Gewone en grijze zeehonden in de Waddenzee
Zeehonden komen in Nederland het meest voor in de Waddenzee. In de Ooster- en Westerschelde zien we ze ook. De zeezoogdieren met hun guitige kop en grote ogen hebben hun uiterlijk mee, maar het zijn en blijven roofdieren. De Waddenzee is een prima plek voor de zeehonden: ze hebben vis om van te leven en zandbanken om te rusten, te werpen en hun pups groot te brengen in de nabijheid. De gewone zeehond en de grijze zeehond hoort bij de 'Big Five' van de Waddenzee.
Zeehonden onder de Waddeneilanden
Gewone en grijze zeehond
Over de hele wereld komen 19 soorten zeehonden voor. In de Nederlandse wateren - de Waddenzee en de Ooster- en Westerschelde - komen twee soorten voor:
- Gewone zeehond
- Grijze zeehond
Hond
De zeehond heet zeehond omdat hij kan blaffen als een hond. De zeehonden die in de buurt van Ameland leven herkennen het geblaf van een echte hond op het strand. Ze komen dan nieuwsgierig langs het strand zwemmen met hun kop boven het water.
Zoogdier in de Waddenzee
Het lijf van een zeehond is aangepast aan het leven in zee. Toch komt hij nog steeds aan land. De zeehond is een zoogdier, zodat hij regelmatig naar de oppervlakte van het water moet om adem te halen. Hij is zo aangepast aan de omstandigheden, dat hij lang (5 tot 6 minuten) onder water kan blijven om op vis te jagen. De uitstekende delen van het lijf zijn zo klein mogelijk, zodat de zeehond goed in het water kan bewegen en zo weinig mogelijk warmte verliest via de extremiteiten.
Bron: Zeehondencrèche Lenie 't Hart Een huiler, een pup van een grijze zeehond /
Bron: Dirk VisserLenie 't Hart /
Bron: Zeehondencrèche Lenie 't Hart
Vacht
Zeehonden hebben twee soorten haren:
- beschermharen
- zachte onderharen
Het water dringt moeilijk tussen de haren door. Jonge gewone zeehonden hebben voor de geboorte een wollige vacht. Het jong verliest het wol al in de baarmoeder. Zeehonden verharen elk jaar.
De jongen van de grijze zeehond hebben bij de geboorte een zachte witte vacht. Dat hebben de pups van de gewone zeehond niet. Gewone zeehonden liggen veel op platen die met hoog water verdwijnen. Een pup met een dikke vacht zou dan meteen verdrinken. Daarom worden gewone zeehondenpups zonder witte donsvacht geboren. De vacht is in aanleg wel aanwezig, maar verdwijnt reeds in de baarmoeder.
Spek
De vacht en de dikke speklaag houden de zeehond warm. Om niet te veel warmte via de vinnen te verliezen, laat de zeehond via een slimme bloedcirculatie kouder bloed naar de extremiteiten stromen. De zeehond heeft eigenlijk altijd met opzet koude voeten.
Zandbank als robbenbank
Zeehonden houden van de Waddenzee, omdat er genoeg afwisseling is tussen diep en snelstromend water en droge zandbanken. De eb- en vloedstromen in de Waddenzee zorgen voor deze afwisseling. Bij eb rusten en zonnen de dieren op de zandbanken. Tussen Ameland en Terschelling ligt de
Robbenbank waar altijd zeehonden liggen. Op de zandbanken wordt ook gepaard en gejongd.
Voedsel
De zeehond vangt in de Waddenzee op platvis en bodemvis. Hij eet ook kreeftachtigen, weekdieren en inktvissen.
Leeftijd
Een zeehond kan 25 jaar worden. In 2011 werden er 7821 zeehonden geteld in het Nederlandse waddengebied. In 1950 waren dat er 3000 en aan het eind van de jaren 50 waren daar nog 1000 van over. In die tijd werd er nog op zeehonden geschoten voor het vlees en bont.
Robbentochten
Op Ameland zijn verschillende bedrijven die robbentochten aanbieden, met 'Honderd procent zeehondgarantie.' De boten varen vanuit Nes naar de zeehondenbank tussen Terschelling en Ameland. Zodra die bank droogvalt bij zakkend water, liggen er tientallen zeehonden te zonnen.
Draagtijd
De paartijd is van eind juni tot in augustus. De mannetjes brullen onder water, dat aan het wateroppervlak te zien aan de luchtbellen. Ook vechten de mannetjes met elkaar om de vrouwtjes. Ze bijten elkaar daarbij ook wel in de nek. Het paren zelf gebeurt onder water, door het tegen elkaar drukken van de buiken. Een gewone zeehond heeft een draagtijd van in totaal 11 maanden, waarvan de eerste twee maanden een zogenaamde 'verborgen zwangerschap' betreft, waarbij het bevruchte eitje nog niet is ingenesteld. De echte draagtijd is 9 maanden.
Huiler
Een huiler is een jonge zeehond die zijn moeder is kwijtgeraakt. Het geluid dat het jong produceert lijkt op huilen. Jonge dieren kunnen bij stormweer van de zandplaat spoelen en hun moeder uit het oog verliezen. Zonder hulp zijn deze jongen ten dode opgeschreven.
Zeehondencrèche in Pieterburen
De Zeehondencrèche in Pieterburen, voorheen die van Lenie 't Hart, is een van de zeehondencentra die jarenlang huilers heeft opgevangen. Ze werden er gevoed tot ze groot en sterk genoeg waren om weer te worden uitgezet in de Waddenzee.
In 2014 breekt Lenie 't Hart na conflicten over het beleid volledig met de zeehondencrèche en verdwijnt haar naam van de muur en van alle uitingen van de zeehondencrèche. De opvanglocatie gaat verder als Zeehondencrèche Pieterburen. In 2016 wordt de naam veranderd in
Zeehondencentrum Pieterburen, omdat het meer een onderzoekscentrum en ziekenhuis voor ernstig zieke zeehonden is en een bezoekerscentrum.
Zeehondencentrum
Het zeehondencentrum zet wat de huilers betreft meer in op voorlichting en op voorkomen dat de huilers worden verstoord. Een huilend zeehondje klinkt zielig en lijkt hulpbehoevend, maar meestal is het een pup die gewoon ligt te wachten op zijn moeder die in de buurt aan het vissen is. Een niet gewonde huiler redt zich prima even alleen. Door verstoring komt de moeder zeehond niet op het droge om haar pup te zogen. Die verstoring moet worden voorkomen. Dat is beter dan de pup uit zijn natuurlijke omgeving halen en in een opvangcentrum opvangen.
Big Five
De zeehond is een van de
Big Five van de Waddenzee.
Lees verder