Hommel herkent de bloem door het elektrisch veld
Hommels zijn harige insecten met een bromgeluid. Ze zien er uit als bijen. Hommels en bijen lijken op elkaar maar een hommel is iets groter, langer en het lichaam van de hommel is bedekt met zwarte, gele of oranje/rode en witte haren. Bijen hebben veel minder lange haren op het lichaam. De haren van hommels zijn nodig om te weten waar een bloem met honing of nectar is. De lange haren van de hommel worden aangetrokken door het elektrisch veld van de bloem.
Hommels
Hommels (Bombus) zijn een geslacht van insecten en horen bij de familie van bijen (Apida). In Nederland en België komen ongeveer dertig soorten voor, waarvan enkele zeldzaam zijn. Hommels worden vaak verward met bijen of wespen omdat de kleuren vaak bestaan uit zwart, geel en wit. De hommels zijn echter hariger en meestal groter dan bijen of wespen. Hommels steken net als bijen en wespen maar alleen wanneer ze zich bedreigd voelen en geen andere uitweg zien. De angel van het vrouwtje, dat alleen steekt, blijft na het steken meestal niet achter in de huid en omdat de angel glad is kunnen hommels vaker steken zonder te sterven na een steek. Hommels die we kunnen zien in Nederland en België zijn onder andere:
- Boomhommel;
- Steenhommel;
- Veldhommel;
- Akkerhommel;
- Weidehommel;
- Tuinhommel;
- Grashommel;
- Aardhommel;
- Rode koekoekshommel;
- Boshommel.
Bloemen zijn elektrisch geladen
Wij mensen herkennen bloemen aan de kleuren, vormen, patronen en/of geuren. Professor Daniel Robert, hoogleraar in de Bionanoscience (een wetenschap tussen biologie en de nanowetenschap) aan de universiteit van Bristol, ontdekte in 2013 dat bloemen hommels vooral aantrekken met behulp van elektrische signalen. Deze elektrische signalen ontstaan door een zwak magnetisch veld en omdat de bloem negatief geladen is.
Positief geladen
De hommels die door de lucht vliegen, zijn positief geladen en bij het naderen van de bloem ‘voelt’ de hommels dat door een kleine elektrische lading die waarschijnlijk informatie overbrengt. Door elektroden in de stengels te plaatsen, konden professor Robert en zijn onderzoekers zien dat het potentiaal van de bloem veranderde wanneer een bij of hommel stuifmeel of nectar kwam verzamelen. De vraag in 2013 was of hommels en andere insecten aan het veranderende elektrisch veld van de bloem kunnen ‘aflezen’ of de bloem al bezocht is en het stuifmeelgehalte niet op peil is op dat moment.
Het tweede onderzoek
Maandag 29 mei wordt in het tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences of the United States of America, (PNAS) het vervolg gepubliceerd. De wetenschappers van de Universiteit van Bristol volgden de hommels met een vibrometer.
Vibrometer
Een vibrometer is een klein apparaatje dat laserlicht uitzendt om bewegingen te meten. Wanneer de hommels rond tien centimeter van de bloemknoppen kwamen, gingen de lichaamshaartjes en de antennes bewegen. Dit kwam door het elektrisch veld van de bloem. De haartjes op het hommellijf gingen richting de bloem en activeerden de zenuwcellen in hun lichaam en dat voelde de hommel. Dit is dus wat de hommels helpt om bloemen met nectar of stuifmeel te vinden. De hommel kan ‘aflezen’ of de bloem al bezocht is of niet. De vibrometer ving deze kleine bewegingen op.
Zenuwcellen
De bewegende lichaamshaartjes activeren de zenuwcellen in het lichaam van de hommel, zodat ze de aanwezigheid van de bloem kunnen ‘voelen’, zo blijkt uit het onderzoek. Misschien kunnen de hommels uit het elektrisch signaal van de bloemen zelfs weten met wat voor bloemensoort ze te maken hebben.
Over PNAS
Het tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences is een wereldwijd wetenschappelijk tijdschrift. Het blad publiceert wetenschappelijk nieuws en elk gepubliceerd artikel is peer-reviewed. Peer-reviewed is een methode om de kwaliteit van een artikel kritisch te beoordelen door meestal vakgenoten of collega's van de auteur. PNAS wordt veel door onderzoekers gelezen en de publicaties komen zes maanden na verschijning in het tijdschrift ook gratis online te staan. PNAS publiceert alleen de hoogste kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek.