Prehistorische reuzen: Titanoboa
In 2002 onderzochten wetenschappers in het noorden van Colombia de fossiele resten van een tropisch regenwoud. Deze waren naar boven gekomen tijdens graafwerkzaamheden bij Cerrejón, een enorme open kolenmijn. Voor de onderzoekers bleek de kolenmijn een regelrechte goudmijn: naast versteende plantenresten stuitten ze namelijk op een verzameling gigantische prehistorische reptielen. Onder de gevonden dieren bevonden zich een schildpad zo groot als een keukentafel en de grootste krokodil uit de geschiedenis van de paleontologie. En last but not least: de wervelkolom van een kolossale slang.
Hoe kolossaal is kolossaal?
De grootste slangen die nu op Aarde rondkruipen zijn de anaconda en de netpython. De anaconda is de zwaarste van de twee en kan zo'n zeseneenhalve meter lang worden. De netpython is wat slanker, maar de grotere exemplaren kunnen een lengte van wel zeven meter bereiken.
In vergelijking met de enorme Titanoboa worden deze slangen echter al snel gedegradeerd tot nietige regenwormen. Deze oerslang werd namelijk bijna 15 meter lang en woog zo'n 1.135 kilo. Hij leefde tijdens het Paleoceen, een tijdperk dat zich tussen de 66 miljoen en 56 miljoen jaar geleden afspeelde, net na het uitsterven van de dinosauriërs.
Hoe leefde Titanoboa?
Titanoboa leefde in laaggelegen regenwouden met een uitgestrekt netwerk van rivieren. Net zoals de slangen van tegenwoordig at hij waarschijnlijk zo'n beetje alles wat hij kon vangen. Titanoboa was een wurgslang en doodde zijn prooien door middel van verstikking. Wurgslangen kronkelen zichzelf om het lichaam van hun prooi heen en knijpen dan zo hard dat het slachtoffer geen lucht meer krijgt. Vervolgens wachten ze tot hij dood is. Voor een gigant als Titanoboa, wiens lichaam vooral uit spieren bestond, zal het slechts een kwestie van minuten zijn geweest om zijn prooi te doden. Vervolgens slikte hij die in een keer door.
Vanwege zijn grootte en gewicht zal Titanoboa geen goede jager op het land zijn geweest. Het is wel mogelijk dat hij, verstopt in het struikgewas, probeerde om vanuit een hinderlaag bliksemsnel passerende prooidieren te grijpen. Waarschijnlijker is echter dat hij vooral vanuit het water joeg. In het water had hij namelijk geen last van zijn eigen gewicht, waardoor hij heel minder energie verspilde bij het verplaatsen van zijn lichaam. Bovendien zou hij grotendeels onzichtbaar zijn geweest, doordat het grootste deel van zijn lichaam zich onder water bevond. Op die manier kon hij ongemerkt prooien besluipen die zich in of bij het water bevonden. Zijn dieet bestond waarschijnlijk uit schildpadden, krokodillen (jazeker!), kleinere slangen, vissen, vogels en zoogdieren.
Hoe kan een slang zo groot worden?
Reptielen worden groter naarmate de omgevingstemperatuur hoger is. Voorwaarde is wel dat die hogere temperaturen gedurende het hele jaar vrij constant zijn. In zo'n situatie werkt de stofwisseling van koudbloedige dieren namelijk veel beter dan in gebieden waar de temperatuur tijdens de seizoenen nogal op en neer gaat. De spijsvertering, bloedcirculatie en ademhaling werken in zo'n geval veel efficiënter, waardoor reptielen meer energie overhouden om te investeren in hun groei. Het heeft er alle schijn van dat de omstandigheden voor Titanoboa - en voor andere koudbloedigen, zoals de eerder genoemde schildpadden en krokodillen - zeer gunstig waren.
Waardoor stierf Titanoboa uit?
Waarschijnlijk is klimaatverandering een van de oorzaken. Aangezien zulke grote reptielen afhankelijk zijn van hoge en constante temperaturen, zullen ze gevoelig zijn geweest voor temperatuurdalingen en - schommelingen. Bij lagere temperaturen zullen ze moeite hebben gehad om hun stofwisseling op peil te houden en hun enorme lichaam van energie te voorzien. Daarnaast zal een veranderende omgeving van invloed zijn geweest. De vindplaats van de Titanoboafossielen was vroeger een laagliggende kustvlakte, bedekt met tropische bossen.Tegenwoordig bestaat het vooral uit heuvelachtig terrein en dorre vlaktes.
Feiten
- Naam: Titanoboa betekent 'titanische boa'
- Classificatie: Animalia - Chordata - Reptilia - Squamata - Serpentes - Boidae - Boinae
- Vindplaats: Colombia
- Lengte: Maximaal 15 meter
- Soort eter: Carnivoor
- Leefde tijdens: Het Paleoceen, 66 - 56 miljoen jaar geleden