Sint-bernard, de reus onder de honden
De sint-bernard is een van oorsprong uit Zwitserland afkomstige, bijzonder grote en intelligente hond. Hij is leergierig en ook zeer aanhankelijk. Ondanks zijn imposante verschijning is de sint-bernard een zachtaardige, rustige, loyale en kindvriendelijke hond, die makkelijk in een gezin te houden is.
Algemeen
De sint-bernard valt op door zijn grote en massieve gestalte. Een reu kan een schofthoogte bereiken van 70-90 cm (of soms nog hoger), een teef wordt 65-80 cm hoog en hij kan over de 80 kg wegen. Hij heeft een gespierd lichaam en een brede kop met een indrukwekkende snuit. Er zijn twee varianten van dit ras, namelijk de kortharige en de langharige. Zowel bij de kortharige als de langharige hond is het haar glad of licht gekruld en ligt dicht tegen het lichaam. De kleuren rood en wit komen het meest voor, maar ook zwart kan voorkomen. Ze hebben witte aftekeningen aan de borst, poten, neus, nek en staartpunt. Het karakter van de sint-bernard kenmerkt zich door vriendelijkheid, goedmoedigheid, rust en ontspanning. Ze zijn evenwichtig in gedrag en, ondanks hun waakzaamheid, zijn het geen overmatige blaffers. Deze reus is zeer goed met kinderen en zal ze met hart en ziel beschermen.
Oorsprong
De sint-bernard is verwant aan de Zwitserse sennenhond en werd bekend door zijn reddingswerk. Vanaf het einde van de zeventiende eeuw werd de sint-bernard door monniken in Zwitserland als berghond gehouden, om ze te begeleiden en te bewaken. De honden hebben een zeer goed oriëntatievermogen en ze begonnen toen al snel verdwaalde reizigers in de mist en sneeuw op te sporen en te redden. Ze waren hiervoor uiterst geschikt, dit ras is zeer waakzaam en ze hebben een uitermate goed gevoel voor dreigend gevaar. We kennen allemaal het beeld wel van de sint-bernard met het vaatje met brandewijn om zijn nek, wat waarschijnlijk ontstaan is uit een mythe. Later, rond 1830, zijn de honden gekruist met Newfoundlanders en Pyrenese berghonden, wat ertoe leidde dat er naast de oorspronkelijke kortharige variant toen ook een langharige variant ontstond. Tegenwoordig wordt de sint-bernard nog maar weinig als reddingshond gebruikt, omdat hij door de fok te groot en te zwaar geworden is (waarschijnlijk is hij met de mastiff gekruist), ze worden nu vooral nog als huishonden gehouden.
Beweging
De sint-bernard heeft een hoop ruimte nodig. Deze grote hond heeft niet zoveel bewegingsdrang, maar hij heeft wel wat ruime nodig om zich te ontplooien, lange wandelingen kan hij ook zeer waarderen. Een kleine woning in de stad is misschien niet het allerbeste idee voor hem, hij voelt zich meer thuis in een huis met een grote tuin of erf. Zo kan hij ook nog zijn beschermingsdrang gebruiken. De sint-bernard is niet alleen goedmoedig en behulpzaam, ze zijn ook erg slim. Zijn intelligentie die samengaat met zijn uitgesproken vermogen om te leren zorgt ervoor dat de sint-bernard makkelijk op te voeden is. Ze zijn dan ook geschikt voor agility of gehoorzaamheidstraining.
Gezondheid
Door zijn aanzienlijke grootte en gewicht loopt de sint-bernard een vergroot risico om HD (heupdysplasie) en ED (elleboogdysplasie) te krijgen. Het is dan ook belangrijk dat men met pups voorzichtig is wat betreft beweging. Verder komen gezondheidsproblemen als wobbler (een erfelijke zenuwaandoening waarbij er druk komt te liggen op de rug- en nekwervels van de hond), huidaandoeningen, en hartproblemen voor. Ook krijgen ze door hun hangende oogleden vaak oogontsteking. De gemiddelde leeftijd is ongeveer tien jaar.