De kracht van belonen: dat heb je goed gedaan paard!
Wil je jouw paard iets aan- of afleren, zal je te maken krijgen met straffen en belonen. Het principe lijkt simpel: ongewenst gedrag moet bestraft worden, gewenst gedrag beloond. In praktijk heeft het echter nogal wat voeten in de aarde. Wil je het gewenste gedrag krijgen zonder negatieve invloed op het paard te hebben, verdiep je dan in welke soorten straffen en beloningen er zijn, en – het belangrijkst – de inwerking.
Leren, belonen en straffen
Leren doen paarden – net als mensen – vooral door te proberen. Wat ze iets oplevert doen ze de volgende keer nog eens, als er iets fout gaat doen ze dat niet meer. Deze manier van leren heet
operant conditioneren. Als leider van het paard kan je zelf zorgen of iets goed uitpakt voor het paard of niet, door hem te belonen of een standje te geven.
Belonen doen we om bepaald gedrag te vermeerderen, hem bevestiging te geven dat hij het goed doet. Straf geven is om bepaald gedrag te verminderen, het paard te ontmoedigen.
Dit kan echter op meerdere manieren: door positief belonen, negatief belonen, positief straffen en negatief straffen. Hierbij wordt niet een positief of negatief gevoel bedoelt, maar positief in de zin van iets toevoegen, en negatief in de zin van iets weghalen.
Positief belonen: iets leuks toevoegen om bepaald gedrag aan te moedigen. Bijvoorbeeld: het paard blijft netjes stilstaan, je geeft hem een snoepje.
Negatief belonen: iets vervelends (bij paarden is dat meestal
druk) wegnemen om gedrag aan te moedigen. Bijvoorbeeld: je vraagt het paard voorwaarts te gaan, je legt je benen aan. Zodra het paard wegstapt stop je de hulp, je haalt dus de druk weg.
Positief straffen: iets vervelend toevoegen om bepaald gedrag te ontmoedigen, helaas kennen we hier veel voorbeelden van. Bijvoorbeeld: het paard gaat de trailer niet in, het krijgt een tik met de zweep.
Negatief straffen: iets leuks wegnemen op bepaald gedrag te ontmoedigen. Bijvoorbeeld: het paard duikt meteen in de voerbak als je eraan komt, je haalt de voerbak weer weg.
Dan is er nog een vijfde mogelijkheid, namelijk niks doen, gedrag
negeren. We spreken ook van
extinctie, wat uitdoving betekent. Gedrag wat je negeert verminderd ook, omdat het het paard niks oplevert.
Nadelen van straf
Als we het hebben over straffen met geweld ligt het voor de hand dat dit geen goede manier is om een paard iets bij te brengen. Behalve dat het ethisch niet verantwoord is (in andere woorden, dat
doe je gewoon niet), heeft het ook een averechts effect, aangezien pijn en angst agressie en frustratie bij het paard opwekken. Maar ook andere, niet per se gewelddadige straffen, waar door veel mensen naar gegrepen wordt in onmacht zijn meestal geen goede keuze. Er zijn veel praktische redenen waarom straffen niet echt helpt
Straf zorgt voor een
onaangename herinnering bij het paard aan de situatie, en ook
frustratie. Het paard weet nu wel dat hij iets niet goed doet, maar hij weet nog niet wat hij dan wel moet doen. Daar komt bij dat straf alleen zin heeft als het onmiddellijk gebeurt, zodat het paard een verband legt. Het heeft bijvoorbeeld geen zin boos te worden op je paard of hem te slaan nadat je van hem af bent gevallen, dit zorgt alleen voor meer paniek en de volgende keer zal het paard je niet meer vertrouwen. Sowieso is pijn geen goede trainingsmethode, ook niet tijdens het rijden. Misschien helpt een tik met de zweep één keer, maar je zal op een gegeven moment steeds meer tikken moeten geven wil je hetzelfde resultaat behalen. Vroeg of laat stompt je paard af, denk aan manegepony’s die niet vooruit te branden zijn. Bovendien zijn er situaties waarbij je een paard zoveel straf kan geven als je wil, maar dit zal niks uithalen als de pijn of angst van het paard al zo groot zijn dan de pijn die je hem kan bezorgen. Stel: je paard slaat op hol. Je kan hem dan zo hard in de mond trekken als je wilt, maar de angst en paniek van het paard zorgen dat dit hem niet stopt. Sterker nog, de pijn in de mond van het paard draagt juist bij aan de paniek. Een ander voorbeeld: Een paard weigert voor de sprong en wordt geslagen met de zweep. Dit zorgt dat het paard de hindernis associeert met pijn. De volgende keer zal hij eerder beginnen met weigeren en het kan zelfs zo ver komen dat hij niet meer in de buurt van een hindernis wil komen.
Trainen en problemen oplossen
Wil je je paard op een
paardvriendelijke manier trainen en daarbij zorgen dat jullie vertrouwensband goed blijft, ga dan aan de gang met positief en negatief bekrachtigen. Bedenk ook dat vaak het probleem dieper ligt of ingewikkelder is dat het lijkt. Voorbeeld: je paard bijt op de poetsplaats. Het bijten is even op de te lossen door hem een tik op de neus te geven. Echter, het paard gaat de poetsplaat associëren met tikken op de neus en zal nog onrustiger worden. Maar wat is hier het onderliggende probleem? Het paard toont geen respect en laat je niet in zijn persoonlijke ruimte, ziet je dus niet als de leider. Door te slaan zal de verstandhouding er alleen maar schever van worden. Bij dit probleem zal je dus
grondwerk of freestyle werk moeten doen om te zorgen dat je gezien wordt als leider, de tik tegen de neus geldt hierbij dus als symptoombestrijding en werkt averechts…
Heb geduld
Een paard leert niet iets in één keer. Het kan voorkomen dat een bepaalde gebeurtenis zoveel impact heeft gehad dat het paard er de rest van zijn leven anders door zal handelen, dan is er echt sprake van een getraumatiseerd paard. In dat geval zal je heel veel
geduld moeten hebben wil je weer
vertrouwen opbouwen.
Maar ook bij ‘simpele’ dingen, zoals een hulp aanleren is geduld van groot belang. Een paard denkt niet in goed of fout, maar in wat werkt en wat werkt niet, ze handelen instinctief. Het heeft tijd nodig voordat ze bepaalde situaties herkennen en doen wat er van ze gevraagd wordt. In sommige situaties vragen we zelfs iets van ze wat tegen hun instincten ingaat. Het simpelste voorbeeld: het inrijden. Zorg in dat soort gevallen dat je niet ongeduldig wordt en het paard de tijd geeft te vertrouwen en zich emotioneel klaar te maken.