Alles over de leeuw
De leeuw is een imposant en fascinerend roofdier. Hij wordt geassocieerd met moed, kracht en kreeg sinds de middeleeuwen de titel van de koning der dieren. Niet verwonderlijk, want met zijn sierlijke manen ziet hij er ijdel, maar tegelijkertijd ook dreigend uit. Het schattige welpje Simba uit 'De Leeuwkoning' kon niemand onberoerd laten, maar is deze katachtige in het echte leven ook zo schattig en onschuldig?
Soorten
De leeuw behoort tot het geslacht Panthera en tot de familie van de katachtigen. Hij is op één na de grootse katachtige op aarde. De tijger is groter, hoewel het verschil nauwelijks zichtbaar is. Er bestaan twee soorten leeuwen: de Perzische of Aziatische leeuw en de Afrikaanse leeuw.
Afrikaanse leeuw
Het verschil tussen een Aziatische en Afrikaanse leeuw is de grootte. Afrikaanse is een tikkeltje groter en heeft ook een grotere manen. Berberleeuw en Kaapse leeuw zijn de ondersoorten van de Afrikaanse leeuw die helaas al uitgestorven zijn.
De Berberleeuw leefde in het noordelijk deel van Afrika, in het gebied dat strekte van Marokko tot Egypte. In de tijd van de Romeinen werd de Berberleeuw, die ook bekend staat als de Atlasleeuw, gebruikt om in arena's te vechten. Hij moest er schitterend uitgezien hebben met zijn zwarte manen die zijn schouders bedekten en uitstrekten tot aan zijn liezen. De leeuw had korte poten, hoog achterhoofd en diepe borstkas en leek erg op de Kaapse leeuw. Een opgezet exemplaar van deze laatste staat in het museum van Wiesbaden. De Kaapse leeuw kwam voornamelijk voor in Zuid-Afrika. Zijn leefgebied strekte van Kaapprovincie tot Natal. Vandaar ook zijn naam: Kaapse leeuw.
Aziatische leeuw (of Indische leeuw)
Deze soort leeuwen is iets kleiner dan hun Afrikaanse bondgenoten. De manen van de mannetjesleeuw zijn ook minder imposant, hoewel hij er toch nog fascinerend uitziet. Een belangrijk kenmerk van de Indische leeuw is de huidplooi die in het midden over de buik loopt.
Door vernietiging van hun leefgebied en de toename van plezierjacht op deze leeuwensoort, is het aantal Aziatische leeuwen enorm gedaald. In 1900 waren er slechts 15 leeuwen over. Hierdoor staat de Perzische leeuw op de lijst met de bedreigde diersoorten. In 2010 waren er slechts 411 exemplaren over.
Leeuwen die in dierentuinen te bezichtigen zijn, zijn meestal Afrikaanse leeuwen. In Nederland is er maar één plek waar het mogelijk is een Aziatische leeuw te zien en dat is Blijdorp. In België is dat in Planckendael.
Leefgebied
In het wild leven de leeuwen in open savannes, grasvlaktes en licht beboste gebieden van Afrika. Uiteraard is dit de Afrikaanse leeuw. De Aziatische leeuwen leven in een geïsoleerde populatie in Gir Forest National Park, India.
Leefwijze
De leeuw is de enige katachtige die in sociaal groepsverband leeft. De groepen bestaan meestal uit vijftal volwassen vrouwtjes, een of twee volwassen mannetjes en hun welpjes. Het aantal leeuwen kan per groep variëren. Er kunnen zelfs dertig leeuwen in een groep zijn. Vreemde leeuwen worden meestal weggejaagd en mannetjes die bij geen enkele groep horen, zijn gedoemd tot zwerven. Dit is de reden waarom de levensverwachting bij leeuwen kleiner is dan bij leeuwinnen. Vrouwtjes blijven immers hun hele leven lang bij dezelfde groep.
Communicatie
Net zoals alle andere dieren hebben leeuwen hun eigen manier om met elkaar te communiceren. Het meest bekende communicatiemiddel is het gebrul. Een leeuw brult om zijn territorium af te bakenen, de groep te waarschuwen voor eventuele gevaren, om te intimideren en gewoon om een familieband op de bouwen en te versterken. Een ander communicatiemiddel is de geur. Zowel leeuwen als leeuwinnen hebben talloze geurklieren op kun kop, kin, onder de staart en zelfs tussen de tenen. Om hun territorium af te bakenen kan een leeuw ook zijn uitwerpselen en urine gebruiken.
Jagen en voedsel
De imposante en indrukwekkende mannetjes spelen geen rol in het jaagproces. Het zijn de leeuwinnen die al het werk doen en die voor voedsel in de groep zorgen. De leeuwinnen kunnen alleen of in groepen jagen. Als ze dat in groep doen, jagen ze de prooi naar een plek waar de andere leeuwinnen staan te wachten. De prooi zit dan in de val. Gewoonlijk wordt de prooi stilletjes beslopen, waarna de leeuw zijn slachtoffer met een sprint aanvalt. Bij haar sprint kan een leeuwin een snelheid van zestig kilometer per uur halen. Een groter prooi zal ze proberen te wurgen en bij een kleinere prooi volstaat bijten in de kop, nek of borst.
Op het menu van de leeuwen staan antilopen, zebra's en buffels. Aziatische leeuwen in India kunnen ook op herten jagen. Als de leeuwin alleen is, zal ze eerder geneigd zijn om op kleinere prooien af te gaan. Wanneer ze in een groep zijn, worden grotere dieren aangevallen. Wanneer de buit binnen is, krijgt de leider van de groep als eerste de kans om van het lekkernij te proeven. Daarna komen pas de vrouwtjes en de welpjes aan de beurt. Hiërarchie bepaalt dus wie als eerste mag eten.
Voortplanting
Mannetjes leeuwen zijn vanaf hun vierde levensjaar vruchtbaar en de vrouwtjes vanaf vijf jaar. De leeuwin is zo'n twee tot acht dagen loops en moet zeker honderdvijftig keer gedekt worden vooraleer ze bevrucht raakt. Dit komt omdat het zaad van de leeuw nogal zwak is. Tijdens de paring bijt het mannetje in de nek van de leeuwin. Het proces duurt niet lang, maar het is wel een pijnlijke ervaring. Na de paring snauwt het vrouwtje de leeuw weg.
Welpjes
De draagtijd bij de leeuwen bedraagt honderd dagen. Gemiddeld worden er twee tot maximaal zes jongen geboren. De ogen van de welpjes gaan pas na drie tot elf dagen open. Tot die tijd zijn ze blind. De zoogtijd duurt acht maanden, maar na twee maanden kunnen de welpjes volwassen leeuwen vergezellen tijdens de jacht. De jongen zijn pas na achttien maanden onafhankelijk van hun moeder en na vijf jaar zijn ze helemaal volgroeid.
Nieuwe leider
De groot geworden welpen kunnen de dominante leeuw uitdagen, maar ook een groep zwervende leeuwen kan dit doen. De spelregels zijn simpel: wie wint, die blijft. De leeuw die het gevecht gewonnen heeft, wordt of blijft de leider van de groep. De verliezer verlaat de groep en wordt een zwerver. De nieuwe leider zal in de eerste plaats de welpjes van zijn voorganger doden. Dit fenomeen heeft een reden. De functie van elke leeuw is om zijn DNA door te geven en als de welpjes niet van hem zijn, heeft hij geen genade. Bovendien zijn de vrouwtjes niet vruchtbaar zolang zij de jongen zogen. Door de kleine welpjes te doden, worden de leeuwinnen terug vruchtbaar en kan de leeuw zich voortplanten.