Dahlia’s een lust voor het oog
Dahlia’s groeien het best in niet te zure en niet te alkalihoudende grond. Ideaal is kleiachtige grond waarbij toch nog behoorlijk mesten een belangrijke voorwaarde is. In de herfst een flinke laag stalmest gebruiken of compost of ander organisch materiaal zal de groei en bloei bevorderen. Ook is een warme zonnige plaats, hooguit met een lichte middagschaduw, met doorstroming van frisse lucht belangrijk. Een plant kan dan uitgroeien tot een bloeiende lust voor het oog.
Het poten van de knollen
Knollen worden rond half april gepoot met een tussenruimte van 50 tot 70 centimeter voor hooggroeiende dahlia’s en middelhoge ongeveer 50 centimeter. Lagere soorten kunnen op 40 centimeter van elkaar worden gepland. De nieuwe plant komt uit de basis van de oude stengel dus niet uit de knol. Het plantgat voor de knol wordt 15 centimeter diep. Daarna wordt het gat gevuld met turfhoudend grondmengsel en wordt de knol er zodanig ingezet dat de bovenkant 5 cm onder het aardoppervlak blijft. Vervolgens wordt de knol afgedekt met grondmengsel.
Na een paar weken maken de knollen een nieuw wortelgestel aan en verschijnen de eerste nieuwe groeischeuten. Hogere dahlia's moeten wel ondersteund worden om bij wind niet om te vallen en te breken. Stokken daarvoor worden meteen bij het poten bevestigd.
Voorgekweekte dahlia’s
Dahlia’s komen oorspronkelijk uit Mexico en zijn daarom niet winterhard. Ze gedijen het best bij temperaturen van 15 tot 25 graden. Nachtvorst overleven ze niet. In de pot gekweekte jonge plantjes mogen daarom pas na de ijsheiligen in de volle grond worden geplant. Als er toch nachtvorst dreigt, kunnen de jonge plantjes worden afgeschermd door middel van omgekeerde potten of een stuk noppenplastic.
Voor het planten wordt eerst een plantgat gemaakt dat groot genoeg is voor de wortelkluit die bij het planten niet mag beschadigen. Voorgekweekte plantjes mogen in het begin niet zoveel water hebben. Het beste is dat de wortel naar water moet zoeken. Bij het naderen van het bloeiseizoen hebben ze meer water nodig.
Bloeiende dahlia’s planten
Sinds enkele jaren zijn er in mei en juni bloeiende dahlia's in potten te koop. Deze kunnen overgezet worden in de tuin of in grotere potten, bakken of containers en kunnen een plaats krijgen op het terras of in de patio. Er moet wel voldoende grond aanwezig zijn om tijdens warme zomerdagen niet te verdrogen.
Bossige planten
Om brede vertakte planten te verkrijgen kunnen de scheuten omstreeks half tot eind juni getopt worden als ze uitgegroeid zijn tot twee of drie bladparen. Daarna zal de plant zich uit de oksels vertakken met als resultaat een bossige plant met veel bloemen. Ook zal later bij de kleinbloemige soorten het wegsnijden van bloemen de groei stimuleren tot nieuwe uitlopers. Wegsnijden moet gebeuren tot de zijscheut onder de bloem, wat vooral belangrijk is bij enkelbloemige dahlia’s, omdat die anders zaadknoppen vormen die veel energie en voeding opeisen.
Sproeien bij droog weer
In droge perioden moet water gesproeid worden, liefst met een tuinsproeier die fijn verneveld en die hoog en verticaal op de planten spuit. Bij warm weer met zware grond moet dit elke vijf dagen gebeuren, op lichtere grond om de drie dagen. Twee of drie weken na het planten komen de dahlia’s 10 tot 20 centimeter boven de grond en moeten de hogere groeiers vastgebonden worden aan een stok.
Het snijden van de bloemen
De eerste bloemen kunnen omstreeks half augustus worden gesneden. Een simpel maar wel scherp aardappelschilmesje is daar prima voor. Het is beter om niet in de volle zon bloemen te snijden maar na 4 uur in de middag. Aan de bloemtak moet wel minimaal één bladpaar blijven zitten waarna zich bij kleinbloemige soorten weer snel nieuwe bloemtakken vormen. Bij grootbloemige zal dit niet lukken waardoor de stelen lager kunnen worden afgesneden.
Lees verder