De onverzadigbare malariamug
Elke zomer is het raak. Muggen in de slaapkamer. En de volgende dag last van rode bultjes die vreselijk jeuken. De kans dat deze muggen de gevreesde ‘tropische’ ziekte zullen overbrengen, is vrijwel nihil. Minder bekend is dat er ook in Nederland malariamuggen leven. Ze zijn makkelijk te herkennen als ze op de muur zitten. Het lijfje vormt in de ruststand immers een schuine hoek met de ondergrond. Vlak na de Tweede Wereldoorlog vond de laatste uitbraak van malaria plaats in grote delen van Noord-Holland. Vóór die tijd was malaria heel gewoon in Nederland, vooral in de Peel, alleen had de ziekte toen een andere naam.
Inhoud
Malaria – de gevreesde moeraskoorts
Geen enkele wetenschapper zal zeggen dat malaria voorgoed verbannen is in Nederland. Door het broeikaseffect en de zachtere winters zou deze ziekte best wel weer inheems kunnen worden, net als vroeger. Jaarlijks sterven in Afrika en Azië miljoenen mensen aan malaria. Het is dan ook een van de ernstigste en wereldwijd de meest verspreide
infectieziekte.
Anopheles albimanus /
Bron: James Gathany, Wikimedia Commons (Publiek domein) Rode bloedcellen
De eencellige parasiet
Plasmodium is de veroorzaker van malaria, overgebracht door de
Anopheles-mug, waarbij de parasieten zich delen in de
rode bloedcellen (erytrocyten). Er zijn veel soorten
Plasmodium, behorend tot de
Sporozoa. De gevaarlijkste is de
Plasmodium falciparum, die
malaria tropica veroorzaakt.
De malariamug herkennen
Het is de
Anopheles-mug die malaria overbrengt. In Nederland komen drie geslachten steekmuggen voor met veel ondergeslachten. De hoofdgeslachten zijn: Culex, Aëdes en Anopheles. De laatstgenoemde is makkelijk te herkennen doordat de mug in ruststand in een hoek (schuin) op de ondergrond zit, waarbij de kop naar beneden gericht is. Het achterlijfje bevindt zich aldus duidelijk hoger dan het borststuk. Veel andere
muggensoorten die geen malaria kunnen overbrengen, zoals de veel voorkomende Culex, houden het lijf evenwijdig aan de ondergrond. De hoofdgeslachten van steekmuggen zijn:
Culex
Deze mug is herkenbaar aan het duidelijk van elkaar te onderscheiden bultige borststuk en het achterlijf. De Culex is ongeveer 7 mm lang en houdt het lijf evenwijdig aan de ondergrond. Afhankelijk van de soort (ondergeslacht) kan de lengte sterk variëren. Veel Culex-soorten zijn vectoren van ziekten als de Afrikaanse paardenpest.
Aëdes
Deze steekmug komt eveneens in Nederland voor. Het woord is afgeleid van het Griekse
aedes, dat zoveel betekent als ‘afschuwelijk’. Er zijn verschillende soorten. Een van de meest gevreesde is de Aëdes aegypti, ofwel de gelekoortsmug en vector van dengue (knokkelkoorts).
Anopheles
Er zijn wel dertig soorten bekend en verschillende ervan kunnen malaria overbrengen. Net als bij andere muggensoorten hebben alleen de wijfjes bloed nodig voor de ontwikkeling van de eitjes. Ze zijn dan ook voortdurend op zoek naar
bloed van mens en dier. De mannetjes voeden zich met het sap van planten. Steekmuggen zijn vooral ’s avonds en ’s nachts actief.
Malaria niet inheems meer...
In de 19de en begin 20ste eeuw was malaria een heel ‘gewone’ ziekte in Nederland en werd toen
derde- en anderdaagse koorts genoemd, afhankelijk van het soort malaria. Sinds de jaren vijftig van de 20ste eeuw komt malaria niet meer voor in Nederland. Het is met andere woorden een
importziekte geworden. Dat malaria verdween uit Nederland heeft verschillende oorzaken, zoals de afsluiting van het IJsselmeer, waardoor het water in grote delen van het land minder brak werd. Ook is men meer insecticiden gaan gebruiken, waartegen deze muggen nog geen resistentie hadden ontwikkeld.
Larven
Verder bevatte het slootwater een hoger gehalte aan synthetische wasmiddelen. Daardoor verminderde de oppervlaktespanning van het water. De larven konden niet meer met hun adembuisjes aan het wateroppervlak blijven hangen en verdronken. Zo zijn er nog meer
hypothesen omtrent het feit dat in Nederland malaria is verdwenen.
... maar misschien wel weer in de toekomst
De malariamug voelt zich het meest thuis in warme streken. Toch is hij ook in Nederland te vinden, in een gematigd
klimaat. Veel klimatologen voorspellen dat de Nederlandse winters in de 21ste eeuw steeds zachter en de zomers natter worden, hoewel onder deskundigen de meningen daarover sterk verschillen. Volgens
prof. dr. Verdonschot van de Universiteit Wageningen maakt malaria zich op voor een inhaalslag. De Anopheles-mug, de overbrenger van malaria, is er immers al. Sterker nog, hij is nooit weggeweest. In de NRC (Artsennet 2/8/2013) zegt ecoloog Verdonschot: 'Er is onlangs al een geval bekend waarbij de mug vanuit een Engels ziekenhuis de infectie van een malariapatiënt overbracht op iemand anders.’
Symptomen van malaria
Iemand kan
klassieke verschijnselen hebben die ook zonder
bloedonderzoek het vermoeden doen rijzen dat de persoon in kwestie aan malaria lijdt. Voor alle duidelijkheid: het betreft altijd een periode van ziek-zijn. De drie typische symptomen zijn:
Koorts
De
koorts is intermitterend, ofwel met tussenpozen. Bij malaria tertiana en malaria quartana komen de koortspieken (hoge koorts) respectievelijk om de 48 en 72 uur. Bij malaria tropica kan het koortsverloop zeer grillig en onvoorspelbaar zijn, bijvoorbeeld elke dag, om de 48 uur, continu of zeer onregelmatig.
Anemie (bloedarmoede)
Bloedarmoede bij malaria is een rechtstreeks gevolg van de vernietiging van grote aantallen
rode bloedlichaampjes (erytrocyten). Vooral malaria tropica is berucht, waarbij het aantal erytrocyten waarvan de parasieten zich meester maken veel ingrijpender is dan bij andere vormen van malaria.
Vergrote milt
Dit is een symptoom dat pas later merkbaar wordt. Doorgaans is de milt pas voelbaar als de malarialijder al een week of langer ziek is.
Lees verder