Het onderzoek naar doofheid bij katten
Bij rasdieren heb je meer kans op genetische afwijkingen, verzwakkingen dan bij “vuilnisbakjes” zoals men dit oneerbiedig nooit. Maar hoe minder bloedlijnen en zwakheden in het mannetjes en vrouwtjes dier, hoe minder kans op problemen. Dat is in de natuur zo, de sterkte overleven immers, en wat wij met “de natuur” doen ook.
Want als we het over dove katten hebben, dan zouden die het in de natuur niet redden. Maar omdat we er een huisdier van hebben gemaakt, wat vaak binnen leeft, kunnen deze katten leven. Hoewel we bij voorkeur niet dove katten willen hebben, weten we dat we bij een bepaalde kat grote kans op doofheid hebben. Waarschijnlijk door onze eigen ijdelheid deze mooie katten te blijven fokken. Daarnaast kan het ook gewoon een speling der natuur zijn en zoals er dove kinderen worden geboren, zo worden er ook dove katten geboren.
Natuurlijk kan de dove kat in huis gewoon zijn/haar weg vinden en is het dier ongetwijfeld net zo lief als een andere kat, maar het hoort niet. Maar ze zijn er nu eenmaal en dan vindt de mens er wel weer iets op om er tijdig achter te komen, want dit is belangrijk voor het opgroeien van het kitten (zeker belangrijk bij de fokker om het kitten bij een horend kitten de eerste weken op te laten groeien). Bovendien een dove kat kan niet overal geplaatst worden (denk aan een gezin met kleine kindjes). Maar hoe werkt het nu?
We controleren omdat...?
- De eigenaar een vermoeden heeft dat de kat doof is.
- De fokker fokt katten waar een verhoogde kans op doofheid is (witte katten met blauwe ogen).
- De rasvereniging een verzoek indient in verband met verhoogde kans op doofheid.
Wat gaat men doen?
De kat wordt bekeken in de gehoorgang en het trommelvlies. Zeer veel vuil of een ontstoken of kapotte gehoorgang of trommelvlies kan tot doofheid leiden. Daarna wordt de gehoorzenuw getest. Dit alles wordt gedegen vastgelegd in een officieel rapport (cochleaire doofheid). Afhankelijk van wat daar uitkomt kan men nog wel of niets meer voor het gehoor van de kat doen.
Zelf
Natuurlijk kan je ook zelf wat testjes doen door geluiden te maken als het katje met de rug naar je toe zit. Zachte geluiden en steeds harder om vast te stellen of ze nog een beetje hoort. Komt er enige respons dan kan je ook nog links en rechts van elkaar proberen. Aan de betreffende zijkanten wat geluid maken (een klein beetje erachter, zodat de kat je niet ziet bewegen). Kijk of de oortjes draaien richting het geluid. Maar als je denkt dat de kat doof is, ga dan naar de dierenarts, er zijn namelijk wel wat zaken waar je op moet letten.
Doof en nu
Als je een doof katje hebt dan zijn er wel wat zaken waar je rekening mee moet houden. Hoort het kitten nog iets, dan is veel praten belangrijk. Het kan zo het beste aan je stem wennen. De oriëntatie is moeilijk bij zo’n kitten, dus hij/zij moet weten waar hij/zij terecht kan. Lekker veel knuffelen, eten geven … allemaal zaken die erbij horen om het kitten die geborgenheid te geven in een moeilijker periode van oriënteren.
Is het kitten volledig doof, dan komt het op de handen aan om het kitten ergens op te wijzen. Hoewel slaan altijd uit den boze is, geldt dit helemaal voor een doof kitten. Maar zoals de natuur nu eenmaal werkt, wordt er iets gecompenseerd en dat is het gezichtsvermogen. Een dove kat, ziet meer en beter en is extra gevoelig voor bewegingen. Dat knuffelen geldt natuurlijk ook voor de volledig dove kat.
Wat handigheden
- Als een dove kat slaapt en je komt in zijn/haar omgeving, tik dan even op de grond of de tafel.
- Een dove kat buiten is geen succes, als je weet dat hij/zij doof is, houdt het dier dan binnen.
- Een dove kat compenseert, dus het is voor het welzijn van het dier aan te raden hem/haar “uitzicht” te geven. Voor de raam zitten om buiten alles voor en eventueel achter te kunnen laten zijn.
- Toch naar buiten? Kijk dan of je de schutting kunt omzomen met gaas. Lekker in de tuin tussen de plantjes of bomen is ook lekker.
Tot slot
Een dove kat hebben is niet onoverkomelijk, je moet alleen met wat zaken rekening houden. Leer het zelf, je eventuele gezin, mensen die regelmatig in huis zijn, en dan is er prima mee te leven.