Een kitten uit een goed nest
Je ziet een vertederend kitten en je kunt eigenlijk al niet meer terug. Toch gaat er nog veel fout in het jonge leven. Hoewel het om een (jong) leven gaat en je niet altijd alles voor kunt zijn, is een goede start wel een mooie voorsprong. Maar hoe werkt die “goede start” en hoe weet je als koper dat je kitten een zo optimaal mogelijke start heeft gehad?
Alles draait om de dieren
Vooropgesteld dat een goede fokker alles om zijn of haar dieren laat draaien, wil dat nog niet zeggen dat je per definitie gezonde dieren op de wereld helpt zetten. De beste intentie is niet voldoende. Waar moet je als fokker op letten? Het begint bij de krolsheid van de (aanstaand) moederpoes. Je kunt er voor kiezen om in deze periode al gespecialiseerd voedsel te geven (deze stimuleren een perfect baarmoeder milieu … voorzover dit perfect kan zijn!), maar zorg minimaal voor uitgebalanceerde voeding. Een hoger energiegehalte en de juiste vetzuren zorgen tevens voor de juiste kwaliteit moedermelk.
Van geboorte tot nieuwe eigenaar
Bron: Eigen kat - Annastaal Bevalling
De geboorte gaat soms vlekkeloos en de moederpoes doet het helemaal zelf, maar soms lukt het echt niet. Moet je zelf helpen als fokker of als het persen te lang duurt, is het zinvol een dierenarts om hulp te vragen. Als de moederpoes het echt niet – ook niet met wat hulp – voor elkaar krijgt, dan kan de dierenarts besluiten een kiezersnee toe te passen. Op zich gaat dit meestal goed, maar de kans dat de melk voor de kittens niet meteen op gang komt bij de nieuwbakken moeder is wel groter.
Een nieuw nest
Een fokker die meer zogende poezen heeft liggen, kan mogelijk de kittens bij een andere moeder leggen (moeten die kittens niet al een flink stuk ouder zijn). Even toekijken of ze worden geaccepteerd en de kittens krijgen direct voeding. Kan de geopereerde moederpoes even rustig bijkomen. Maar bij deze poes moet natuurlijk ook de melkproductie op gang komen en dus moeten de kittens ook bij de eigen moederpoes gelegd worden. Als poezen goed samengaan, kan de geopereerde poes, als ze een beetje bijgekomen is, zelfs bij het nest en de andere moederpoes gelegd worden en niet zelden voeden de poezen kittens samen op en mogen de kittens van de andere poes ook bij de nieuwbakken moeder drinken. Er zijn nog wel wat middeltjes om de productie op gang te krijgen, maar in de meeste gevallen komt deze wel op gang na wat stimulatie van de kittens (het laat zich vaak aanzien als “pompende” voorpootjes rond het gebied van de tepels van de moederpoes).
Lastiger is het als er geen andere moederpoes is, dan moet je kijken hoe snel de geopereerde moederpoes melk gaat geven. Mocht dit te lang duren, dan zal je als fokker zelf je kitten(s) moeten laten drinken. Speciale kittenmelk is bij de speciaalzaak of dierenarts te koop. In het begin moet een zuigreflex bij een kitten op gang komen en je dan heel voorzichtig met een speciaal pipetjes wat melk geven (geef je te veel dan kan een kitten melk in de longen krijgen en gaat dood). Daarnaast moet je ook “de rest” doen, want het kitten moet na het drinken ook gestimuleerd worden om te gaan poepen en plassen en dus met een ietwat vochtig doekje over het buikje wrijven (wat de moederpoes met de tong doet) bootst het redelijk goed na. De poep en plas moet vervolgens weer netjes weggehaald worden.
