Dieren EHBO: soorten parasieten
Een vlo is een klein, bruin, vleugelloos insect met een zijdelings afgeplat lichaam. Hij heeft lange krachtige poten, waarmee hij goed kan springen en zich zodoende snel kan verplaatsen. De volwassen vlo zuigt bloed en brengt slechts een deel van zijn leven op de gastheer door; de eieren en de onvolwassen stadia vindt u vaak in grote aantallen op de plaatsen, waar de gastheer (uw huisdier) veel verblijft. Scabies veroorzaakt hevige jeuk. Het is zeer besmettelijk en kan van dier op de mens overgaan. Bij de mens blijven de mijten echter maar een paar dagen in leven, tenzij er opnieuw een besmetting plaats vindt. Bij de kat wordt de ziekte kopschurft genoemd en is gekenmerkt door korstige kale plekken rond de oren, op de snuit, ellebogen en staart. Strongyloides: Deze kleine in het voorste gedeelte van het darmkanaal voorkomende parasiet komt voor in de tropen en subtropen en wordt in ons land sporadisch bij importhonden gevonden.
Vlooien
De levenscyclus van de vlo duurt minstens drie weken en kan zelfs twee jaar duren, afhankelijk van de temperatuur en de vochtigheid van de omgeving. Vlooien gedijen het best in een vochtige warme omgeving; ze kunnen niet leven in een al te droog klimaat of boven een hoogte van ongeveer 1800 meter. Bij koud weer sterven de volwassen vlooien, maar de eieren en de onvolwassen stadia blijven in leven en als de temperatuur weer stijgt groeien deze uit tot volwassen vlooien.
Een vlooienbeet is op zichzelf slechts een klein defecte in de huid, maar er kan een hevige overgevoeligheidsreactie door ontstaan. Een dier kan er zo erg door gaan krabben en bijten aan zichzelf, dat veel andere huidaandoeningen hierdoor ongunstig beïnvloed worden. De door vlooien veroorzaakte huidafwijkingen zijn meestal op de rug en nek gelokaliseerd, vooral achter op de rug, vlak voor de staartwortel.
U kunt de diagnose ‘vlooien’ stellen als u de volwassen vlo of zijn uitwerpselen (kleine zwarte korreltjes) in de vacht van het dier vindt. Als u deze uitwerpselen nat maakt en op wit papier stuk wrijft worden ze roodbruin van kleur, omdat ze namelijk veel bloed bevatten.
Bestrijding
De vlooienbestrijding bestaat uit twee onderdelen: de behandeling van de gastheer (het huisdier) en — wat vaak nog belangrijker is — de behandeling van de omgeving van het dier. Hond en kat kunnen worden ingespoten en ingepoederd met allerlei preparaten tegen vlooien. Een hond kunt u ook wassen met verscheidene goede en veilige middelen tegen insecten.
Bij katten dient men echter extra op te letten, omdat een aantal insecticiden giftig voor hen is. Volg steeds nauwkeurig de gebruiksaanwijzing op. Als u een spray of poeder gebruikt moet u tijdens het spuiten of poederen het haar tegen de draad instrijken, zodat het insecticide goed door de vacht heen dringt en contact met de huid heeft. Wikkel het dier daarna gedurende een paar minuten in een handdoek hierdoor kunnen de vlooien niet ontsnappen en worden dus beter bestreden.
Herhaal deze behandeling een paar keer per week. Vlooienbanden en ‘medaillons’, die met een insecticide geïmpregneerd zijn, worden ook veel gebruikt.
Als u ze nieuw omdoet, blijven ze een maand of drie werkzaam. In droge en warme streken schijnen deze middelen schadelijker voor het dier te zijn. De vlooienband werkt, doordat het dier in een wolk van insecticide gehuld wordt, Hij heeft daardoor ook meer effect bij een dier dat rustig is en veel op dezelfde plaats blijft liggen, dan bij een zeer actief dier, dat veel beweegt en zo de ‘wolk’ om zich heen steeds verdrijft.
