De Mol, architect van de ‘onderwereld’

In de tuin, op de golfbaan, in een fraai aangelegd park en zelfs op de akkers zijn ze niet blij met zijn bouwwerkzaamheden. Molshopen zijn een gruwel in de ogen van tuiniers, hoveniers en boeren. Die zandhopen ontsieren en landbouwwerktuigen kunnen erdoor beschadigd raken. Toch is het een bijzonder beestje: de mol. Wat is er nou voor leuks aan om je leven grotendeels onder de grond door te brengen? Het is er vochtig en klam, of droog en hard. Het is er donker en benauwd. En zanderig. Heel zanderig. Maar mensen zijn geen mollen. Tenminste, niet in letterlijke zin. De mol voelt zich prima thuis in die onprettige omgeving. Hij is er ook helemaal op aangepast. Want als je ondergrondse gangen graaft, moet je geen last hebben van lichamelijke obstakels. Daarom heeft hij een vacht zonder groeirichting. De haartjes kunnen soepel vanuit de haarschacht naar voren en naar achteren meeschuiven. Zodoende kan de mol gemakkelijk in de ondergrondse gangen voor- en achteruit kruipen, zonder door de haarrichting van zijn vacht bekneld te raken. Het beestje heeft geen oorschelpen. Die steken maar uit en zijn lastig als ze langs de zanderige wanden schuren. Zijn oren zouden vol zand komen. Zijn nek is kort, zodat de kop vrijwel op de schouders rust. Uiteraard heeft de mol net zoveel halswervels als de giraffe. Alleen zijn deze zeven wervels natuurlijk vele malen kleiner. De schouderbladen en het bekken zijn lang en dun. Het bekken is stevig bevestigd aan de wervelkolom. De schedel is plat en smal. Alles is aangepast op het leven in smalle gangen en aan het harde ondergrondse graafwerk. Zijn spaarzaam behaarde neusje is lang, beweeglijk en eindigt in een roze punt. De enige lichaamsdelen die uitsteken zijn de krachtige voorpoten met de graafklauwen, die een beetje op handen lijken. De palm van zijn klauw is voorzien van een extra vinger, het zogenaamde sikkelbeentje. Daardoor is het ‘handje’ nog breder en sterker.

Mollig zacht

Vaak wordt gedacht dat een mol blind is. Maar dat is onjuist. De mol kan wel degelijk zien. Zijn oogjes zijn echter heel klein en niet erg ontwikkeld. Wat moet je ook met grote kijkers onder de grond. Daar is het donker en je krijgt alleen maar extra veel zand in je ogen. De staart is kort en borstelig. Als het beestje bovengronds is, staat zijn staartje altijd kwiek omhoog. De grootte van de mol varieert naar de plaats en het seizoen. Maar gemiddeld is hij ongeveer veertien cm groot. Zijn staartje is om en nabij drie centimeter lang. Een volwassen mol weegt ongeveer maar tussen 80 en 120 gram. De mannetjes zijn iets groter dan de wijfjes. De vacht is heerlijk zacht. Zo zacht als fluweel. Meestal is de mol blauwzwart van kleur, maar er komen ook andere kleuren voor, zoals geelachtig en albino. Echter, deze variaties zijn uiterst zeldzaam. De snuit van de mol is bijzonder gevoelig. In zijn neus heeft hij zogenaamde ‘organen van Eimers’. Dit zijn kleine ronde zwellinkjes vol met zenuwuiteinden. Deze zijn zó gevoelig dat ze als tastorganen dienst doen. Hierdoor heeft de mol geen snorharen nodig. Want ook die zijn maar lastig onder de grond. Vrijwel alle mollensoorten zijn voorzien van deze organen van Eimers. Mollen komen in heel Europa voor. Zelfs tot het noordelijke deel van Scandinavië en Siberië aan toe. In Nederland en België is de mol vrij talrijk. In 2005 is hij van de lijst van bedreigde diersoorten verwijderd. Het liefst vertoeft hij bij ons in de veen- en kleistreken. Op onvruchtbare zandgronden heeft hij het minder voorzien. Daarom zie je hem zelden op de Waddeneilanden. Maar in berglandschappen kun je hem wel tegenkomen. Net zo hoog tot waar er geen bomen meer zijn.

Lastige molshopen

De gangen die de mol graaft zijn ovaal van vorm en liggen dicht onder de oppervlakte. Deze gangen worden jaaggangen of mollenritten genoemd. Maar hij graaft ook diepere gangen, Soms wel tot een diepte van 1.20 meter. Deze gangen leiden naar een centrale ruimte. Die als nestruimte wordt gebruikt. De graafwerkzaamheden voert de mol uit met behulp van zijn sterke armen en graafklauwen. De losgemaakte grond wordt eerst verzameld en vervolgens naar boven geduwd, waardoor de bekende en vermaledijde molshopen ontstaan. Eén mol kan wel een hoeveelheid aarde van twintig keer zijn eigen lichaamsgewicht verstouwen! De snelheid waarmee dit arbeidsproces plaats vindt ligt natuurlijk aan de samenstelling van de grond. In lichte grond kan hij wel 20 centimeter per minuut graven. Men heeft wel eens geconstateerd dat een mol in minder dan half uur maar liefst een molshoop van 6 kilo opgegraven had.

