschalig in weilanden. Ook op andere open plekken is hij waar te nemen, bij voorkeur als er loofbossen in de omgeving staan en veel wateroppervlakte is, hoewel het water geen vereiste is.
Bedreigd?
De rode wouw is op Europese schaal niet bedreigt, noch staat hij op de rode lijst van Nederland.