Huisdieren: De loopse hond
Als je besloten hebt een hond te kopen en het wordt een vrouwtje, dan is het goed je te realiseren dat een teefje enkele keren per jaar loops wordt en dat dit – in ieder geval voor sommige mensen – wat gedoe met zich mee brengt. Goed te weten hoe de cyclus werkt, wat te doen en wat vooral ook niet te doen.
Wat houdt het in?
Het loops worden van de hond is de vruchtbare periode van de hond, waarbij de eerste keer veelal tussen 6 en 16 maanden plaatsvindt. Het is niet exact aan te geven, want de grotere honden doen er langer over voordat de eerste loopsheid komt. Bovendien wordt de cyclus ook nog eens beïnvloed als er meerdere vrouwelijke honden in huis zijn en er is ten slotte ook nog een erfelijke factor die een rol speelt. Gemiddeld genomen wordt het vrouwtje om de 5 tot 7 maanden loops en meer dan twee keer per jaar zal het dus niet gebeuren. Overigens is het zo dat de hond de ene keer na 6 maanden loops wordt, maar de andere keer na 5 of juist 7 maanden loops wordt. Niet iedere hond heeft een vast ritme.
Hoe merk je het?
Bij de loopsheid is het geslachtsdeel (de vulva) meer opgezwollen als normaal en verliest het teefje druppeltjes bloed. Voor wat betreft de hoeveelheid bloed is niet exact aan te geven wat de hoeveelheid bloed is die de hond verliest. Bij de ene hond merk je er nauwelijks iets van en de andere hond moet een speciaal broekje aan om het bloed op te vangen.
Daarnaast raakt de reu meer geïnteresseerd in de teef, maar als dit in het beginstadium is, is het vrouwtje daar niet echt van gediend. Tussen de 9e en 12e dag van de loopsheid is de hond vruchtbaar en kan dan gedekt worden. Het vrouwtje is dan meer dan gemiddeld geïnteresseerd in de reu. Tegen de tijd dat het teefje niet meer geïnteresseerd is, loopt de loopse periode ten einde. Totaal duurt de periode zo’n drie weken.
Bron: Eigen hond - Annastaal Geen loopsheid
Als je besluit dat je die loopsheid maar niets vindt en gaat handelen, dan zijn er verschillende mogelijkheden.
Sterilisatie
Natuurlijk kan je een hond altijd steriliseren (wat eigenlijk castreren is, want de eierstokken en baarmoeder worden verwijderd) als je er zeker geen nestjes wilt, maar steriliseer niet als het nog een kleine pup is. Probeer echter net voor de eerste loopsheid de hond te laten steriliseren (de kans op borstkanker op latere leeftijd wordt hiermee beduidend kleiner). Maar het blijft wel een operatie en zeker als je hondje ouder is op het moment dat je wilt laten steriliseren, kan het tot incontinentie leiden. Voordeel is wel dat de kans op suikerziekte kleiner wordt en je weet echt zeker dat er nooit jonge hondjes komen en je dus niet voor verrassingen komt te staan. Overigens is het wel zo dat sommige onderzoeken elkaar tegenspreken als het gaat om de leeftijd van sterilisatie. Bij 6 maanden wordt enerzijds aangeprezen om de kans op borstkanker te verkleinen (op latere leeftijd), maar vroegtijdige sterilisatie kent ook negatieve kanten. Een zorgvuldige afweging in overleg met de dierenarts kan geen kwaad.
Prikpil
Een andere mogelijkheid, welke bijvoorbeeld ook handig kan zijn als je nog niet weet of je een nestje wilt, is de prikpil. Iedere 5 maanden krijgt de hond dan een injectie met hormonen ingespoten. Er is wel meer kans op schijnzwangerschap en de huid/vacht kan op de plaats van de injectie verkleuren. Voor de langere termijn is de prikpil niet aan te raden, want de kans op baarmoederontstekingen en borstkanker is aanzienlijk groter bij langdurig gebruik van de prikpil. Daarnaast is het een dure aangelegenheid.
Pil in tabletvorm
Naast de prikpil is er ook nog de pil in tabletvorm, waarbij je je moet realiseren dat je de hond de pil moet toedienen en niet iedere hond vindt dit even prettig. Je kunt met deze pil wel zelf bepalen wanneer je stop, de hond krijgt een kleinere dosis en je hoeft niet naar de dierenarts. Maar ja, je moet wel voldoende discipline op kunnen brengen en de kans op borstkanker en melkklierontstekingen is ook bij de pil in tabletvorm groter.
Concluderend
Je te bedenken of je de hond gewoon loops wilt laten worden of dat je er iets aan gaat doen, is een proces met impact en dus moet je daar goed over nadenken. Win informatie in, stem met de dierenarts af en handel daarna zorgvuldig.