nieuws uitgelichtOverlast van muizen, ratten en mollen
In de winter 2014-2015 hoorden we voor het eerst dat er in de landbouw flinke schade ontstond aangericht door muizen. Ratten en muizen zijn in de landbouw altijd al aanwezig geweest en wel om de eenvoudige reden dat daar veelal voer valt te halen. Nieuw is dat er nu niet alleen op die plaatsen waar het voer aanwezig is deze knaagdieren te vinden zijn, maar ook in de meer natuurlijke omgeving van weilanden blijken de muizen nu toe te slaan. Graslanden vallen ten prooi aan de muizen. De muizen eten de wortels van de grasgewassen, dat hebben ze altijd al gedaan. Maar nu er sprake is van een muizenplaag kunnen de natuurlijke vijanden de muis de populatie niet meer in bedwang houden en treedt er forse schade op. Ook bij ratten en mollen zijn of dreigen er problemen.
Muizenplaag
Wat er precies aan de hand is weet niemand zeker. Volgens Gerbert Roerink van de Wageningen Universiteit is dat ook niet zo goed aan te geven omdat er al vijftig jaar lang geen onderzoek is geweest naar dergelijke plagen. De laatste echte muizenplaag was in 1949. Ook toen was het Friesland die het zwaarst werd getroffen. Wageningen Universiteit deed in die tijd onderzoek naar de muizenplaag en de conclusie was dat dergelijke plagen in de toekomst door de steeds verdere intensivering van de landbouw niet meer zou voorkomen. De afgelopen decennia leek het daar ook op, maar dat bleek in de winter 2014/2015 toch geen sluitende conclusie. Normaal gesproken overleven de muizen op wat hoger gelegen plekken en ze overleven het best bij een zachte winter waarin weinig regen valt. De winter 2014/2015 was dan wel mild, maar echter erg ook erg nat en toch overleefden deze winter vele muizen en daar is (nog) geen verklaring voor.
Natuurlijke vijanden
De voortplanting van de muis verloopt in een hoog tempo. Als zeer gewild prooidier is dat ook noodzakelijk om de soort in stand te houden. De natuurlijke vijanden zijn talrijk. Natuurlijk zijn daar de huis- en verwilderde kat, een serie roofvogels waaronder de uilen, torenvalken, buizerds, reigers en ooievaars, marterachtigen en natuurlijk ook de vos. Ondanks deze grote groep van natuurlijke belagers weet de muis te overleven en nu zelfs tot een plaag uit te groeien. De muizen kennen een grote reproductie snelheid. Per nest kunnen er drie tot twaalf jongen worden geworpen en dat vijf tot tien keer per jaar. Al na zes weken zijn de jongen geslachtsrijp. Zo kan een succesvol muizenpaar in een jaar terugzien op zo’n tweeduizend nakomelingen! Natuurlijk overleven al die nakomelingen het niet door de grote groep predatoren, maar het blijft toch nog even een raadsel waarom de muizen deze winter zo succesvol zijn.
Natuurlijke vijanden ook in de knel
In de natuur gaat het meestal zo dat bij een goed voedselaanbod voor predatoren veel predatoren overleven en bij schaarste er veel omkomen. Bij het zogenaamde ‘ongedierte’ wil de mens nog wel eens een handje helpen door het ‘ongedierte’ mee uit te roeien door het gebruik van gif. Het gebruik van gif heeft niet alleen effect op het aantal plaagdieren, maar ook op de predatoren. Muizen en ratten die het gif in zich hebben worden gegeten door predatoren en aaseters zoals de buizerd die zowel levende muizen bejaagd maar ook een aaseter is. Het gif hoopt zich op in de predatoren die daardoor indirect vergiftigd worden en overlijden. Minder predatoren heeft als direct gevolg dat er ook betere overlevingskansen zijn voor de plaagdieren. De vraag is daarom ook wel of men de plaagdierbestrijding niet veel beter kan overlaten aan de natuurlijke vijanden in plaats van naar gif te grijpen waarmee niet alleen de plaagdieren worden bestreden, maar ook hun predatoren. Uit het verleden zijn er voorbeelden te over om te kiezen de predatoren hun werk te laten doen. Bij de DDT hebben we in de jaren vijftig van de vorige eeuw al geleerd een prima bestrijdingsmiddel als DDT enorme consequenties kan hebben in het milieu en de voedselketen. Door de cumulatie in de voedselketen wordt dit gif teruggevonden bij bijvoorbeeld de pinguïns. Door de meertrapspredatie kan DDT in de top van de voedselpredatie eindigen en daar tot schadelijke concentraties cumuleren. Bij die top behoren overigens ook de mensen.