Een vlooienband, die te strak zit, nat geworden is of anderszins onjuist wordt toegepast, kan een plaatselijke huidreactie of zelfs een ernstige algemene aandoening veroorzaken. Dit is vooral bij katten nog wel eens het geval. Lees dus goed de instructies van de fabrikant, voordat u de nieuwe vlooienband omdoet. Doe hem bij de eerste verschijnselen van irritatie direct af. Voor een goede bestrijding van de vlooien is het noodzakelijk dat u tegelijkertijd de omgeving van het dier behandelt. Als de vlooien plaag heel erg uitgebreid is, kunt u de hulp inroepen van een officiële bestrijdingsdienst
Om de vlooien, eieren en larven zo volledig mogelijk te verwijderen moet u kleden, vloeren en plaatsen waar uw huisdier slaapt of vaak ligt, grondig stofzuigen. Het opgezogen stof moet u verbranden. Ter voorkoming van een volgen.. de plaag kunt u vlooienpoeder of spray in kieren en naden van de vloer Strooien of spuiten.
Een vertrek met een gladde stenen vloer is echter veel beter vlovrij te houden. De gele Vaponastrips voor vliegen kunt u ook heel goed bij de vlooienbestrijding gebruiken Hang er één in het vertrek, waar het dier het meest komt of bevestig een deel van de strip onder tegen het dak van het hondenhok of de kennel en het andere deel onder de vloer van het hondenverblijf.
Zo hangt er voortdurend een insecticidedamp in het nachtverblijf van het dier en dit is ook niet zo schadelijk omdat het dier hier niet constant vertoeft. Iedere keer dat het dier een dutje doet wordt hij behandeld. Orale middelen tegen vlooien bleken niet erg goed te helpen.
Sarcoptes schurft (scabies)
Bij de hond ontstaan kale plekken, die door het dier zelf vaak stuk gekrabd worden. Ook hier zitten de plekken meestal aan oren, snuit, ellebogen en poten. Beide soorten schurft moeten met een speciale oplossing met insecticide werking behandeld worden en voor de juiste diagnose en behandeling moet u uw dierenarts raadplegen. U moet het hele dier grondig behandelen en ook alle dieren waarmee hij in contact is geweest. Herhaal de behandeling minstens vier weken lang één keer per week. De omgeving van het dier hoeft u maar één keer te behandelen.
Oorschurft
Oorschurft komt bij hond en kat voor en is ook erg besmettelijk. Het veroorzaakt jeuk en het dier schudt daardoor vaak met zijn kop. Er kan een ontsteking van de gehoorgang door ontstaan. De mijten brengen de meeste tijd in het oor door en moeten daar dus ook bestreden worden. Het is echter ook mogelijk dat enkele mij- ten zich over andere gedeelten van het lichaam verspreiden, zodat het verstandig is om het hele dier met een spray of poeder tegen vlooien te behandelen. Een geringe infectie kan maandenlang blijven bestaan. Probeer dus in een vroeg stadium de infectie door een grondige behandeling onder de knie te krijgen.
Cheyletiella
Deze mijt veroorzaakt een niet-ernstige huidaandoening. De grote witte mijten leven op het huidoppervlak en lijken net huidschilfers, maar als u ze van dichtbij of met een loep bekijkt kunt u ze zien bewegen. Ze komen veel voor hij pups, die in een kleine ruimte dicht opeen gehouden worden (deze schurftsoort is zeer besmettelijk en kan op de mens overgaan).
De mijten veroorzaken ‘huidroos’ op de rug van het dier met lichte jeuk. Ze komen zowel bij de hond als bij de kat voor; bij de kat zijn echter de verschijnselen en de jeuk nog minder erg. Ter bestrijding kunt u de dieren 2 of 3 keer per week et vlooienpoeder of spray behandelen, gedurende 2 tot 3 weken.