Bron: Annastaal Moeder en kitten
Moeder en kitten(s) moeten een rustige en veilige plek hebben, waar geen tocht is en geen vreemde handen in het nest komen (behalve die van de fokker). Een moederpoes moet de kittens niet in de steek laten vanwege “onechte” geuren of met ze gaan slepen, omdat de plek niet veilig is.Als de randvoorwaarden goed zijn, doet de moeder eigenlijk het meeste. Ze houdt het nest schoon, zorgt dat de kittens leren op de kattenbak te gaan en “roept ze tot de orde” als ze kattenkwaad uit proberen te halen. Zeker dit laatste is wel zo handig als ze uit de kooi mogen en in de leefruimte rond mogen hobbelen.
Bijvoeren
Bijvoeren kan vanaf zo’n vier weken gebeuren, de kittens moeten dan langzaam van de moedermelk naar vast voedsel. Eerst maak je van het speciale voer nog tot een papje en enig moment ga je over tot de vaste vorm. Je gaat met de kittens toch richting het volledige zelfstandige leven bij een nieuwe eigenaar. Dit zal ongeveer rond de drie maanden liggen.
Van het laatste voer geef je de nieuwe eigenaar nog wat mee, zodat als deze een ander merk gaat gebruiken een kitten geleidelijk kan veranderen en het fragiele maagdarmkanaal niet overbelast raakt. Een kitten gaat immers al een groot avontuur aan bij een nieuwe eigenaar, daar heeft zo’n klein katje al “de handen aan vol”.
De nieuwe eigenaar
Bij de fokker
Van het voorgaande proces krijg je vaak weinig mee als koper van een kitten. Soms wacht je al vanuit de dracht op een kitten en dan kan je tussentijds misschien een keer komen kijken, maar anders moet je het op goed vertrouwen doen. Behalve je gevoel dat je niet met een broodfokker (of erger) te maken hebt, maar met een echte dierenliefhebber, kan je wel met de fokker praten over hoe het gaat en kijk vooral ook rond. Kittens moeten socialiseren en dat doen ze in een huislijke omgeving waar kinderen zijn, de radio of televisie aan staat, waar de stofzuiger herrie maakt en de deurbel gaat. Het gaat er niet alleen om dat je een klinisch huis ziet wat niet past bij jonge rondlopende katjes, je moet er ook op staan de moederpoes te zien (als de fokker dit al niet gedaan heeft) en de kittens onderling of met de moeder zien spelen. Het moet harmonisch aanvoelen en hoewel een kitten meenemen dan niet goed lijkt, zal een moederpoes ze enige moment toch ook loslaten (of ze nog rondlopen bij haar of al bij nieuwe eigenaren zijn).
Zelf aan de slag
Je bent er natuurlijk nog niet als je een kitten bij zo’n drie maanden meegenomen hebt. Behalve een nieuwe omgeving waar het kitten een veilige plek moet hebben, vaste eetplaats en kattenbak, is het ook goed naar de voeding te kijken. Meestal bij zo’n vier maanden gaan ze een nieuwe fase in en de betere merken hebben in de kittenfase een lijn met producten die je kunt nemen en voor die periode het beste voor je kitten bieden. Kittenvoeding stopt ongeveer als de jonge kat één jaar oud is.
Bron: Eigen kat - Annastaal Stem ook af met de fokker dat je voor vragen altijd kunt bellen en laat je nieuwe kitten direct bij je dierenarts zien. Een dierenarts kan niet alles vaststellen, maar een grove check kan geen kwaad. De dierenarts zal naar de algehele conditie kijken, luisteren naar de longen en het hartje en voelen of er niets “vreemds” onder de huid geconstateerd wordt. Als het diertje nog niet een chip heeft ontvangen, regel dit dan meteen. Net zoals de volgende enting (de basis entingen regelt de fokker eigenlijk nagenoeg altijd).
Tot slot
Garanties worden in het leven niet gegeven en aangezien je met een levend wezen te maken hebt, geldt dat ook voor een jonge kat. Maar een goede basis mag je van de fokker wel verlangen en als de fokker al niet zelf alles uitlegt en laat zien, vraag er dan naar (sommige fokkers hebben ook contracten, lees deze goed door). Al het leed wat je later misschien nog krijgt, kan je wellicht voorkomen als je op voorhand even door die roze-poezen-bril kijkt alvorens het kitten mee te nemen.