Op 1 januari 2015 is een verbod ingegaan op het gebruik van muizen- en rattengif rodenticiden in de buitenomgeving. Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden vaardigde deze maatregel uit. Muizen en ratten bleken in toenemende mate immuun voor deze stof en bovendien worden ook andere dieren aan deze stoffen blootgesteld. Ecotoxicoloog Nico van den Brink deed hier onderzoek na en concludeerde dat een groot deel van de roofvogels rattengif binnenkrijgen waardoor er een aannemelijke kans is dat deze dieren hieraan sterven.
Vernieuwen graslanden
De muizenplaag heeft waarschijnlijk tot gevolg dat veel graslanden zullen worden vernieuwd door deze om te ploegen en in te zaaien en juist in de broedperiode van de weidevogels waarmee het toch al erbarmelijk slecht gesteld is. Er zullen hierdoor veel nesten en kuikens verloren gaan. Dit vernieuwen van graslanden heeft bovendien op de lange termijn nadelige gevolgen voor de weidevogels. Er wordt namelijk oud kruidenrijk grasland omgeploegd en daar zal zeker hoogproductief raaigras voor terugkomen. De weidevogels stonden al lange tijd onder druk door de intensieve landbouw maar als er nu een schepje bovenop wordt gedaan dan komt zo langzamerhand het moment in zicht dat we in Nederland definitief afscheid kunnen nemen van onze weidevogels.
Vogelbescherming Nederland heeft zich daarom tot de provinciebesturen gewend met het verzoek om geen graslandherstellende maatregelen toe te staan tijdens het broedseizoen van 1 maart tot 15 juni 2015. Ook vraagt Vogelbescherming te stimuleren dat er bij het herstel ook kruidenrijke mengsels worden aangewend en daarvoor de meerkosten voor rekening van de provincies te nemen.
Bestrijding met gas
Het rumoer in Friesland en daarna ook verder in Nederland heeft naar het zich laat aanzien ook anderen op het idee gebracht mee te liften om plaagdieren te bestrijden met onorthodoxe middelen. Het Waterschap Rivierenland gaat als proef in de Waaldijk in Druten mollen en muizen vergassen omdat deze dieren de dijk wel eens zouden kunnen verzwakken bij hoog water. Hoewel er geen direct gevaar is wenst men toch in te grijpen omdat er meer muizen en mollen worden waargenomen. Dankzij de muizen en mollen zijn daar nu ook veel predatoren waarvan en belangrijke predator als de vos intensief bejaagd wordt. Geen gevaar maar wel predatoren bejagen en naar gas grijpen om de prooidieren te doden is toch wel de wereld wat op zijn kop zetten, zeker na één milde winter. Overigens zien we ook dat bij een milde winter meer predatoren van knaagdieren hier overwinteren en de knaagdieren decimeren.
Natuurlijk evenwicht
Het natuurlijk evenwicht is een systeem dat zich gedurende de gehele evolutie bewezen heeft. Als er veel knaagdieren zijn dan zijn de predatoren vanwege het aanbod van voedsel succesvol in de voortplanting en neemt de populatie predatoren toe en die van de knaagdieren af. Als de populatie van knaagdieren klein is geworden is de populatie van predatoren vanwege de schaarste aan voedsel minder succesvol bij de voortplanting en wordt de populatie predatoren weer kleiner. Dit proces blijft zich herhalen waardoor er een zeker evenwicht ontstaat. Grijpt de mens echter in met gif en gas wordt dit proces verstoord. Er komen dan te weinig predatoren en de knaagdieren krijgen weer alle kans om zich te herstellen. Blijft men maar bezig om gif en gas in te zetten tegen de plaagdieren dan zal het aantal predatoren daar ernstig onder gaan leiden vanwege het geringe voedselaanbod. Het menselijk ingrijpen voor productiemaximalisatie kent vooral korte termijn successen en brengt het noodzakelijke ecologische evenwicht ernstige schade toe.