Luizen
Een luis is een vleugelloos insect met een plat lichaam. De luis voltooit zijn hele levenscyclus op het dier en is gemakkelijk te bestrijden. Hij kan buiten zijn gastheer maar enkele dagen in leven blijven. Er zijn twee soorten luizen: bijtende en bloedzuigende luizen. Luizen worden van het ene dier op het andere overgebracht door direct contact en via kam en borstel die voor meerdere dieren gebruikt worden. Ze veroorzaken veel jeuk en kunnen het dier zo’n last bezorgen, dat het geïrriteerd en onrustig wordt. De levens- cyclus van de luis duurt één tot drie weken.
De eieren — of neten zijn witte korreltjes die stevig aan de haren vastzitten. U kunt ze bestrijden door middel van poeder, spray of wassingen (zoals bij vlooien) en moet deze behandeling 2 of 3 keer om de één twee weken herhalen. Behandel tegelijkertijd alle dieren die met het besmette dier in contact zijn geweest.
Teken
Een teek vindt u als een koffieboongroot, insectachtig organisme aan de huid van het dier vastgehecht. Ze kunnen op elk deel van het lichaam voorkomen, maar zitten meestal rond de kop en onderaan de poten. Een teek doorloopt in zijn levenscyclus verscheidene stadia. Tijdens een deel van de cyclus voeden ze zich op andere gastheersoorten, zoals kleine knaagdieren of andere in het wild levende dieren.
Er bestaan ‘harde’ en ‘zachte’ teken, maar vooral de eerste soort kan voor onze huisdieren een probleem vormen. De tekenbeet op zichzelf is niet ernstig, maar in tropische en sub- tropische gebieden kunnen deze parasieten verscheidene besmettelijke ziekten overbrengen, zodat hun bestrijding daar erg belangrijk is
Probeer een teek nooit te verwijderen met een brandende sigaret! Als er maar enkele teken zijn kunt u ze met een watje alcohol (eau de cologne of bijv. gin) wrijven. De teek raakt hierdoor snel verdoofd en valt van het dier af, of kan met een pincet gemakkelijk uit de huid worden getrokken. In het laatste geval moet u de teek met de pincet of met uw vingers zo dicht mogelijk bij de huid vastpakken en met een draaiende beweging lostrekken (het is nl. belangrijk dat ook de kop wordt verwijderd). Om de teek te doden moet u hem verbranden, door het toilet spoelen of enkele minuten in alcohol houden.
Teken komen vooral veel voor in bosrijke streken en wel in laag struikgewas. Ze komen in bepaalde tijden van het jaar voor. In Nederland bijvoorbeeld als de gemiddelde temperatuur boven de 10°C komt. De bestrijding buiten de gastheer is nagenoeg onmogelijk. Sommige tekensoorten in de tropen en ook een in ons land geïmporteerde soort leven in huizen en schuren tussen de vloeren en muren en in kieren en zijn ook moeilijk te bestrijden. Om te voorkomen dat uw huisdier veel last van teken heeft moet u hem regelmatig inpoederen of bespuiten met een insecticide of hem voortdurend een vlooienband laten dragen.
Schurftmijten
Deze zeer kleine insectachtige parasiet is met het blote oog nauwelijks zichtbaar. Er worden vier soorten schurft besproken, achtereenvolgens: demodex schurft, sarcoptes schurft (scabies), oorschurft en cheyletiella. Alle schurftmijten hebben een directe levenscyclus en brengen hun hele leven op een gastheer door. Ze kunnen buiten deze gastheer slechts enkele dagen in leven blijven.
Alle schurftsoorten, behalve demodex, zijn erg besmettelijk. De diagnose wordt in alle gevallen gesteld door microscopisch onderzoek van een huidafkrabsel.
Demodex schurft
Deze soort schurft komt in sommige hondenfamilies voor en wordt bij de geboorte door de moeder op de pups overgebracht (de enige manier waarop het van het ene dier op het andere kan overgaan). Als u ontdekt dat uw pas aangeschafte jonge pup demodex schurft heeft kunt u er mee teruggaan naar de verkoper en een andere pup nemen of uw geld terug vragen. Er bestaat een lichte vorm van demodex schurft, die geen jeuk geeft, maar slechts wat kale plekken rond de ogen, op de snuit en op de poten. Dit is in de meeste gevallen goed te behandelen; het geneest ook vaak spontaan zodra het dier geslachtsrijp wordt. Een tweede en veel ernstiger vorm van de ziekte is die, waarbij complicaties optreden door bacteriële infectie van de huid. De huid is rood en verdikt en kan pus bevatten. De behandeling is langdurig en kostbaar, het is ook voor uw dierenarts beslist een moeilijk op te lossen probleem.
