Ornitosecomplex en Luchtweginfecties bij duiven
Luchtweginfecties bij duiven kunnen vele oorzaken hebben en we spreken dan over het ornithose-complex. Hiermee wordt aangegeven dat een groot aantal infecties en omstandigheden verantwoordelijk kunnen zijn voor ademhalingsproblemen bij duiven. De echte ornithose vormt een onderdeel van dit complex. De ademhalingsstoornissen, al dan niet gepaard met conjunctivitis (ontsteking van het oogslijmvlies), komen veel voor bij postduiven en vooral ook tijdens het vliegseizoen.
Oorzaken
Er kunnen heel verschillende factoren zijn voor luchtweginfecties en ademhalingsproblemen bij duiven. De oorzaken zijn onder te verdelen in twee groepen:
Niet infectieus
Bij deze oorzaken moet gedacht worden aan factoren gelegen in zijn omgeving waarin een duif verblijft. Deze factoren kunnen de weerstand tegen de luchtweginfecties verzwakken waardoor de infectie kan toeslaan. Een slechte hygiëne, vochtige hokken, grote temperatuurwisselingen, overbevolking, onvoldoende beluchting op het hok, droogte en stof. Deze omstandigheden kunnen luchtweginfecties bevorderen.
Infectieus
Veelal is er bij een infectieuze oorzaak sprake van een combinatie bacteriën en virussen die de duiven ziek maken. Slechte hokomstandigheden kunnen de ernst van de infectie beïnvloeden.
Symptomen
Op ieder tijdstip van het jaar kunnen we verschijnselen van het ornithosecomplex waarnemen. Het verkleuren van de neusdoppen en ooglidranden naar een grauwe kleur is vaak een van de eerste verschijnselen. Bij nestjongen en duiven die jongen azen is een verkleuring van de krijtwitte neusdoppen overigens geen synptoom van ornithose. Ook gezwollen en natte ogen zijn vaak een signaal dat er sprake is van luchtweginfecties. De dekveertjes bij de oren kunnen opzwellen en de duivenhouders spreken dan van ‘dikke koppen’. De duiven kunnen gaan reutelen (luchzakontsteking) zonder dat er sprake is van ontsteking van het neusslijmvlies (rhinitis) of ontsteking van het oogslijmvlies (conjunctivitis). De combinatie reutelen met een van deze ontstekingen is echter ook mogelijk. De duiven die zijn aangetast hebben het veelal benauwd waarbij de duiven met de bek open zitten. Ook hier moet men de open bek niet verwarren met de hyperventilatie van duiven bij warm weer. Verder krabben de duiven aan oren en neus en schudden ze met de kop om de luchtwegen weer schoon te krijgen. Na de eerste wedstrijdvluchten van jonge duiven zien we vaak slecht presteren met daarna het optreden van een tweezijdige conjunctivitis. Soms is er eerst een eenzijdige aantasting ook wel ‘one eye cold’ genoemd. Vaak verschijnt dan aan het andere oog ook een ontsteking.
Duivenhouders spreken van ‘het vliesje’ omdat het knipvlies regelmatig over het hoornvlies schuift. Besmette duiven zijn vaak futloos en kunnen vermageren. Ook kan diarree optreden. Naarmate de duiven jonger zijn, zijn de symptomen veelal erger. Meer dan 50% van de jonge duiven wordt getroffen door het ornithosecomplex. Als de jonge duiven slecht trainen is het zaak om goed te observeren want duiven met ornithose meegeven op wedstrijdvluchten is risicovol en kan leiden tot verliezen. Oude duiven met lichte ornithose trainen minder en leveren nauwelijks prestaties. Ze komen afgevlogen thuis.
Behandeling
Buiten het vliegseizoen is het beter om milde gevallen niet te behandelen. Tijdens het vliegseizoen zal op de vlieghokken bij vastgestelde luchtweginfecties groepsbehandeling moeten plaatsvinden. Tegen luchtweginfectie zijn goede medicamenten beschikbaar.
Preventie
De niet infectieuze oorzaken kan men beïnvloeden waarbij gedacht kan worden aan een betere hygiëne, vermijden van overbevolking, verluchting verbeteren, een betere hokisolatie om vocht, temperatuurschommelingen en tocht vermijden.