Kale, roze molletjes

In het heel vroege voorjaar, soms al in februari, gaan de mannetjes op zoek naar een geschikt wijfje. Het is paringstijd. Verwoed graaft hij lange mollenritten, net zolang tot hij een wijfje tegenkomt. Zodra de bevruchting heeft plaatsgevonden, neemt het mannetje de benen. De verdere soesa overlatend aan het wijfje. Het wijfje begint met het graven van een paar extra diepe gangen, die alle uitkomen op een centrale ruimte: de kraamkamer. Al dat gegraaf levert dus ook een extra grote molshoop op. Diep daaronder wordt het nest ingericht, dat met bladeren en gras behaaglijk wordt gemaakt. Na een draagtijd van circa 28 dagen worden hier de jongen geboren. Meestal telt de gezinsuitbreiding twee tot zeven kleine molletjes. De jongen worden roze, kaal en blind geboren. Maar na 22 dagen hebben ze een vachtje en zijn de piepkleine oogjes geopend.

Na ongeveer vijf weken zijn de jongen groot genoeg om het nest en hun moeder te verlaten en een eigen territorium uit te zoeken. Mollen zijn solitair levende dieren. Ze eigenen zich een eigen territorium toe en dat gaat niet bepaald zachtzinnig. Ze vechten met elkaar om een stukje grond. Dat gevecht gebeurt overigens bovengronds.

Voorraad regenwormen

Mollen leven van ongewervelde dieren die ze in de gangen vinden en vangen. Ze doen zich dus tegoed aan regenwormen, duizendpoten, engerlingen, miljoenpoten, naaktslakken, maden en overige insectenlarven. Hij legt er ook een voorraadje van aan. Zo bijt hij regenwormen de kop af, die daardoor verlamd raken. De verlamde dieren worden opgeslagen. Er is eens een dergelijke voorraad aangetroffen van maar liefst 1280 verlamde regenwormen. Toch is de mol allesbehalve een veelvraat. Gedurende de hele dag zijn ze telkens voor perioden van 3 á vier uur actief en zij hoeven maar éénvijfde of minder van hun gewicht per dag te consumeren.

Geen pardon voor indringers

Tijdens de nacht komt hij alleen maar tevoorschijn als er bijvoorbeeld door droogte beneden geen voedsel te vinden is. Maar het liefst vertoeft hij ondergronds. Daar zijn immers geen roofvogels, vossen, hermelijnen en wezels. De enige mogelijke vijanden die hij onder de grond kan aantreffen, zijn de soortgenoten. Mollen zijn wat dat betreft egoïstische grondbezitters. Hij houdt niet van indringers. Ook als het een andere mol betreft, kent hij geen pardon. Mocht hij bovengronds een potentiële belager tegenkomen, dan is de kans groot dat de mol deze op afstand kan houden door gebruik van zijn onaangenaam riekende stinkklieren. De mol is een mannetje/vrouwtje van de klok. Steevast neemt het dier om de drie tot vier uur een welverdiende rustpauze. Daarna inspecteert hij zijn gangenstelsel. Of gaat hij op zoek naar voedsel. Aan winterslaap doet het molletje niet.

Er wordt verondersteld dat een mol wel zeven jaar oud kan worden. De praktijk wijst echter anders uit. Zijn tanden slijten namelijk erg af door het kauwen op zanderig voedsel. Op een gegeven moment wordt hem dat fataal. Zodoende schat men de maximum leeftijd van de gemiddelde mol op vier jaar.

Hazenpad

Naast roofdieren en tandproblemen, heeft de mol te maken met de mens. Vroeger brachten de zachte vachtjes van de mol veel geld op. De vachten hebben immers geen lastige vleug. Ideaal bont voor het verwerken van voeringen en kragen. Gelukkig is het al lang niet meer rendabel om vanwege die velletjes op mollenjacht te gaan. Er zijn tegenwoordig veel diervriendelijker alternatieven voorhanden. Maar dat neemt niet weg, dat de mens nog steeds tot mol’s vijanden gerekend mag worden. Alleen maar omdat de molshopen zo ongewenst zijn. De meest gruwelijke bestrijdingsmiddelen zijn bedacht, zoals het plaatsen van glasscherven in de grond, of door het plaatsen van met strychnine behandelde regenwormen in de gangen. Hebt u mollen in de tuin, dan is het helaas ook lastig om die beestjes weg te krijgen. Ze zijn behoorlijk honkvast. Wat wel kan helpen is het plaatsen van keizerskronen in uw tuin. Mollen verafschuwen de geur van dit bolgewas. Deze tip wordt veelvuldig gegeven. Wie weet graaft uw molletje dan snel een ondergronds ‘hazenpad’.
© 2010 - 2024 Heliant, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Mollen bestrijdenMolshopen in uw tuin zijn een lelijk gezicht. Toch zijn mollen nuttige diertjes waarvan het jammer zou zijn als deze ver…
Mollen vangen of verjagen, hoe doe je dat?Mollen vangen of verjagen, hoe doe je dat?Mollen zijn nuttige dieren, ze eten larven, slakken en regenwormen. Door het graven van gangen, beluchten ze de grond en…
De kruisen en mollen van de majeur toonladderDe kruisen en mollen van de majeur toonladderOver het algemeen is er veel verwarring over mollen en kruisen in de majeur toonladders. Vandaar dit stuk, met uitleg en…
Bestrijden van mollen in de tuin! Hoe en met welke middelen?We hebben er allemaal wel last van, ongedierte in de voor en/of achtertuin zoals mieren, rupsen, slakken en mollen. Maar…

Moet je bang zijn van kwallen?Moet je bang zijn van kwallen?Kwallen vind je in alle oceanen, dus ook in de Noordzee. Sommige soorten kunnen best voor pijnlijke steken zorgen. Toch…
De das ziet slecht, maar ruikt des te beterDe das ziet slecht, maar ruikt des te beterSinds de das in Nederland wordt beschermd, gaat het weer steeds beter met het dier. In de jaren ’80 waren er nog maar zo…
Heliant (8 artikelen)
Gepubliceerd: 26-07-2010
Rubriek: Dier en Natuur
Subrubriek: Dieren
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.