De koi karper, een prachtige vijvervis
De Latijnse naam voor de koi karper is Cyprinus carpio en hij behoort tot de karperachtigen (Ciprinidae). Het is een gewilde vijvervis, die behoorlijk tam kan worden. In ons land is hij zeer populair, maar bijv. in Australië is het een ware plaag geworden.
- Herkomst: Gekweekt in Japan, verwilderd komen ze ook voor in Amerika, Zuidoost Azië en Australië1
- Geslachtsherkenning: volwassen vrouwtje is voller
- Lengte: 1 meter
- Leeftijd: 70 jaar
- Temperatuur: 4-23 graden
Huisvesting
De koi karper kan in aquaria vanaf 3 meter (1300 liter) gehouden worden, beter nog is een vijver. De koi zwemt in alle waterlagen en wroet ook graag alles kapot, waak er dus voor alleen zeer stevige planten te plaatsen. In de winter zal de koi overleven in de onderste waterlagen, in deze periode eet hij ook niet.
Sociaal
Een koi karper vindt het niet prettig om alleen te leven, het is dan ook beter meerdere dieren bij elkaar te plaatsen. Ze zijn zeer verdraagzaam tegen alle andere vissen
Watersamenstelling
Deze vis stelt geen speciale eisen aan het water, als het maar zuurstofrijk en heel helder is. Een pH waarde tussen 6,5 en 9 en een hardheid minder dan 30 is ideaal.
Voedsel
De koi eet alles en doet dat ook de hele dag. In de aquariumspeciaalzaak is speciaal voer verkrijgbaar, wat uitstekend aangevuld kan worden met plantaardig voedsel als sla en waterplanten. Ook levend voer nemen ze graag aan.
Kweken
In een vijver die groot genoeg is, zal een koi makkelijk kweken. Ze zijn geslachtsrijp vanaf 4-5 jaar en ze paren eind mei en in juni, wanneer de temperatuur van het water minimaal 15 graden is, 18 graden is nog beter. De eieren worden gelegd tussen de waterplanten, waaraan ze vastkleven. Bij een temperatuur van 15 graden zal het vijf dagen duren eer de eieren uitkomen. Bij een temperatuur van 20 graden is dit nog maar drie dagen. De larven van de koi blijven aan de plant vastgekleefd zitten tot hun dooierzak leeg is, ze voeden zich met plankton, wat al snel veranderd in bodemorganismen, planten en hun zaden. We kennen veel verschillende kleurvariëteiten bij de koi karper, o.a:
- rood met wit (Japanse naam: kohaku)
- blauw met oranje flanken (Japanse naam: shusui en asagi)
- goudkleurig (Japanse naam: ogon)
Er zijn nog vele andere combinaties mogelijk, maar dat is teveel om hier op te noemen. Mooi gekleurde karpers kunnen erg veel geld opbrengen, die zijn zeer gewild. Jonge, mooi gekleurde vissen geven echter geen zekerheid dat ze later nog zo mooi zullen zijn. Het ligt aan de manier van houden of de kleuren hun pracht zullen behouden.