Hondenprobleem: mijn hond luistert niet
Benjamin staat te schooien in de keuken terwijl zijn baas aan het koken is. “Benjamin op je plaats”, zegt de baas terwijl hij met één oog naar de hond kijkt. “Benjamin, schiet op, ga in je mand.” Benjamin blijft gewoon staan. “Nou vooruit, op je plaats, in je mand zei ik je toch!” De baas verdiept zich weer in het recept dat hij aan het maken is en Benjamin blijft staan waar hij staat. Wat heeft de hond geleerd? Niet luisteren.
Waarom luistert de hond niet ?
U zou zich de volgende vragen kunnen stellen.
- Heeft de hond aandacht voor mij? Heb ik een goed contact met hem?
- Kent de hond het commando, met andere woorden, begrijpt hij wat de bedoeling is?
- Gebruik ik altijd hetzelfde commando?
- Hoe vaak ben ik gewend een bepaald commando te herhalen?
- Was het commando dat ik gaf, in de gegeven situatie niet te moeilijk?
- Geef ik hem wel de tijd om het commando uit te voeren? Vooral wanneer de hond het commando net heeft geleerd, moet het eerst even tot hem doordringen voordat hij weet wat hij moet doen.
- Hoe geef ik het commando? Als er de eerste keer al gesnauwd wordt tegen het dier, kan er angst in het spel zijn.
Schreeuwen tegen de hond
Het is absoluut niet nodig
tegen een hond te schreeuwen. Hij hoort ongeveer vier keer zo goed als de mens en kan zelfs nog hogere tonen horen. Ook is zijn gehoor op grotere afstand beter. U kunt zijn gehoor gemakkelijk testen door bijvoorbeeld met een stukje worst in uw hand een commando te geven dat hij niet verwacht. U geeft dit commando fluisterend. Grote kans dat hij het perfect opvolgt.
Wanneer u een commando geeft, wilt u dat de hond reageert. Doet hij dat niet, dan wordt vaak aangenomen dat hij ongehoorzaam of koppig is, of expres niet luistert. Bedenk echter dat een hond nooit expres zijn baas dwars zal zitten en hij ook niet het vermogen heeft zijn baas te treiteren of wraak op hem te nemen.
Contact met de hond
Contact is de basis voor het luisteren. De ene hond is zelfstandiger, meer op zichzelf dan de andere. Met zo’n hond is moeilijker contact te krijgen. Het hangt sterk samen met het oorspronkelijke doel waarvoor het dier gefokt is. Het lijkt soms dat honden die meer op zichzelf zijn, minder intelligent zijn. Dit heeft daar echter niets mee te maken. Toch geldt voor elke hond dat er moeite moet worden gedaan om goed contact met hem te krijgen. Spelen, er samen op uittrekken en het doen van
gehoorzaamheidsoefeningen bevorderen het contact. Ook een consequente leiding van de baas waardoor de hond duidelijk weet en begrijpt wat wel en niet mag, heeft hier een positieve invloed op.
Veel problemen tussen baas en hond komen voort uit het niet
consequent en duidelijk genoeg handelen van de baas. Een hond kent geen democratie en leeft van nature onder de strenge regels van de roedelleider. Een hond die de ene keer wel op de bank mag en er de volgende dag boos af wordt gestuurd omdat hij vieze poten heeft, begrijpt daar niets van.
Taal van de hond
Benjamin heeft een blad van de plant getrokken en de baas ziet dat. ‘Foei toch Benjamin, dat mag toch niet’. Benjamin hoort aan de
klank van de stem dat het niet goed is. Hij werpt zich op zijn rug. Zie je wel, denkt de baas. Hij weet het wel, hij schaamt zich.
Fout! De hond onderwerpt zich voor de boze stem van de baas. Het is maar de vraag of hij begrijpt waaróm de baas een boze stem opzet. Als een hond zich onderwerpt, zal hij zich klein maken. Benjamin gooit zich op de rug. Misschien laat hij zelfs wat urine lopen. Dit is heel normaal. Hij onderwerpt zich op dat moment aan zijn roedelleider. Doet een hond dit bij een soortgenoot dan zal deze niet meer toehappen; zijn
ridderlijkheidsinstinct belet hem dat.
Het is belangrijk dat u deze taal herkent. De hond kent de taal van de mens niet, wij moeten de
taal van de hond spreken. Wel kan een hond geleerd worden, bepaalde klanken (woorden) te associëren met een bepaald gedrag. Gebruik dan ook altijd hetzelfde commando voor dezelfde oefening en verander dit niet.
Straffen of belonen
Hoe hard een hond gecorrigeerd moet worden en hoe dominant u zich moet opstellen, dient te worden afgestemd op de reactie van het dier. Het is niet zielig een hond hard te
corrigeren als hij dat nodig heeft, het is veel zieliger dat sommige mensen het zodanig uit de hand laten lopen, dat de hond uiteindelijk niet meer is te handhaven en eindigt in het asiel of bij de dierenarts.
De
timing van het belonen is van essentieel belang. De beloning moet direct na de handeling worden gegeven. Op sommige trainingen moet de hond na de oefening ‘afliggen’ eerst nog ‘volgen’ voordat hij beloond mag worden.
Hij begrijpt hier niet meer van dan dat hij voor zijn ‘volgen’ wordt beloond. De hond is niet in staat te bedenken dat de beloning eigenlijk voor het ‘afliggen’ bedoeld was. Datzelfde geldt voor straffen.
Straffen van de hond heeft alleen effect als u dat doet wanneer hij met de verboden handeling begint. Achteraf straffen heeft geen zin. De hond die wordt gestraft als hij thuiskomt nadat hij weggelopen is, zal de volgende keer nog langer weg blijven. In hondentermen hebt u hem namelijk voor het thuiskomen gestraft. Straft u hem echter op het moment dat hij de deur uitvliegt, dan zal hij het de volgende keer wel laten.
Geef de hond een commando in principe maar één keer. Als u gewend bent de hond vijf keer het commando zit te geven, zal hij het commando steeds trager gaan uitvoeren. U herhaalt het immers toch wel weer. Datzelfde geldt voor nee of
foei. Gebruik deze woorden spaarzaam! Sommige mensen roepen al bij het minste of geringste nee. Het gevolg is dat de hond dan niet meer reageert als hij echt in de fout gaat.