Pimpampoentje oftewel lieveheersbeestje

Kever
Lieveheersbeestjes zijn rode of gele kevers met zwarte vlekjes, ook wel stippen. In Nederland en België komen circa vijftig verschillende soorten voor. Ze worden soms gekweekt ter bestrijding van insectenplagen, vooral in de kassen. Het zijn bijzonder nuttige beestjes omdat ze allerlei insecten, maar vooral bladluizen consumeren.Wanneer de kevers bang worden trekken ze poten en voelsprieten in en houden ze zich dood. Ook laten ze een gelige vloeistof achter. Dit heeft een smerige smaak waardoor vogels en andere belagers het lieveheersbeestje snel weer laten vallen en niet opeten. Het meest voorkomende lieveheersbeestje in Nederland en België is de rode met zeven zwarte stippen, de Coccinella septempunctata. Hieruit volgt dus ook dat het feit dat je de leeftijd van een lieveheersbeestje kan aflezen aan de stippen op zijn rug een fabeltje is. Iedere tekening dus het aantal stippen, de kleur, het soort vlekken staat voor een andere soort. Over de hele wereld komen meer dan 3.000 verschillende soorten lieveheersbeestjes voor. Om tot de familie van Coccinella te mogen behoren moet de kever aan de volgende kenmerken voldoen:
- rond of ovaal van vorm
- fel gekleurd en gedessineerd dekschild
- korte antennes en korte benen die intrekbaar zijn.
De jongen van de lieveheersbeestjes komen uit eieren die aan de onderkant van een blad in groepjes vastgekleefd zitten.

Lieveheersbeestje
Hoe komt de kever aan de naam lieveheersbeestje?Het beestje werd in vroegere tijden de vogel van godin Freya genoemd of kortweg Freyafugle. Dit werd later het onzelievevrouwebeestje en daarna (we leven nu eenmaal in een masculiene maatschappij) werd dit het lieveheersbeestje. De naam is dus ontstaan voordat het Christendom zijn invloed deed gelden, in een tijd dat er in de Lage Landen vele goden werden aanbeden.
In België en Zeeuws-Vlaanderen worden ook wel de namen Pi(e)mpampoentje of Pieternelletje voor deze kever gebruikt. De namen Kapoentje (Rotterdam en omgeving) en Hemelbeestje (Limburg en Brabant) komen ook voor. Verder wordt het beestje ook nog Zonnekever, Bombombeesje, Mariakever, Gelukskever, Oliebeestje, Hemelskoetje, Heiligenkever, Stippelbeestje, Zonnekoekje, Goudbeestje, Earmpiekje, Vliegmusje, Hemellammeltje, Liefhennetje, Liefvrouwebeestje, Moedergodsterretje, Piepebont en Kokaentje genoemd.