Pinguïn (niet vliegende vogel)
Pinguïns (familie: Spheniscidae, orde: Sphenisciformes) zijn niet-vliegende vogels die leven op het zuidelijk halfrond. Voornamelijk aan de zuidpool, maar ook bij Nieuw-Zeeland, Australië, Zuid-Amerika en op verschillende eilanden.
Lichaam
Het lichaam van een pinguïn heeft de vorm van een vis. Daardoor kan een pinguïn gemakkelijk zwemmen en duiken. Hun vleugels, een soort vinnen, zorgen ervoor dat een pinguïn snelheid kan maken. Met één slag kunnen ze drie meter ver komen. Een pinguïn lijkt bij het maken van snelheid op een dolfijn. Nadat ze het water in zijn gedoken, komen ze weer boven, en vervolgens gaan ze weer onder. Hun achterpoten dienen als een soort stuur. Onder de veren van een pinguïn zit een laagje lucht en er zit ook een dikke vetlaag onder hun huid. Op die manier blijven ze warm in het water. Met de zware botten – die andere vogels niet hebben – kunnen ze goed duiken.
Pinguïns lopen rechtop, meestal in een waggelloopje, maar soms ook met een sprint. Daarnaast kunnen pinguïns goed met hun buik over sneeuw surfen, wat vooral handig is als ze naar hun broedplaats moeten. Een voorbeeld is de Keizerpinguïn: die moet vaak meer dan honderd kilometer over het ijs lopen en ‘surfen’ om bij zijn broedplaats aan te komen.
Soorten
Er bestaan 17 soorten pinguïns, namelijk:
- Keizerspinguïn
- Koningspinguïn
- Ezelspinguïn
- Adélie-pinguïn
- Rotspinguïn
- Humboldt-pinguïn
- Kinbandpinguïn
- Schlegels pinguïn
- Macaroni-pinguïn
- Fjordland pinguïn
- Snares kuifpinguïn
- Grote kuifpinguïn
- Geelookpinguïn
- Dwergpinguïn
- Zwartvoetpinguïn
- Magelhaen-pinguïn
- Galápagos-pinguïn
Van alle soorten is de Keizerspinguïn degene die op veel aspecten boven de andere pinguïns uitsteekt.
1. Van alle pinguïns is de Keizerpinguin
- De grootste met een lengte van 110 centimeter.
- De zwaarste met gewicht van 41 kilo.
- Degene met het zwaarste ei: soms meer dan een halve kilo.
- Het laatste ontdekt.
2. Van alle vogels is de Keizerspinguïn
- Degene die de diepste (535 meter) en de langste (21 minuten) duiken maakt.
- De enige die nooit vaste grond onder zijn voeten heeft. Hij leeft alleen in water en op ijs.
3. Van alle dieren is de Keizerspinguïn
- De enige die het in de winter op de zuidpool uithoudt. Dat betekent dat hij leeft in de volgende omstandigheden: min 60 graden, windkracht 12 en niets te eten.
Voedsel
Het voedsel van pinguïns bestaat voornamelijk uit vis, garnalen en inktvis. Omdat dit voedsel vaak dieper dan tien meter – soms wel dieper dan honderd meter – onder water te vinden is, moeten pinguïns goed kunnen duiken. De meeste pinguïns kunnen gemakkelijk enkele minuten onder water blijven. Een uitzondering is de keizerspinguïn: die kan het met gemak een kwartier onder water uithouden.
Leefgemeenschap
Omdat
pinguïns geen warm nest kunnen maken, zijn zijzelf degene die de eieren warm houden. Pinguïns broeden in grote groepen bij elkaar, soms wel met honderdduizenden dieren. Nadat het vrouwtje een ei heeft gelegd, is het de taak van de man te gaan broeden. Dit doet hij door het ei tussen zin voeten en zijn buik te schuiven. In de broedtijd zit er onderaan zijn buik een plek zonder veren. Dat is een kale plek om het ei mee te verwarmen. De temperatuur zakt soms wel tot min 60 graden. Hoewel het ijskoud is, kan het mannetje het ei niet alleen laten: dan bevriest het immers. Het broden duurt ongeveer twee maanden. Als het jong uit het ei komt, keert het vrouwtje terug. Met het meegebrachte eten voedt ze haar jong en haar man. Ze is door het vele eten sterker geworden en in staat om de verzorging van het jong over te nemen. De taak van het mannetje zit er nu op; het is zijn beurt om voldoende te gaan eten. Na enkele weken komt hij aangesterkt terug, met eten voor zijn vrouw en kind.
Omgeving
Het grootste gedeelte van de dag brengen pinguïns onder water door. Voor belangrijke dingen is het noodzakelijk dat ze aan land komen. Broeden of het krijgen van nieuwe veren behoren hier toe.
Vrienden en vijanden
De pinguïn heeft weinig vijanden. Een groot gevaar vormt de zeeluipaard, een grote, snelle zeehond die op pinguïns jaagt. Daarnaast is de orka ook een dier waar de pinguïn voor moet oppassen. Orka’s stoten namelijk soms ijsschotsen om waar pinguïns op rusten. Met gemak eet de orka vervolgens een pinguïn op. Niet alleen volwassen pinguïns lopen gevaar. Ook de eieren behoren tot het voedsel van sommige dieren. De reuzenstormvogel en de poolkip zijn vogels die speciaal op jacht gaan naar pinguïneieren.