Duiven en endoparasieten
Endoparasieten zijn parasieten die zich ophouden in het lichaam van de duif. Voor de duiven zijn de belangrijkste parasieten de wormen waarvan we er verschillende kennen. Zo kennen we lintwormen, zuigwormen en rondwormen en deze laatste soort kunnen we weer onderscheiden naar spoel- en haarwormen. Hoewel niet alle soorten even schadelijk zijn dient er bij besmettingen onmiddellijk te worden ingegrepen. Er zijn goede medicamenten in de handel om deze parasieten te bestrijden terwijl een goede hokhygiëne van belang is bij de preventie maar zeker ook bij de behandeling.
Haarwormen
De haarwormen zijn Capillariasoorten en wel de Capillaria obsignata en Capillaria caudinflata worden regelmatig bij postduiven vastgesteld. De vrouwtjes kunnen vele duizenden eieren leggen die met de ontlasting naar buiten komen. De eitjes, die zeer klein zijn, rijpen buiten het lichaam en als ze weer door de duiven worden opgenomen, vormen zich weer nieuwe larven in het lichaam. De Capillaria obsignata is niet diersoort specifiek zodat ook andere soorten zoals kippen, parelhoenders, fazanten, kwartels en wilde vogels kunnen optreden als besmettingsbron voor duiven. De Capillaria caudinflata heeft een cyclus waarbij de worm als tussengastheer optreedt. Ook geringe aantallen spoelwormen kunnen pathogeen zijn omdat de parasiet zich hecht aan het darmepitheel waar hij zich voedt met darmepitheel en kliersecreet. Als duiven flink zijn aangetast door haarwormen dan zullen ze vermageren en ook verliezen ze dan hun conditie. Ook zien we diarree optreden en soms zelfs braken. Door mestonderzoek is de diagnose vrij eenvoudig te stellen. Naast een medicamenteuze behandeling dient er ook oog te zijn voor een goede hygiëne.
Spoelwormen
Een andere rondworm is de duivenspoelworm, de Ascaridia columbae. Deze worm komt nog steeds frequent voor bij postduiven. De worm is 5 tot 10 cm lang en kan dus goed worden waargenomen. De spoelwormen leven in de dunne darm. Bij sectie op duiven worden deze wormen soms in grote aantallen teruggevonden. Veelal in het voorste deel van de dunne darm, waar de worm gewoonlijk leeft, maar bij secties wordt de worm soms ook teruggevonden tot in de maag en slokdarm. Maar heel zelden ziet men darmwand perforaties door de infectie van spoelwormen. Wel kunnen bij grote aantallen spoelwormen de darmen verstopt raken en dat kan leiden tot de dood van de duif.
Lintwormen
Bij de duiven zijn enkele soorten lintwormen bekend die echter maar zelden voorkomen. Delen van de lintworm zijn dan terug te vinden in de mest, maar soms ook hangt er nog een deel van de lintworm uit de cloaca. Gebruikelijke medicamenten tegen worden helpen niet tegen de lintworm. De dierenarts zal hier een ander middel voor voorschrijven.
Zuigwormen
Zuigwormen of darmbotten (Trematoden) hebben als tussengastheer de waterslak. Daarom komt deze besmetting in de poldergebieden meer voor dan in gebieden waar de waterslak veel minder voorkomt of ontbreekt. De nestjongen kunnen zware diarree krijgen waarbij ze vermageren en sterven. Ook oudere duiven kunnen ernstig worden aangetast, maar deze zijn wel in staat om resistentie op te bouwen.
Behandeling
Omdat wormen duizenden eieren kunnen leggen die met de ontlasting naar buiten gaan kan bij de bestrijding niet worden volstaan met slechts een medicamenteuze behandeling. De duif alleen is immers niet besmet, maar ook de omgeving. De eitjes rijpen buiten het lichaam en als de duif deze dan weer opneemt begint alles weer van voren af aan omdat de opgenomen eitjes in de darmen weer larven gaan vormen. De cyclus zal zo weer gewoon doorgaan. De behandelingsstrategie zal dus altijd zo moeten zijn dat er een herhalingsbehandeling moet plaatsvinden en er bovendien moet worden ingegrepen op het hok dat grondig moet worden aangepakt om de mogelijke besmettingsbronnen te verwijderen. Vochtige plekken, bijvoorbeeld bij de waterbak, moeten droog worden gemaakt met een brander. Maar niet alleen de vochtige plekken verdienen aandacht, het gehele hok zoals de vloer, bakken en schapjes moeten onder handen worden genomen. Alles kan het beste ligt worden bevochtigd met een vernevelaar. Een simpele bloemenspuit kan goede diensten bewijzen. Door de bevochtiging worden de eieren niet weggeblazen en kunnen ze door de brander worden gedood. Bevochtig je niet dan worden de eitjes weggeblazen door de brander en kunnen de eitjes weer in het voer terecht komen en door de duiven worden opgenomen.