Glaucoom (groene staar) bij de hond
Bij mensen komt het relatief vaak voor, maar ook bij dieren kan glaucoom ontstaan. Daarom is het belangrijk te weten welke vormen glaucoom er bestaan, wat de verschijnselen zijn en wat de dierenarts eraan kan doen.
Met de term glaucoom (groene staar) wordt een groep oogaandoeningen aangeduid die worden gekarakteriseerd door een vermindering van de gevoeligheid en functie, vervolgens dood van de netvliescellen en zenuwcellen en gezichtsveldverlies gevolgd door blindheid. Bij dieren gaan deze afwijkingen steeds met een verhoogde oogboldruk gepaard.
Primair, secundair, absoluut
Op basis van oorzaak worden drie vormen van glaucoom onderscheiden: primair, secundair en absoluut glaucoom.
- Primair glaucoom: er zijn geen gelijktijdige of voorafgaande andere oogaandoeningen aanwezig, maar het heeft te maken met een verkeerde ontwikkeling.
- Secundair glaucoom: hierbij is de oorzaak een andere oogaandoening, bijvoorbeeld lensluxatie, uveïtis of een tumor.
Vaak zijn de veranderingen zo ernstig dat niet duidelijk is of er sprake is van een primair of een secundair glaucoom. In dergelijke gevallen spreekt men van een absoluut glaucoom.
Acuut, chronisch, vergrote oogbol
Er kan ook een andere indeling gehanteerd worden, namelijk het onderscheid tussen acuut glaucoom, chronisch glaucoom en een vergrote oogbol.
- Acuut glaucoom: hierbij treedt plotseling (binnen uren), of in het begin ook wel aanvalsgewijs, een sterke drukverhoging op. Chronisch glaucoom: hierbij stijgt de druk minder sterk. Het verloop is chronisch en de druk kan aanvalsgewijs stijgen. De verschijnselen zijn veel minder duidelijk dan bij het acute glaucoom.
- Vergrote oogbol: dit ontstaat als het glaucoom al zo lang bestaat dat de wand van de oogbol uitrekt.
Acuut primair glaucoom komt als erfelijke oogafwijking voor bij onder andere de basset hound, de Amerikaanse cocker spaniël, de bouvier, beagle, flatcoated retriever, Hollandse herder, Siberische husky, tatra en chow chow.
Verschijnselen
- Acuut glaucoom: niet eten, depressie, en afwerend of ontwijkend gedrag bij het aanraken van de kop. Bij de mens is bekend dat een acuut glaucoom een heftige continue (hoofd)pijn veroorzaakt. De afwijkingen beginnen bijna altijd eenzijdig. Er is een diffuse, onregelmatige blauwwitte verkleuring van het gehele hoornvlies en er kan sprake zijn van duidelijk knipperen. Ook is toegenomen vaatinjectie te zien. De oogboldruk is meestal hoog. De pupil is lichtstijf en verwijd. Het oog is
- doorgaans (aanvankelijk nog omkeerbaar) blind.
- Chronisch glaucoom: vergelijkbare verschijnselen, maar minder uitgesproken.
Diagnostiek
De diagnose wordt gesteld op basis van de verschijnselen. De drukverhoging is moeilijk vast te stellen en moet worden bevestigd met tonometrie, bij een specialist.
Therapie
Een acuut glaucoom is een oogheelkundig spoedgeval dat direct adequaat moet worden behandeld. Als men een glaucoom vermoedt maar niet zeker is van de diagnose, dan moet de patiënt nog dezelfde dag worden verwezen naar een specialist die beschikt over een betrouwbare tonometer.
De basisprincipes van glaucoombehandeling zijn als volgt:
- Vermindering van de kamerwaterproductie
- Verbetering van de afvoercapaciteit
- Vermindering van het intra-oculaire volume
Als de druk zich na 1 tot 2 weken op een acceptabel niveau stabiliseert moet een onderhoudsdosering worden gezocht van de medicijnen die goed worden verdragen en die de eigenaar ook eenvoudig kan blijven toedienen. Wel kunnen nieuwe aanvallen optreden, die dan weer direct met hoge doseringen moeten worden gecoupeerd.
Als een glaucoom medicamenteus niet direct (binnen 2 tot 3 dagen) onder controle kan worden gebracht is er soms een chirurgische behandeling nodig.
Als na behandeling blijkt dat het oog onherstelbaar blind is, moet worden aangenomen dat het ook blijvend pijnlijk is. Dan kan het voor het dier het beste zijn om het oog te verwijderen.
Bij primair glaucoom is het belangrijk het andere oog door een specialist te laten onderzoeken. De eigenaar kan de ogen verder regelmatig, maar in ieder geval bij de geringste aanwijzing, controleren door middel van een drukmeting met de vingers op de oogbol en inspectie van het oog en het opwekken van verkleining van de pupil met een penlampje. Verder kan het (nog) niet aangetaste oog preventief worden behandeld met medicatie.
Honden met een primair glaucoom dienen te worden uitgesloten van de fokkerij. Ook de ouderdieren kunnen hiervoor beter
niet meer worden gebruikt.
Prognose
Als niet snel therapeutisch wordt ingegrepen treedt binnen 2 tot 7 dagen ernstige en blijvende schade op, wat resulteert in definitieve blindheid. Ook bij een goede therapeutische behandeling is de prognose voor het gezichtvermogen op de lange termijn gereserveerd.