Join-up, inspelen op kuddegedrag

Join-up
Bij een join-up wordt het gedrag van het leidende paard nagebootst, om zo te laten zien wie de baas is zonder lichamelijk geweld. Het is een manier die in de Natural Horsemanship gebruikt wordt voor het zadelmak maken van paarden en het corrigeren van probleempaarden. Het is met een join-up mogelijk snel toegang te krijgen tot een paard zonder angst of wantrouwen te creëren.De Amerikaanse paardengoeroe Monty Roberts was de eerste die deze methode bekend maakte. Toen Monty jong was, werd er eigenlijk nog geen gebruik gemaakt van methodes zoals Natural Horsemanship en werden paarden ingereden met vrij veel geweld en weinig begrip voor het paard zelf. Monty zag deze methodes rondom hem en besloot een nieuwe, geweldloze methode te ontwikkelen, die hij join-up noemde.
Een join-up is een goed begin bij het werken met angstige of getraumatiseerde paarden. Maar niet alleen de zogenoemde probleempaarden hebben er baat bij, voor elk paard is het een fijne methode om duidelijkheid te scheppen over de rangorde en een band op te bouwen met zijn baasje. Vaak denken we als ruiter wel dat we de baas zijn, maar luistert het paard in feite alleen maar omdat ze weten dat ze anders gestraft worden, niet omdat ze daadwerkelijk respect voor de mens hebben opgebouwd.
De kudde
Om het gedrag van paarden en de werking van de join-up te begrijpen zal je je eerst moeten verdiepen in het kuddegedrag van paarden.Een kudde bestaat uit een groep merries van verschillende leeftijden met veulentjes, hengsten tot en met twee jaar oud, een leidende merrie (alfamerrie) en een leidende hengst (alfahengst). Hengstveulens ouder dan twee jaar worden uit de kudde verstoten en gaan op zoek naar een eigen kudde. De alfahengst heeft een drijvende positie achteraan de kudde. Zijn taken zijn de kudde beschermen tegen gevaar, waarschuwen voor gevaar en de merries drachtig maken. De alfamerrie is meestal een wat oudere merrie en loopt voor de kudde uit om te bepalen waar de kudde heen gaat. Ze heeft hierdoor meer een leidende functie dan de alfahengst. Bij de join-up wordt de leidende merrie nagebootst. Als een (vaak jong) paard vervelend doet, wordt deze door de alfamerrie uit de kudde gegooid als straf. Een ergere straf is er niet voor een paard, een paard kan niet zonder zijn kudde. Hij kan niet overleven zonder de bescherming van de rest van de kudde. Als de alfamerrie vind dat de straf lang genoeg heeft geduurd mag het paard weer terug bij de kudde. De alfamerrie is dus ook verantwoordelijk voor de opvoeding van de jonge paarden.
De join-up in theorie
De join-up bootst eigenlijk de situatie hierboven na, een paard wat uit de kudde wordt gegooid en wat na tekenen van onderdanigheid en overgave weer terug de kudde in wordt gevraagd. De mens neemt dus de positie van de alfamerrie in, het paard wordt onderdanig. Dit is een natuurlijke manier van respect afdwingen, het paard handelt instinctief.De join-up in praktijk
De join-up en follow-up in stappen uitgelegd:Ga met het paard een afgesloten, niet te grote ruimte in. Bij voorkeur een longeercircel, maar een stukje van een bak afzetten (niet groter dan 20 x 20 meter) kan ook. Zorg dat er geen andere paarden in het zicht zijn, de aandacht van het paard moet op jou gericht zijn.
Wat als mijn paard tegenwerkt?
Wees niet heel teleurgesteld als het paard je niet na één keer achterna loopt. In dat geval moet je het proces van wegdrijven, in beweging houden en tekenen aflezen nog eens doorlopen, soms meerdere keren. Lukt het na een keer of drie nog niet? Dan kan het zijn dat je zelf de verkeerde tekenen afgeeft of dat het paard zijn vertrouwen zo kwijt is dat dat niet binnen een uur verholpen kan worden. Blijf ten alle tijden geduldig en schakel een professional in als je het zelf niet meer weet.Het is belangrijk dat je het gedrag van het paard goed kan aflezen. Het ene paard reageert sneller dan de ander, of heeft juist meer druk nodig. Bij te veel druk kan je een paniekerig of aggresief paard krijgen, bij te weinig druk snapt het paard vaak niet wat de bedoeling is en zal weigeren of zich naar je toe draaien. Weet dus hoeveel druk je moet toepassen, gebruik steeds net genoeg druk.
Blijf altijd – niet alleen bij de join-up, maar in de omgang met paarden algemeen – rustig en assertief. Alleen zo zal je paard je gaan zien als een leider waar hij zich fijn bij voelt.