Is de mens de laatste schakel in de evolutie?
Dieren zijn organismen met een aantal levensprocessen, net als planten. De wetenschap die zich daarmee bezighoudt heet zoölogie, dat van alle tijden is. Zelfs de oude Grieken hielden zich ermee bezig. Sinds Darwin is er sprake van verklarend onderzoek, zoals de evolutie, de morfologie en het aanpassingsvermogen van organismen. Ook de eencelligen behoren traditioneel tot die groep, ook al lijkt dat niet logisch en zijn de meningen erover verdeeld. De indeling en geleding van de dierenwereld ziet er dankzij de evolutie dan ook zeer indrukwekkend uit. Blijft de mens taxonomisch gezien de allerlaatste schakel?
Inhoud
De grens tussen plant en dier
Van dieren mag men stellen dat ze ogenschijnlijk onafhankelijker zijn van het milieu waarin ze leven dan planten. De aanpassing aan temperatuurverschillen is daarvan een goed voorbeeld. Het grootste verschil is echter dat dieren niet hun energie opwekken door
fotosynthese. Onder invloed van licht zijn planten in staat om uit voedingszouten, mineralen, water en koolzuurgas hun eigen voedsel te maken. Dieren missen dat vermogen.
Bron: Geralt, Pixabay Schimmels
Over het algemeen worden in de wetenschap alleen de veelcelligen tot het dierenrijk gerekend. Traditioneel horen daar echter ook de eencelligen in thuis. Of dat biologisch gerechtvaardigd is? De meningen zijn er nog steeds over verdeeld. Een voorbeeld daarvan is de
schimmel (zustergroep van het dierenrijk).
Overgangsvormen
De biologie omvat veel overgangsvormen. Sommige levende wezens kunnen uit mineralen met behulp van groene bladgroenkorrels en licht voedsel maken. Tegelijk hebben ze een oogvlek, waarmee ze licht opvangen. Net als de dieren. Ook verplaatsen ze zich met
zweep- of trilharen.
Organismen
Om een voorbeeld te noemen: de zeeanjelier is een zeeanamonensoort en lijkt op een bloeiende
plant, maar is een dier. Taxonomisch gezien is de zeeanjelier ingedeeld bij de Neteldieren (
Cnidaria) en de klasse van de Bloemdieren (
Anthozoa). De mooie ‘blaadjes’ zijn tentakels. Mede hierdoor is het vaak lastig te bepalen of een organisme tot het dieren- of plantenrijk behoort.
Is de mens een dier?
In biologisch opzicht wel. Ook uit gedragsonderzoek en
diercommunicatie komt dat duidelijk naar voren. Dat geldt ook voor het abstract denken. De ontwikkeling van een zogenaamde hoogstaande cultuur is echter typisch een menselijke gave … hoewel? Naarmate het onderzoek in de dierenwereld voortschrijdt, vervaagt waarschijnlijk ook die grens.
Wetenschappelijk-biologisch gezien is het onderscheid tussen mens en dier beslist arbitrair.
Traditionele, vereenvoudigde indeling van het dierenrijk
Charles Darwin (1809-1882) publiceerde in 1859
On the origin of species by means of natural selection (
Oorsprong der soorten). Zijn theorie had en heeft nog steeds grote invloed op het maatschappelijk en sociaal denken. Destijds zorgde het werk voor een
aardverschuiving in met name de filosofie en religie. De zoölogie is een tak van de biologie die het dierenrijk bestudeert. Het dierenrijk dat uit tal van ondergroepen bestaat, onderverdeeld in stammen.
Ongewervelde dieren
Ongewerveld wil zeggen dat deze dieren geen centrale streng hebben die het lichaam stevigheid biedt.
- Eencellige dieren: Eencelligen zijn microscopisch klein.
- Sponzen: Hebben een skelet van naalden tussen de cellen.
- Holtedieren: Hun lichaam kenmerkt zich door een zakvormig geheel. Met hun tentakels ‘vegen’ ze voedsel naar binnen.
- Platwormen: Zeer primitieve worm. Meestal leven ze parasitair, net als de rondworm.
- Ringwormen: Deze wormen zijn geleed. Ze bestaan dus uit afzonderlijke delen. De regenworm is daarvan een voorbeeld.
- Schaaldieren: De groep van krabben en kreeften.
- Insecten: De groep met de meeste soorten. Ze hebben een driedelig lichaam en zes poten.
- Spinnen: Behoren met de voorgaande twee groepen tot de geleedpotigen. Spinnen hebben acht poten.
- Weekdieren: Dieren met een week lichaam. Uit het water halen ze kalk waarmee ze hun schelp maken.
- Stekelhuidigen: Met de kalk uit het water vormen ze huidstekels, zoals de zeester.
DNA-streng /
Bron: ColiN00B, PixabayGewervelde dieren
De gewervelden zijn voorzien van een wervelkolom met een centrale zenuw, ofwel het ruggenmerg.
- Vissen: Gebonden aan het water.
- Amfibieën: Leven zowel op het land als in het water.
- Reptielen: Deze groep omvat alle dieren die wat betreft hun lichaamstemperatuur afhankelijk zijn van hun omringende milieu. Dat geldt trouwens ook voor de vissen en amfibieën.
- Vogels: Poëtisch gezegd zijn ze heer en meester in de lucht.
- Zoogdieren: De hoogst ontwikkelde dieren, waaronder de mens.
Wat komt er na de mens?
Een interessante vraag. De mens is volgens Darwin immers ontstaan uit de
primaat. Wetenschappers speuren al naar aanwijzingen die erop duiden dat er zich uit de mens een ‘zoogdier’ ontwikkelt dat ons in alle opzichten naar de kroon steekt, zoals wij onze voorgangers voorbij zijn gestreefd. Wat zal het worden als de mens niet de laatste schakel is? Een wezen dat sommigen in hun dromen zien: met een ‘waterhoofd’ en grote ogen, wezens die zich verplaatsen in wat men nu nog als
ufo’s beschouwt? Zien deze 'dromers' met andere woorden de verre toekomst van de mens?