Nepenthes: vleesetende bekerplant
De nepenthes of de tropische bekerplant is een vleesetende plant. Met nectar lokt de plant insecten richting zijn bekers die gevuld zijn met een plakkerige vloeistof. De bekers zijn glad dus een insect valt gemakkelijk in de beker en zal er dan niet meer uitkomen. De nepenthes haalt zijn voeding uit de insecten en kan daardoor groeien op een onvruchtbare bodem. Er zijn heel veel verschillende soorten van de tropische bekerplant bekend en sommige soorten zijn bij speciale kwekerijen of tuincentra te koop.
Standplaats nepenthes
De nepenthes kan zowel binnen als buiten groeien, maar tijdens vorst moet de plant naar binnen. De bekerplant is dol op licht, maar kan slecht tegen direct zonlicht. Zet de plant dus op een plek waar het de hele dag door licht is, maar waar de zon niet komt. De plant haalt zijn voedingsstoffen uit de insecten dus een vruchtbare grond is niet nodig. Kijk uit voor grond met toegevoegde meststoffen, want daar houdt de plant niet van. Voeg aan de aarde wat perliet toe om meer water vast te kunnen houden. Gebruik een pot met een gat in de bodem zodat overtollig water weg kan lopen en de wortels niet in een laag water komen te staan. De pot van de bekerplant moet diep zijn zodat de wortels zich goed kunnen ontwikkelen. In de zomer houdt de plant van warmte, maar in de winter mag de plant kouder staan. De plant zal dan namelijk in rust gaan en in het voorjaar weer sterker en mooier terugkomen. Let er echter wel op dat de plant niet te maken krijgt met vorst. Dat zal de plant namelijk naar alle waarschijnlijkheid niet overleven.
Water geven aan de vleesetende bekerplant
Nederlands kraanwater zit vol met mineralen en kalk. De nepenthes kan daar slecht tegen. Gebruik daarom regenwater of als regenwater niet beschikbaar is gedemineraliseerd water. Maak de plant zelf niet nat bij het water geven, maar giet het water op de aarde. De grond moet altijd vochtig zijn, maar voorkom een laag water onder in de pot. Als overtollig water via een gat in de pot kan weglopen kan er bijna niet te veel water gegeven worden. Als je de plant kouder gaat zetten voor de rustperiode in de winter kan de hoeveelheid water ook iets omlaag. De plant zal namelijk stoppen met groeien in de winter en heeft dan minder water nodig. De bekerplant is van nature gewend aan een hoge luchtvochtigheid die wij in Nederland niet hebben. Gebruik vochtverdampers of plaats de nepenthes in een kas. Als dat niet lukt is hele fijne nevel uit bijvoorbeeld een plantenspuit af en toe fijn voor de plant. Maak de bladeren niet te nat, want dan kunnen ze gaan rotten.
Insecten voeren aan de nepenthes
Als de plant buiten staat dan kan de plant zelf zijn insecten vangen en hoef je zelf geen insecten meer te geven. In huis is het afwachten of de plant iets vangt. Misschien af en toe een vlieg. Als de plant echt niets vangt kan er één keer per maand een mug of vlieg gevoerd worden zodat de plant wel aan zijn voeding komt. In de natuur zal het echter ook voorkomen dat de plant af en toe niets vangt. Als je gaat voeren kies dan niet de grootste insecten uit, want die kunnen gaan rotten in de beker als het verteren te lang duurt. Tijdens de wintermaanden is het niet nodig te voeren, want de plant heeft geen voeding nodig tijdens de rustperiode.