Strongyloides
Het is echter een van de weinige soorten die bij verschillende diersoorten en ook bij de mens voor kan komen, waardoor hij dus zeker in de tropen een gevaar voor de volksgezondheid kan vormen. Deze parasiet komt vooral in kennels en onder slechte hygiënische omstandigheden voor bij volwassen honden. De verschijnselen zijn waterige diarree, soms met bloed, gewichtsverlies, sufheid en slechte eetlust. Er bestaat sinds kort een goed middel ter bestrijding van deze wormsoort.
Hartwormziekte
De hartwormziekte komt in alle tropische en subtropische gebieden voor en is in Europa inheems in Spanje, Zuid-Frankrijk, Italië en Roemenië. In Nederland kan de infectie zich wegens een te lage gemiddelde temperatuur niet handhaven en de enkele keer, dat het hier bij een hond ontdekt wordt, is er steeds sprake van een verblijf in een gebied waar de ziekte inheems is. De parasiet zit in het bloed en in de weefsels van het dier, geeft ernstige beschadiging van hart, longen en lever en kan soms dodelijk verlopen.
De hartworm heeft een indirecte levenscyclus, waarbij de muskiet (steekmug) als tussengastheer optreedt. Zo’n muskiet zuigt bloed bij een besmette hond en kan 14 dagen later een andere hond besmetten door de infectieuze larven door middel van een beet in zijn bloedbaan te brengen.
De belangrijkste verschijnselen die bij de ziekte optreden zijn een verminderd uithoudingsvermogen en eventueel hoesten en in een vergevorderd stadium van de ziekte kan ernstig long- en hartlijden ontstaan. Bij geringe infecties is de behandeling meestal succesvol. Een zeer belangrijk facet van de preventie van hartwormziekte is om te vermijden dat de hond door muskieten gestoken wordt.
Babesiosis (tekenkoorts)
Dit is een ernstige ziekte die wordt overgebracht door bepaalde soorten teken. Met hun beet dragen ze een microscopisch kleine, gevaarlijke parasiet over op de hond. De parasiet dringt de rode bloedcellen binnen en veroorzaakt van daaruit de ziekte. Deze uitheemse ziekte komt voor in (sub)tropische streken en wel in Zuid-Europa, waar de meeste honden een zekere weerstand tegen babesiosis hebben opgebouwd. Nederlandse honden hebben die weerstand niet, omdat de ziekte in ons land niet voorkomt.
Acute ziekteverschijnselen zijn: koorts, bloedarmoede, bruine tot wijnrode urine en geelzucht. In chronische gevallen treden voornamelijk vermagering en lusteloosheid op. Om te vermijden dat uw hond op vakantie door teken wordt gebeten kunt u hem een vlooienband omdoen en hem ook nog regelmatig op teken controleren. Mocht uw hond tijdens of na de vakantie toch ziek worden, raadpleeg dan direct een dierenarts. Er bestaan goede geneesmiddelen tegen de ziekte, maar de behandeling moet tijdig worden ingezet anders is de kans op sterfte erg groot.
Haakwormen (= mijnwormen)
De haakworm heeft ook een directe levenscyclus, maar komt echter bij honden van elke leeftijd voor en geeft duidelijke ziekteverschijnselen. Vooral als de hygiëne te wensen overlaat kan de haakworm een lastig probleem vormen. Deze wormsoort komt echter alleen in tropische en subtropische (Zuid-Europa) streken voor en wordt in ons land af en toe bij importhonden gezien.
