Vlagcichlide (Mesonauta festivis)
De vlagcichlide is een middelgrote vis die gehouden kan worden in een gezelschapsaquarium of een Zuid-Amerikabiotoop.
Mesonauta festivis
De meest gebruikte Nederlandse naam van de Mesonauta festivis is vlagcichlide. Deze vis behoort tot de grote familie van Cichlidea. De vlagcichlide komt uit Zuid-Amerika en wordt onder andere gevonden in Brazilië, Peru en Bolivië. Mesonauta soorten zijn herkenbaar aan de grote hoeveelheid rugvinstekels. De vlagcichlide is een overwegend grijze vis met een donkergrijze of zwarte band over hun lijf. Deze band loop van hun bek tot aan hun rugvin en gaat door het oog heen. Mannelijke vlagcichliden kunnen wel 20 cm lang worden, vrouwtjes blijven met 12 cm een stuk kleiner.
Leefwijze
Vlagcichliden zijn op zichzelf levende vissen. Om het natuurlijke gedrag zoveel mogelijk na te bootsen is het aan te raden om één man met enkele vrouwen te houden. De vissen houden zich graag op tussen de planten en in de schaduw. Ze verblijven meestal in de middenlaag van het aquarium, maar in een aquarium met drijfplanten zwemmen ze ook regelmatig wat dichter onder het oppervlakte. Over het algemeen zijn het rustige vissen, die echter wel heftig kunnen zijn bij het verdedigen van hun territorium.
Huisvesting
Aangezien vlagcichliden redelijk groot kunnen worden en hun territorium af en toe fel kunnen verdedigen, is het raadzaam om per vlagcichlide zo’n 100 liter water te rekenen. Dit betekent dat in een bak van 400 liter, zo’n vier vlagcichliden kunnen. Bij voorkeur één man met drie vrouwen. De watertemperatuur dient tussen de 23 en 28 graden te liggen. De gewenste pH ligt tussen 6 en 7, en de hardheid tussen 3 en 6. Omdat vlagcichliden af en toe planten eten is het verstandig om stevige bodemplanten neer te zetten. Denk hierbij aan javavaren, valisneria en amazondezwaard. Kies daarnaast voor enkele drijfplanten, zoals eikenbladvaren. Het drijfplantje
eendenkroos wordt door veel vlagcichliden als zeer lekker beschouwd, dus dit zal in veel gevallen opgegeten worden. De vis is geschikt voor een gezelschapsaquarium, maar kan ook goed in een Zuid-Amerika biotoop gehouden worden. Plaats de vis bij niet al te kleine vissen, ook de combinatie met maanvissen (Pterophyllum scalare) wordt afgeraden. De vlagcichlide is tijdens paartijd te sterk en druk voor de rustige maanvissen.
Voeding
De vlagcichlide is een makkelijke eter. Hij eet zowel droogvoer als diepvriesvoer. Een algentablet of wat spirulinavlokken kunnen de kans verkleinen dat de vissen aan de planten gaan eten.
Eendenkroos is één van de favoriete planten van de vlagcichlide.
Voortplanting
Het is mogelijk om te kweken met vlagcichliden. Op jonge leeftijd is het geslachtsonderscheid moeilijk te zien. Pas op volwassen leeftijd kan er gezegd worden dat mannen groter zijn, een meer afgeronde kop hebben, een grotere vinbouw hebben en een duidelijkere schubaftekening op de kop hebben. Om een koppel te vormen worden er meestal uit een groep jonge vissen, twee kleine en twee grote exemplaren bij elkaar gezet. Wanneer de vissen geslachtsrijp zijn zal het mannetje een geschikt vrouwtje zoeken. Als ze een koppel gevormd hebben, gaan de vissen een oppervlakte poetsen aangezien het substraatbroeders zijn. De vrouw begint daarna de eiafzetting, waarna de man de eieren bevrucht. Beide vissen zijn verantwoordelijk voor de broedzorg, ze bewaaien en verdedigen de eitjes om de beurt. Na drie dagen komen de eitjes uit. De jongen kunnen gevoerd worden met levende jonge artemia.