De gevaarlijke berg, de K2
De K2 is de op één na hoogste berg van de wereld. Het wordt door vele bergbeklimmers als de gevaarlijkste berg te wereld beschouwd. Waar ligt de K2? Hoe moeilijk is de K2 te beklimmen? Wie beklom de K2? Wie is er omgekomen? Al deze vragen worden beantwoord in dit artikel over de K2.
Informatie
- Hoogte: 8611 meter
- Coördinaten: 35°53′N 76°31′O
- Gebergte: Karakoram
- Plaats: Grens Pakistan met China
- Eerste beklimming: 31 juli 1954 door Lacedelli en Compagnoni
Over de K2
De K2 is de op één na hoogste berg van de wereld en moet alleen de Mount Everest voor zich dulden. De K2 wordt echter wel gezien als de gevaarlijkste berg op aarde. Van de vier mensen die de berg beklimt, sterft er eentje.
De K2 ligt op de grens van Pakistan en China. Het ligt in het noordwesten van de Karakoram Range. Dit is een groot gebergte dat de grenzen aangeeft tussen Pakistan, China en India.
Moeilijksheidsgraad
De K2 staat onder bergbeklimmers bekend als de moeilijkst te beklimmen berg ter wereld. De berg is erg stijl en er zijn veel hulpmiddelen nodig om hem te beklimmen. Dit gaat altijd gepaard met grote risico's. Zo kunnen er stenen losraken bij het beklimmen van een rotswand en kan zo ook het materiaal het begeven. Rond de 300 mensen hebben de berg bestegen en dat getal stijgt gestaag. Dit komt door het grote sterftecijfer van maar liefst 25%. Mocht er iets gebeuren, dan staan de bergbeklimmers er alleen voor. Vanwege de vele hoge toppen en de plaatselijke weersomstandigheden is hulp van de helikopter er pas laat. Het dichtstbijzijnde dorpje bevindt zich op vele dagen van de K2.
Geschiedenis
De eerste tocht naar de K2 was in het kader van een Europees onderzoek. Dit was in 1856 en het doel was om de berg te verkennen, niet om de top te halen. De Britten gingen in 1892 wat verder door de Baltoro gletsjer te halen.
Het was toen echter nog tien jaar wachten totdat de eerste echte serieuze poging werd ondernomen om de K2 te beklimmen. In 1902 waagden Oscar Eckenstein en Aleister Crowley zich aan de op dat moment nog onbekende berg. Zij haalden de 6525 meter maar staakten toen hun expeditie. Ze gaven aan moderne klimapparatuur nodig te hebben en kleding die hun tegen de kou beschermt.
De volgende expeditie was in 1909, onder leiding van Luigi Amedeo. Er werd een hoogte van 6250 meter bereikt via de bekendste route, namelijk de Abruzzi Spur. De ervaren expeditieleider besloot op dit punt niet verder te gaan, vanwege de hele steile hellingen.
Enkele jaren later, in 1938, werd er weer een poging ondernomen om de K2 te beklimmen. Een Amerikaanse Expeditie onder leiding van Charles Houston verkende de berg goed. Zij kwam weer tot de conclusie dat de Abruzzi Spur de meest praktische route was voor de beklimming van deze berg. Zij waren met hun beklimming op de goede weg, maar braken na 8000 meter de tocht af, omdat ze door hun voorraden heen waren en omdat er slecht weer op komst was.
Het jaar daarna gebeurde er een dramatisch ongeval op 200 meter van de top. Fritz Wiessner was met zijn team aan het klimmen, toen Dudley Wolfe, Pasang Kikuli, Pasang Kitar en Pintso verdwenen op hoge hoogte.
Charles Houston had geleerd van zijn expeditie in 1938 en besloot het in 1953 weer te proberen. Hier werd ook meteen duidelijk wat extreme weersomstandigheden in hoge bergen kunnen doen. De expeditie mislukte namelijk toen op 7800 meter het team enkele dagen vast kan zitten vanwege enorme stormen. Tijdens deze expeditie wordt Art Gilkey ernstig ziek en overlijdt hij later. Zijn doodsoorzaak is echter tot op de dag van vandaag onbekend.
Op 31 juli 1954 lukt het dan toch. Lino Lacedelli en Achille Compagnoni - leden van een Italiaanse expeditie - weten op deze dag via de Abruzzi Spur de top van de K2 te bereiken. Ze werden gesteund door enkele beroemde bergbeklimmers, die meestal dienden als knecht. Zo werden de twee Italianen van zuurstof en kennis voorzien door de routiniers.
Op 9 augustus 1977 wordt de tweede succesvolle expeditie naar de top uitgevoerd. Ichiro Yoshizawa was expeditieleider bij deze klim. De klim ging weer via de Abruzzi Spur route, dat was destijds ook de enige route die werd aangeraden voor het klimmen. Daar is nu geen verandering in gekomen.
In 1978 volgde een emotionele beklimming van een Amerikaans team. Het team zag dit als de kans om de vorige expedities goed te maken en ging met veel man van start. Ze besloten een nieuwe route te nemen en die was nog risicovoller dan de standaard route. Jim Wickwire wist te overnachten op 150 meter onder de top, wat geldt als een van de hoogste overnachtingen in de geschiedenis.
In 1982 besloten Japanners om de K2 te beklimmen via de Chinese kant. Het team was onder leiding van Isao Shinkai en Masatsugo Konishi en kende drie leden: Naoe Sakashita, Hiroshi Yoshino, en Yukihiro Yanagisawa. De top werd bereikt, maar Yanagisawa viel tijdens de afdaling en overleefde dit niet.
In 2004 is de Spanjaard Carlos Soria Fontán de oudste persoon ooit op de top van de K2. Met een leeftijd van 65 jaar wist hij de top te halen. Carlos Soria Fontán ging zelfs nog door en wist in 2010 de Seven Summits te complementeren door de Kilimanjaro te bestijgen. Daarnaast is hij de enige klimmer die na zijn 60ste levensjaar acht toppen boven de 8000 meter heeft beklommen.
Momenteel wordt de K2 weinig beklommen vanwege de vele ongevallen die er heersen op deze berg en vanwege het zeer verraderlijke weer. Recentelijke ongevallen op de berg zijn die in 2008, toen er enkele bergbeklimmers vermist raakten. Op 6 augustus 2010 wordt Fredrik Ericsson een beklimming van de K2 nog fataal. Hij valt 1000 meter naar beneden.
Makkelijkste klimroute
De K2 is op verschillende manieren te beklimmen. De voorkeur gaat uit naar de beklimming vanaf de Pakistaanse kant, in plaats van vanaf de Chinese kant.
De makkelijkste klimroute staat bekend als de Abruzzi Spur. Deze route is het vaakst gebruikt. De start is aan de Pakistaanse kant, welke aan de zuidoostelijke rand ligt van de top. De echte beklimming begint hier vanaf 5400 meter. Tot deze hoogte is de beklimming nog relatief eenvoudig. Op dit punt wordt dan ook meestal het Advanced Base Camp geplaatst. Vanaf dit kamp stijgt de moeilijksheidsgraad van de klim enorm. Er moet langs smalle rotswanden worden gebalanceerd, gevaarlijke gletsjers moeten worden overgestoken en technische hulpmiddelen worden vaak gebruikt. In 2008 vond bij de laatste grote hindernis van de klim - de Bottleneck - een groot ongeval plaats. Veel klimmers raakten hierbij vermist en helikopters konden niet ter plaatse komen.