Koudbloed-, warmbloed-, en volbloedpaarden

Koudbloed, warmbloed en volbloed zijn drie verschillende benamingen die staan voor het temperament van een paard. Temperament bij paarden is net zo als bij mensen aangeboren, het is niet mogelijk om een van nature kalm paard door oefenen te veranderen naar een zeer druk paard. De drie types vertonen zowel innerlijke als uiterlijke verschillen.

Koudbloeden

De naam koudbloeden heeft er niks mee te maken dat het bloed kouder is dan het bloed van andere paarden. Koudbloed verwijst naar paarden die zwaar gebouwd zijn. De dominantste gang van de koudbloedpaarden is de stap. Het zijn van nature meestal zeer kalme en meegaande dieren. Koudbloeden schrikken niet snel van dingen en dit is maar goed ook! Een koudbloed is vaak zo sterk en gespierd dat het vrijwel onmogelijk is om hem tegen te houden.

Tot het begin van de 21e eeuw was het normaal om te staarten van koudbloeden die voor de kar liepen te blokstaarten. Dit betekent dat ze bijna geheel verwijderd werden. Het nut hiervan was dat de staart hierdoor niet meer in de leidsels terecht kon komen, wanneer dit gebeurde was het paard namelijk niet meer goed te sturen. Gelukkig is blokstaarten tegenwoordig verboden. Een paard had namelijk niet meer de mogelijkheid om vliegen op zijn lichaam weg te jagen. Bekende koudbloedrassen zijn: het Belgisch trekpaard, de tinker, de fjord en de haflinger.

Warmbloeden

Bij een warmbloedpaard is het ook niet zo dat deze een hogere lichaamstemperatuur heeft dan zijn andere soortgenoten. Een warmbloedpaard wordt vaak omschreven als een paard dat graag en met zeer veel plezier beweegt. Alle paarden die geen koudbloeden, volbloeden of kleine pony's zijn behoren tot de warmbloedpaarden.

De meeste landen op de wereld hebben hun eigen, specifieke warmbloedrassen. Er zijn bijvoorbeeld Nederlandse, Letse, Deense en Belgische warmbloedpaarden. De meest succesvolle warmbloed fokkerij is die in Duitsland. In Duitsland worden veel sportpaarden gefokt die ook op internationaal niveau goed scoren. Het perfecte sportpaard is volgens veel mensen een paard met de snelheid en het temperament van een volbloed, de springkracht van een hannoveraan en de basisgangen van een holsteiner. Het liefst heeft men ook nog dat hij net zo snel schrikt als een koudbloedpaard, niet dus. De warmbloedpaarden die niet in de top komen van de sport worden meestal recreatiepaarden. Voor veel mensen zijn het de ideale rijpaarden. Ze hebben ruime en soepele gangen en kunnen alle sporten een beetje. Bekende warmbloedrassen zijn: de Holsteiner, de Oldenburger en het KWPN paard.

Volbloeden

In de volbloedfokkerij zijn twee rassen zeer bekend. Dit zijn: de Engelse volbloed en de Arabische volbloed. Allebei deze rassen staan erg bekend om hun snelheid, elegantie en uithoudingsvermogen. Vanwege hun prestatiedrang en gevoelige temperament worden volbloeden regelmatig met koudbloeden gekruist in de hoop dat er een rustig maar energiek en elegant paard ontstaat. De Arabische volbloeden zijn vaak niet groter dan de meeste pony's, de schofthoogte is erg laag.

Het volbloedpaard komt oorspronkelijk uit het Centraal-Aziatische hoogland. Hier fokten bedienden van de rijkste mensen in het land paarden via een strenge selectie. Er mocht alleen zuiver Arabisch bloed aanwezig zijn. Met drie Arabische hengsten Byerley Turk, Darley Arabian en Godolphin Barb werd in de 17e eeuw de fokkerij van het Engelse volbloedpaard opgestart. Deze fokkerij was enkel gericht op prestaties tijdens het racen. Paarden mogen alleen volbloeden genoemd worden wanneer er bewijs is dat zowel hun vader als hun moeder zijn geregistreerd in het General Studbook. Een kruising van een Engelse en een Arabische volbloed wordt een Anglo-Arabier genoemd. De oorsprong van de Anglo-Arabier ligt in Frankrijk. Dit ras wordt zeer vaak gebruikt om andere rassen te verbeteren.