De onvolwassen stadia van de worm dringen door de huid heen of worden opgegeten en leveren vooral in kennels problemen op. Een hond kan zichzelf steeds weer opnieuw besmetten. Bij pups van 2 â 3 weken oud kan de infectie dodelijk verlopen. Er ontstaat ernstige bloederige diarree, waardoor het dier niet alleen mager wordt en ondervoed raakt, maar tevens erge bloedarmoede krijgt. De haakworm komt zelden bij de kat voor. Er zijn echter goedwerkende middelen tegen deze wormen, maar het doorbreken van de levenscyclus ervan en het grondig schoonmaken van de omgeving is minstens zo belangrijk als het toedienen van de medicijnen. Door middel van microscopisch onderzoek van de ontlasting is na te gaan of een hond Vrij van wormen is.
Zweepwormen
Ook de zweepworm heeft een directe levenscyclus en zijn eieren kunnen jarenlang als infectiebron in de grond aanwezig blijven. Deze parasiet komt alleen bij honden voor — en wel bij oudere pups en volwassen dieren. Een hond kan met zweepwormen besmet worden als hij in een kennel of huis komt, waar tevoren honden met zweepwormen gehuisvest zijn geweest. De wormen houden zich op in het achterste deel van het maag-darmkanaal van het dier. De verschijnselen zijn wisselend optredende diarree, gewichtsverlies, bloedarmoede en een slechte algemene conditie.
De ontlasting is vaak erg slap van consistentie en kan slijm bevatten. U kunt de diagnose stellen door veelvuldig de ontlasting na te kijken. De behandeling bestaat uit het toedienen van een middel gedurende enkele dagen en moet na een paar maanden één of twee keer herhaald worden.
Omdat herinfecties zeer vaak voorkomen is een regelmatig onderzoek van de ontlasting noodzakelijk bij het bestrijden van zweepworm. Evenals bij de haakworm is ook het doorbreken van de levenscyclus van de parasiet en het verbeteren van hygiëne een zeer belangrijke factor bij de bestrijding.
Lintwormen
Dit is een wormsoort die in het maag-darmkanaal leeft en een indirecte levenscyclus heeft. Dat wil zeggen dat de wormen een bepaalde periode in zijn leven in een tussengastheer moeten doorbrengen dit is een heel andere diersoort.
Een hond of kat kan met de lintworm besmet worden als hij deze ‘tussengastheer’ van de parasiet opeet. Een dier kan een lintworm krijgen doordat hij vlooien op likt of knaagdieren (ratten, muizen), besmette vis en rauw varkens of rundvlees eet. Door een goede vleeskeuring en door het vlees te koken kunnen deze laatste oorzaken echter uitgesloten worden. Het belangrijkste wapen ter voorkoming van lintworm is dus de bestrijding van vlooien en knaagdieren, hetgeen soms en moeilijke opgave kan zijn.
Ter bestrijding van de lintworm in de darm bestaan er goede middelen, die vrij duur zijn, maar bij een juiste toepassing zeer effectief werken
Rondwormen (ascariden of spoelwormen)
Deze wormen hebben een directe levenscyclus (d.w.z. dat ze direct van hond op hond overgebracht kunnen worden) en leveren vooral voor jonge pups en kittens gevaar voor de gezondheid op. Het is noodzakelijk om deze jonge dieren regelmatig te ontwormen. Als uw huisdier volwassen wordt, ontwikkelt hij een zekere weerstand tegen spoelwormen en de enkele die dan nog overblijven, veroorzaken geen problemen. Het is onmogelijk om ze volledig uit te roeien, maar ze veroorzaken echter geen pijn, zoals men Vaak denkt, en u hoeft het dier niet zijn leven lang elke maand te ontwormen.
Pups en kittens die veel spoelwormen hebben zijn vaak mager en hebben een dikke buik, terwijl ze verder af en toe braken, steeds diarree en regelmatig de hik hebben. Herhaal de wormkuur in de eerste levensweken regelmatig en daarna alleen als er aanleiding toe is of als uw dierenarts het aanraadt. De meeste middelen tegen spoelwormen zijn goedkoop en veilig.