Hoe de kat een huisdier werd
Ongeveer 3000 tot 4000 jaar geleden ontstond de vriendschap tussen mens en kat. In het oude Egypte hebben ze elkaar gevonden, in deze tijd legden ze enorme maisvoorraden aan, die weer muizen lokten. Dat was voor de Egyptenaren een ernstige bedreiging voor de voedselvoorraad en de katten kwamen te hulp. De Egyptenaren waren deze diertjes niet alleen dankbaar, maar ze waren ook door de gratie en schoonheid betoverd.
Godheid
De dankbaarheid van de Egyptenaren jegens de elegante muizenjagers veranderde al snel in liefde. Ze bewonderden de katten zo, dat er een verafgoding ontstond. De godin Bastet stond voor liefde, vruchtbaarheid en vermeerdering en had de hoedanigheid van een kat. De goddelijke verering begon in 2000 voor Chr. en bereikte zijn hoogtepunt ongeveer 500 jaar later. De kattegodin Bastet werd vereerd in haar heiligdom in Bubastis. Er zijn nog ontelbare kattenafbeeldingen, beelden, schilderijen of papieren tekeningen uit deze tijd behouden gebleven.
Wie een kat verwondde, moest dit met de dood bekopen. Als een kat stierf, trokken de bewoners van het betreffende huis rouwkleding aan en schoren hun wenkbrauwen af. De gestorven kat werd dan naar Bubastis gebracht, gebalsemd en in het mausoleum bij gezet. Bij archeologsiche opgravingen werden dan ook grote hoeveelheden kattenmummies ontdekt.
Kattensmokkel
Het was in Egypte lange tijd verboden katten uit andere landen te halen. In het buitenland waren de dieren echte rook zeer geliefd en daarmee floreerde de kattenhandel, die vooral gedreven werd door zeelieden. Als het iemand lukte een kat uit Egypte op de kop te tikken, had diegene echt geluk en was meteen een statussymbool omdat hij dit huisdier had. Op die manier kwam de Egyptische kat ook naar Europa. Daar was ook al de Europese variant van de wilde kat, die zich echter niet zo goed liet temmen. Om de voedselvoorraden te beschermen, werden tot de komst van Egyptische katten, fretten als muizenjager ingezet.
DeGrieken waren net zo dol op hun katten als de Egyptenaren, dat kan men zien aan de vele muurschilderingen en mozaïeken. De Romeinen waren minder emotioneel, zij zagen katten slechts als mobiele muizenvernietigers. Om deze reden werden katten ook meegenomen en ingezet bij veldslagen.
Slechte vooruitzichten
Eeuwen lang was de kat in Europa's een echte mensenvriend. Toen kwam de tijd van de heksenvervolgingen in de vroege moderne tijden. Er werd gezocht naar zondebokken en duivelssymbolen en de keus viel o.a. op de kat. Vanaf die tijd hadden de katten het niet makkelijk. Ze werden in verband gebracht met heksen en duivels en ze werden vervolgd, mishandeld en op de brandstapel verbrand. Men geloofde dat de geest van een heks ook in een kat woonde, die de veestallen in zou sluipen om het vee te vernietigen.
Waarom men nu uitgerekend de kat de schuld gaf, weet men niet. Misschien waren de christelijke patriarchen bang voor de innige relaties tussen vrouwen en katten. Of misschien omdat de kat (volgens de mythologieën) in nauw contact stond met de maan en de onderwereld.
Het werd weer beter
In de achttiende eeuw werden de heksen (en daarmee ook de katten-) vervolgingen gestaakt. Het wantrouwen bleef nog wel lange tijd, sommige vooroordelen zijn nu eenmaal moeilijk weg uit te roeien. Zo denkt men nu zelfs nog dat een zwarte kat ongeluk brengt, of als ze aan de vekeerde kant van de straat oversteekt. Maar men ging steeds meer inzien, dat de kat juist van groot nut kan zijn voor de mens, ze werd altijd onderschat als muizenvanger. En men zag ook in, dat het veel schonere dieren zijn dan ratten en muizen.
Gelukkig heeft de kat tegenwoordig weer hel
emaal onze sympathie. De mysterieuze kant is echter nooit helemaal verdwenen. Tot op de dag van vandaag vinden de mensen het eigenzinnige karakter en geheimzinnige aura nog steeds verdacht, maar door velen ook wordt de kat weer vereerd en is weer zeer geliefd.