Verzorging van kippen

Alle huisdieren en hobbydieren zijn afhankelijk van de mens. Neemt u een dier dan dient u ook de verantwoordelijkheid voor dit dier te dragen. Of u nu een hond of kippen neemt, op het moment dat u deze aanschaft moet u ook uw verantwoordelijkheid jegens het dier waarmaken. Bij het houden van kippen is de tijd die u moet investeren best te overzien, maar een dagelijks bezoek aan uw kippen en enkele werkzaamheden behoren wel bij een goede verzorging. In de winter heeft u wat andere aandachtspuntjes dan in de zomer.

Dagelijkse verzorging

Bij het dagelijks bezoek bij de kippen dienen we de voerbakken te controleren, voer te geven en drinkwater te verversen. Kippen dienen namelijk continu te beschikken over voer en schoon water. Natuurlijk raapt en telt u ook de eieren, Dit zijn de dagelijkse bezigheden. Ook het schoonmaken van het hok behoort tot deze routine. Het is echt belangrijk het hok steeds goed schoon te houden. De mestplanken reinigt u iedere dag en de zitstokken regelmatig. De uitwerpselen op de bodem veegt u ook enkele malen per week op. Het is van groot belang dat voer- en drinkbak echt schoon zijn. Die kunt u daarom het beste dagelijks reinigen. Tot de dagelijkse verzorging behoort ook dat u de kippen goed observeert waar het over de gezondheid van uw kippen gaat. Apathisch gedrag, teruggetrokken zijn, dunne mest, het zijn allemaal signalen waar u attent op moet zijn.

Het voer

Kippen zijn alleseters en dat wil zeggen dat ze plantaardig voedsel zoals groen, zaden en bessen en vruchten eten, maar ook dierlijke producten zoals wormen, slakken en insecten. Hobbykippen met een vrije uitloop zoals een groot erf of tuin voorzien zelf voor een belangrijk deel in hun voedsel. Zij kunnen twee keer per dag wat graan en legkorrel of legmeel bijgevoerd krijgen.

Als de kippen niet beschikken over een vrije uitloop dan is het belangrijk dat de kippen een voeding krijgen waarbij bovengenoemde ingrediënten in een juiste verhouding kunnen worden opgenomen. Daarbij kan men het beste het zogenaamde kant-en-klare kippenvoer verstrekken, In dit meel of korrel zijn de goede verhoudingen aanwezig. Naast dit meel en korrel kunt u nog heel beperkt wat gemengde granen verstrekken, maar echt met mate omdat de kippen anders te dik worden. Verder moet u bij kippen zonder vrije uitloop ook groenvoer te verstrekken. Veel planten en plantendelen komen daarvoor in aanmerking. Zonder uitputtend te zijn, zijn restanten van groenten zoals broccoli, sla, wortelen, andijvie, maar ook gras, (jonge)brandnetel en vogelmuur prima groenvoer, ook allerlei vruchten zoals appels, peren en bessen horen in het menu thuis. In een ren als uitlaat zullen de kippen beslist wel een torretje en vliegje vangen, maar u mag ze beslist regelmatig regen- en meelwormen bijvoeren. Verder dienen uw kippen dagelijks te kunnen beschikken over grit en maagsteentjes. Grit is zeer kalkrijk en is van belang voor de opbouw van eierschalen. Maagsteentjes leveren een bijdrage aan de vermaling van voedsel. Ook voor kippen die beschikken over een vrije uitloop dient men grit en maagsteentjes aan te bieden omdat niet in iedere tuin soortgelijk materiaal gevonden kan worden.

Als laatste voedingsmiddel moet natuurlijk water worden genoemd. Voor ieder leven is water essentieel. Bij kippen is dat niet anders. Bij benadering neemt een kip tweemaal zoveel water op als voer. De wateropname is overigens sterk afhankelijk van de legactiviteit en de temperatuur. Als het echt warm is nemen kippen meer water op dan bij koude en kippen die leggen verbruiken natuurlijk ook veel meer water noodzakelijk voor de opbouw van het ei. Bij leggende hennen die onvoldoende water kunnen opnemen zal dat snel de eiproductie in negatieve zin beïnvloeden. Kippen dienen permanent over schoon water te beschikken.

De hoeveelheid voer is afhankelijk van de omstandigheden zoals de grootte, ras en temperatuur. Uitgangspunt is dat het voer dat u in de ochtend in een bak verstrekt, in de avond leeggegeten moet zijn. Voer dat over is kunt u het beste verwijderen om geen ongedierte aan te trekken. Heeft u eenmaal zicht op het dagelijks rantsoen dan kunt u bijvoorbeeld de gemengde granen los uitstrooien zodat de kippen ook het nodige vinden bij het scharrelen. Ook de (meel)wormen kunt u strooien en de groenten legt u ook gewoon in de uitloop.

Periodieke verzorging

De bodembedekking in het hok dient u minimaal drie maal per jaar te verversen. Beter is het om geen risico's te nemen en dit om de twee maanden te doen. Het zand in de ren gaat twee jaar mee mits er geen sprake is van overbevolking. Om de twee tot drie weken neemt u enkele kippen in de hand en controleert deze op luizen en kale plekken. Ook controleert u of de kip goed doorvoed is. Let ook op de nagels. Nagels groeien voortdurend. Door het krabben bij het scharrelen zorgen de kippen er zelf voor dat de nagels afslijten. Er zijn rassen bij waarbij de nagels toch geknipt moeten worden. Dit kunt u het beste zelf doen. Als u niet weet hoe dit precies moet laat u dan voorlichten door een ervaren fokker of de dierenarts. Niet alleen de nagels, maar ook de snavels of de sporen van de hanen kunnen te lang worden en moeten dan worden ingekort.

Winter

Zeker in de winter is het handig indien u in uw hok beschikt over elektra. Men kan dan in de drinkbak een verwarmingselement aanbrengen zodat de kippen gedurende de gehele dag kunnen beschikken over drinkwater. Het drinkwater kunt u het beste verstrekken uit een plastic drinkvoorziening. Metalen drinkbakken hebben als nadeel dat bij het drinken de eventueel nat geworden lellen het metaal kunnen raken en bij strenge vorst daar aan vast blijven plakken. Bedenk ook dat bij lagere temperaturen de kippen steeds meer behoefte hebben om te eten. Het zomerrantsoen volstaat bij invallende koude niet meer. Door koude is er ook sprake van warmte verlies en dat compenseren kippen door meer te eten en met deze energie meer warmte te produceren. Bedenk goed dat bij een daling van temperatuur er sprake kan zijn van een toename van voedselopname die tientallen procenten kan bedragen. Tussen zomer en winter kan treden verschillen op van 20 tot 40%.