De giraf en zijn lange nek
De giraf is sierlijk, mooi, snel en sterk. Het grootste zoogdier op aarde leeft in Afrike, op de savannen. In Nederland vind je deze dieren alleen terug in dierentuinen. Een giraffenjong maakt bij de geboorte een val van ruim twee meter hoog. Hij draait zich in de lucht waardoor hij perfect op zijn zij valt. Hij is bij de geboorte al ruim twee meter hoog. Waarom de giraf een lange nek heeft, daar zijn meerdere theorieën voor:
Giraf
De giraf (Giraffa camelopardalis) behoort tot de zoogdieren en tot de familie van de Giraffidae. De familie van de Giraffidae telt maar twee soorten, de okapi en de giraf. De giraf is vooral bekend om zijn lange nek en het sierlijke lopen. Nett als de meeste zoogdieren heeft de giraf ook zeven nekwervels, al denken sommigen dat het er meer zijn,juists door die lange nek. De nekwervels zijn uiteraard langer dan bij andere dieren. Op de nek draagt de giraf korte manen, die stijf zijn. Boven op de kop draagt de giraf twee hoorntjes, soms zitten er voor deze twee hoorntjes nog twee kleinere hoorntjes. Het lichaam van de giraf loopt schuin af en de poten zijn lang. De poten eindigen in hoeven. De giraf behoort tot de tweehoevigen. Hij is een telganger: dit houdt in dat hij zijn rechtervoorpoot en rechterachterpoot tegelijkertijd naar voren zet. Het lichaam bezit een vlekkenpatroon, dat een perfecte camouflage geeft tussen de bomen. De staart bezit een kwastje en is perfect om vliegen mee weg te jagen.
Groot
Een giraffenjong is bij de geboorte al ruim twee meter hoog. Een mannetje kan wel zes meter hoog worden. Hiermee zijn het de langste zoogdieren ter wereld. Het gewicht bedraagt tot wel 1900 kilo voor een flink mannetje. De tong van de giraf kan wel tot 45 cm lang zijn. De topsnelheid van een rennende giraf bedraagt 55 kilometer per uur. Ze worden gemiddeld 25 tot 30 jaar oud.
Leefgebied
Van oorsprong leeft de giraf in Afrika, op de savannen of andere grote gebieden. Hij zoekt plekken met struiken of bomen die ook open vlakten bezitten. Daar eten ze het liefst van de acacia, een boom die daar veel voorkomt. Gebieden waar giraffen zijn uitgezet zijn veelal in wildparken in Afrika. In Europa komt de giraf alleen in dierentuinen voor. In het Burgers Zoo in Arnhem heeft men een groot losloopgebied voor giraffen, waar ze samen met andere dieren zoals zebra's samen leven. In dierentuinen zoals Artis leeft de giraf beduidend kleiner. In het wild komen ze voor in kleine kuddes van zes tot twaalf dieren, maar er zijn ook grotere kuddes waargenomen. Soms overlappen de woongebieden van de kuddes elkaar waardoor ze elkaar vaak tegen komen en samen verder naar voedsel zoeken. Een kudde bestaat meestal uit een mannetje, enkele vrouwtjes en hun jongen. Ze zoeken veel naar voedsel, ze eten gemiddeld twaalf uur per dag. Slapen doet een giraf weinig, want hij moet continue op zijn hoede zijn voor roofdieren. Soms gaat de giraf een half uurtje liggen en houdt zijn hoofd dat rechtop, waarbij de oorschelpen blijven bewegen. Soms ook legt de giraf zijn hoofd neer, waarbij de nek in een kronkel ligt. Een volwassen giraf heeft weinig vijanden, maar jonge dieren vallen snel ten prooi aan roofdieren.
De giraf en zijn lange nek
Waarom de giraf een lange nek heeft, is een veelgestelde vraag. Sinds het begin van de 19e eeuw houden biologen zich al bezig met deze vraag. En nog steeds zijn er verschillende verklaringen voor te vinden.
Darwins theorie
Volgens de theorie van Darwin zou bij toeval een giraf zijn geboren met een lange nek. Dit kan doordat er soms willekeurige veranderingen in het DNA instaan, denk hierbij aan een mens die met zes vingers wordt geboren of met zwemvliezen tussen zijn tenen. Bij toeval was er dus een giraf met een langere nek dan zijn soortgenoten geboren. Daardoor zou hij beter dan de andere giraffen bij de bladeren aan de hoge bomen komen. De giraf zou hierdoor langer leven en zijn nakomelingen zouden ook met een lange nek geboren worden. De giraffen met korte nek zouden door de kortere levensduur langzaam uitsterven.
Lamarcks theorie
De theorie van Lamarcks richt zich op het feit dat de giraffen proberen bij de hoger gelegen blaadjes aan de bomen te komen. Hierdoor zou de nek wat uitgerekt worden, wat weer via het DNA zou doorgegeven worden aan de nakomelingen. De nakomelingen werden met een iets langere nek geboren, rekte hun nek ook weer verder uit en gaven dit ook weer door via het DNA. Op deze manier zou door de jaren heen de giraf met de lange nek zijn ontstaan.
Huidige theorie
De huidige theorie heeft niks met het eten van bladeren te maken, maar met het drinken van water. Doordat de giraf lange poten kreeg, kon hij niet goed meer bij het water zonder te knielen. Hierdoor werd de nek steeds langer, zodat de giraf niet hoeft te knielen om water te drinken. Maar waardoor kreeg de giraf dan lange poten? En met deze vraag, zijn we weer terug bij af...