De invloed van klimaatverandering op planten

De koolstofdioxideconcentratie op aarde neemt steeds meer toe. Niet alleen mensen en dieren hebben hier last van, ook planten merken de gevolgen hier duidelijk van. De stijgende koolstofdioxideconcentratie zorgt voor verschillende weersveranderingen. Er vindt een temperatuurstijging op aarde plaats en het neerslagpatroon verandert.

Stijging koolstofdioxideconcentratie

Sinds de industriële revolutie is de CO2-concentratie gestegen van 280 ppm tot 400 ppm. Dit wil zeggen dat er op de miljoen deeltjes in de lucht er nu 400 deeltjes koolstofdioxide zijn. Koolstofdioxide is op zichzelf geen giftig gas, planten groeien vaak zelfs beter wanneer de CO2-concentratie redelijk hoog is. Het is wel zo dat koolstofdioxide een broeikasgas is, het houdt de warmte die door de aarde wordt uitgestraald tegen. Zonder broeikasgassen zou de gemiddelde temperatuur op aarde -18 graden Celsius zijn, nu is de gemiddelde temperatuur ongeveer 15 graden Celsius. Doordat de CO2-concentratie in de atmosfeer toeneemt stijgt de gemiddelde temperatuur op aarde. Deze was in 2012 al 0.85 graden Celsius gestegen ten opzichte van 1880. De toename van de temperatuur op aarde veroorzaakt een ander neerslagpatroon en zorgt ervoor dat er meer en sterkere orkanen plaatsvinden. Deze veranderingen zijn van invloed op de planten en de ecosystemen.

Fotosynthese

Via stimulatie door de fotosynthese kunnen planten voordeel hebben van verhoogde CO2-concentraties in de lucht. Planten die worden blootgesteld aan hogere CO2-concentraties groeien sneller dan andere planten. Ook zullen deze planten minder water nodig hebben, dit is een voordeel in droge gebieden. Planten hebben echter ook nutriënten zoals stikstof en fosfor nodig, wanneer deze twee niet aanwezig zijn zal de verhoogde CO2-concentratie totaal geen voordeel opleveren. Planten die leven in een CO2 rijke omgeving zullen niet alleen sneller groeien en minder snel uitdrogen, ze zullen ook veranderen van samenstelling. Het proteïnegehalte in planten zal afnemen, een dier moet dus meer eten om voldoende energie binnen te krijgen. Ook kan de bodemkwaliteit achteruit gaan, de afgestorven planten bevatten een lage nutriëntenconcentratie en kunnen dus niet meer voor een vruchtbare bodem zorgen.

Temperatuurstijging

Doordat de temperatuur op aarde toeneemt zullen er enkele dingen wat betreft de plantengroei veranderen. Het groeiseizoen wordt langer in gematigde- en noordelijke gebieden. De planten groeien ook beter bij hogere temperaturen. De optimum temperatuur moet echter niet overschreden worden, dan wordt het weer te warm voor planten om te groeien.
Een ander indirect effect gevolg op de plantengroei is dat stijging van de temperatuur een invloed heeft op de toename van schimmel- en insectenplagen. Wanneer er een zachte winter is zullen er zeer veel insecten overleven en is de kans groot dat er de zomer erna een insectenplaag is. Insecten zullen hele oogsten kapot eten.

Neerslagpatronen

Door de opwarming van de aarde verandert het neerslagpatroon. Het zorgt vooral voor een toename van de extreme weersomstandigheden. In verschillende gebieden wordt het steeds droger en droger. Wanneer het zeer droog is in een gebied zullen de planten en bomen zich aan deze situatie moeten aanpassen. Als eerste zullen de planten hun huidmondjes sluiten. Op deze manier neemt het waterverlies door transpiratie af. Het nadeel aan het sluiten van de huidmondjes is dat hierdoor ook de opname van CO2 wordt bemoeilijkt. Verder zullen planten veel energie gaan investeren in het laten groeien van wortels in de hoop dat ze hierdoor meer water kunnen opnemen. Dit gaat ten koste van de bovengrondse groei.
Droogte kan ook zorgen voor immense bosbranden waardoor hele ecosystemen worden weggevaagd.