Otocinclus affinis - Otocinclus
De Otocinclus affinis is een zeer geliefd visje, omdat het vrijwel de enige algeneter is die zo klein is. Deze kleine algeneter heeft dus geen groot aquarium nodig.
- Wetenschappelijke Naam: Otocinclus affinis
- Nederlandse Naam:Otocinclus
- Familie: Loricariidae (HarnasMeervallen)
- Herkomst: Het Amazonegebied in Brazilië (met name het Zuid-Oosten)
De Otocinclus heeft diverse ondersoorten, een bekende daarvan is de Otocinclus vittatus. Andere, minder bekende ondersoorten zijn de Flexilis, Hoppei, Marriae en Macrospilus.
Lengte
Tot 5 centimeter.
Geslachtsonderscheid
Het geslachtsonderscheid is vrij eenvoudig te zien zodra Otocinclus affinis volwassen is. Het vrouwtje is van bovenaf gezien wat dikker dan het mannetje.
Huisvesting
De Otocinclus heeft niet zo’n groot aquarium nodig, 50cm lang is voldoende. Zorg voor een dichte beplanting, als schuilplaats, maar ook als voedsel (de Otocinclus affinis eet algen). De Otocinclus affinis leeft in de onderste en middelste waterlagen, dus zorg daar voor voldoende beplanting. Ook wat doorstroming stelt deze vis op prijs, omdat zijn natuurlijk habitat uit snelstromend water bestaat.
Karakter
Deze algeneters zijn zeer vriendelijke aquariumvissen die absoluut niet met grote, agressieve vissen gehouden mogen worden. Houd ze met minimaal 5 exemplaren.
Waterkwaliteit
- Temperatuur: 20-26°C
- Ph: 6,5-7
- GH: 8-12
Voeding
Otocinclus affinis is een alleseter. Het belangrijkste onderdeel van zijn menu bestaat echter uit algen en ander plantaardig voer.
Otocinclus kweken
De kweek van deze kleine algeneter is vrij lastig. De eieren worden afgezet onder aan de planten, en komen na drie dagen uit. Het is aan te raden om de eitjes apart te zetten, aangezien de ouders er verder niet naar omkijken en andere vissen de eitjes als voedsel zullen zien.