De Big Five: de droom van iedereen die op safari gaat
In Afrika is de Big Five een hot item. Het gaat om een verzameling van grote, Afrikaanse dieren die iedere persoon die op safari gaat, wil gezien hebben. Daardoor vergeet men wel eens de rest van de prachtige natuur te aanschouwen en soms weet men eigenlijk niet welke dieren tot de Big Five behoren. Voor alle duidelijkheid: het zijn de leeuw, de olifant, de buffel, de neushoorn en de luipaard.
De leeuw
De koning van de dieren prijkt op de eerste plaats. De leeuw is een groot roofdier, die tot 200 kg kan wegen en 1 meter lang kan worden. Een mannetjesleeuw herkent men gemakkelijk aan de manen rond zijn hals. Deze manen beschermen hem in strijd met andere mannetjes tegen de slaande klauwen van de tegenstander. Leeuwinnen hebben geen manen. Zij kunnen elk maximaal 4 jongen baren en zijn in de jacht minstens even bedrijvig als de mannen.
Iedere toerist die in Afrika op safari is, wil absoluut de leeuw zien. Toch is het zien van leeuwen niet zo spectaculair. Meestal liggen zij te luieren op het gras en kijken ze roerloos naar de toeristen. Wanneer er welpjes in de groep voorkomen, kan er wel wat actie zijn. De welpjes zorgen dan voor vertier door hun speelsheid. Wie echte actie wil zien, moet veel geduld uitoefenen. Die echte actie heb je immers pas als een groep leeuwen aan het jagen is. Meestal zijn het de vrouwtjes de jagen en eenmaal de prooi gevangen is, zijn het de mannetjes die de buit als eerste komen opeten.
De olifant
De olifant is het grootste dier van de Big Five. Hij is erg kolossaal gebouwd. Zo weegt hij tussen de 6000 en 7000 kilo en meet hij gemiddeld 3,4 meter. Zijn slagtanden kunnen maar liefst 3 meter lang worden. Olifanten zijn planteneters en zijn hierdoor bijna continu onderweg, op zoek naar voedsel. Hierdoor is het meestal spectaculairder als men een olifant tegenkomt in plaats van een leeuw. Ook het moment waarop de dieren zich wassen is leuk om mee te maken als toerist. Al mag men wel niet te dicht in de buurt van deze kolossen komen. Olifanten zijn over het algemeen niet gevaarlijk, maar daarnaast zijn ze wel onvoorspelbaar. Als u de waarschuwingstoeter van een mannetjesolifant hoort, kunt u maar best snel weggaan!
De buffel
Het derde dier is de buffel. Buffels zijn net als de leeuw en de olifant kuddedieren, maar toch zie je soms afzonderlijke exemplaren. Ze eten graag wild gras en zijn te herkennen aan hun enorme hoorns. Op basis van die hoorns kan men trouwens inschatten hoe oud de buffel is. De hoorns zakken immers langzaam naar beneden naarmate het dier ouder wordt. Buffels lijken misschien de minst agressieve van de 5 dieren die tot de Big Five behoren, maar een gewond exemplaar kan erg gevaarlijk uit de hoek komen. En ook hier komt men best niet te dicht in de buurt.
De neushoorn
Men onderscheidt twee soorten neushoorns, namelijk de witte en de zwarte neushoorn. De witte is in tegenstelling tot wat zijn naam doet vermoeden, niet helemaal wit. De foutieve benaming is in feite afgeleid van het Engelse wide (wijd), wat in de loop der tijd verbasterd is tot white (wit). De witte neushoorn wordt dus zo genoemd omwille van zijn brede bek. Met deze bek graast hij graag gras. Naast de witte heb je, zoals al eerder gezegd, ook nog de zwarte neushoorn. In tegenstelling tot zijn witte variant heeft deze een spitsere neus. Hij kabbelt immers liever aan de bomen i.p.v. gras te graaien. Daarnaast zijn zwarte neushoorns ook agressiever en kortzichtiger. Om een neushoorn te zien, heb je trouwens wat geluk nodig. Neushoorns zijn immers erg gegeerd om hun hoorns. Nu is de jacht op hen officieel verboden, maar toch zijn er nog steeds stropers die de dieren doden. De populatie ervan is door de jacht sterk gedaald en daardoor is het een bedreigde diersoort geworden.
De luipaard
De luipaard kan men echter nog minder spotten dan de neushoorn. Het roofdier verstopt zich immers graag in de bomen. Desondanks zijn de dieren niet zeldzaam. Zo leven ze behalve in Afrika ook in Azië. Hoewel de luipaard zelf niet bedreigd is, zijn er paar ondersoorten van hem dat wel. Het betreft hier voornamelijk ondersoorten in Azië, die steeds minder leefgebied hebben door de opkomende steden. Helaas zijn ook in Afrika enkele ondersoorten erg zeldzaam geworden. Zo heeft men in Marokko de berberluipaard al 20 jaar niet meer opgemerkt. Bovendien heeft de luipaard geen specifieke kleur waaraan men hem kan herkennen. Naast de gele, gevlekte luipaard bestaan immers ook luipaarden die bijna volledig zwart zijn.
© 2011 - 2024 Fcbrugge, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Het gevaar van The Big 5The big 5 verwijst naar de 5 meest geliefde dieren om op safari te bekijken. Men heeft lang gedacht dat dit ook de meest…
The Big Five (de grote vijf)De 5 grootste dieren van Zuid Afrika hebben een bijzondere naam meegekregen, "the big five" (de grote vijf). Deze groep…
Camouflage bij dierenSommige dieren hebben een pantser of een of ander fysiek wapen en gaan het gevecht aan met de aanvaller maar een zwak di…
Bronnen en referenties
- http://www.vakantie-in-afrika.com/big-five-safari.html
- http://www.klap.net/leerkr/suggesties/sug879/879ZAbigFive.html
- http://nl.wikipedia.org/wiki/De_Grote_Vijf