Postduiven, voorbereiding op wedvluchten

Postduiven, voorbereiding op wedvluchten De tijd dat je de postduiven zomaar uit het hok kan nemen om ze op een wedvlucht te zetten is al lang voorbij. Ongeveer een halve eeuw geleden was het normaal dat een duif die op zaterdag op een verre vlucht gelost werd weer in de loop van de week daarop weer thuis kwam is definitief voorbij. De in Nederland populaire middaglossingen op verre vluchten (800-1100 km) ondervinden hier hinder van. De duiven worden op de vrijdagmiddag gelost waarbij er van wordt uitgegaan dat ze op zaterdag in de ochtend weer thuis zullen komen. Dit blijkt alleen nog maar mogelijk als de omstandigheden voor de duiven minder gunstig zijn, dat wil zeggen dat de duiven tegenwind hebben en een lagere snelheid maken. Maar zelfs dan zijn er duiven die doorvliegen en in de nacht arriveren.
Bron: Falco EbbenBron: Falco Ebben

Toename kwaliteit

Om met succes een wedvlucht te volbrengen dient een duif te beschikken over een goed oriëntatievermogen, goede gezondheid en de duif dient ook goed te zijn voorbereid op de wedvlucht. Met postduiven wordt al enkele eeuwen wedstrijdsport bedreven en in al die jaren is er sprake geweest van selectie. Het mag dan ook niet verbazen dat daar waar het gaat over de noodzakelijke kwaliteiten die nodig zijn om een wedvlucht te kunnen vervliegen, deze kwaliteiten in de huidige postduivenpopulatie veel beter zijn verankerd. Aan het principe dat men vooral uit goede duiven, die zich op wedvluchten bewezen hebben, wil kweken is in al die jaren dat men duivensport kent niets verandert. Dit principe heeft een enorme invloed gehad op de kwaliteiten van de huidige postduif. Maar er zijn natuurlijk ook andere invloeden die bijdragen aan het feit dat de huidige postduif niet meer vergelijkbaar is met zijn soortgenoten decennia geleden. Veel andere zaken rond de duivensport hebben daartoe ook bijgedragen.

Professionalisering

De postduivensport heeft zeer lang een sterk hobbymatig karakter gehad. Er waren altijd wel enkele mensen die domineerden in de uitslagen en duiven kweekten die zeer gewild waren. De duiven die deze mensen kweekten kregen zelfs een titel mee die als ras werden aangeduid. Het waren Catryse-duiven, Klak-duiven, Janssen-duiven, Verbart-duiven, enzovoort. Maar de mate van professionaliteit ten opzichte van de huidige duivenhouders is van een echt andere grootte. De huidige professionele houders hebben in de regel zeer veel duiven en is het verzorgen en trainen van de duiven in handen van full-timers. In het kielzog van deze professionals mengen zich echter ook de duivenhouders die zich niet wensen neer te leggen bij de hegemonie van de professionals. Deze fanatieke groep van duivenhouders manifesteren zich nadrukkelijk tussen de professionals. Er is daarom sprake van een groeiende groep sterke spelers waardoor de selectie op goede duiven nog veel meer aandacht krijgt.

Methodes

Onder methodes verstaan we de wijze van houden en voorbereiden van de duiven op wedvluchten. Het is echt verleden tijd dat de duiven gehouden werden op wat standaard voer en vervolgens de mand in gingen voor een wedvlucht. De duiven kennen nu een voorbereiding die in het najaar al begint. De duiven moeten goed ruien en goed de winter doorkomen. Het is dan misschien wel rustseizoen voor de duiven, maar niet voor de houder van de duiven. De verzorging mag ook in deze maanden niets te wensen overlaten. De duiven worden via een vastgesteld trainingsprogramma in het ritme gebracht voor de wedvluchten nadat zij al dan niet nog een nestje jongen hebben grootgebracht. Iedere specialist heeft veelal zo zijn eigen methode van trainen en voeren. Naast de klassieke scheiding van het spelen op weduwschap of nestspel, zien we ook verschillen in het aanbieden van voermengelingen en voedingssupplementen.

Bron: Ton EbbenBron: Ton Ebben

Voer

Voerschema’s die worden gehanteerd laten vooral verschillen zien in de afstanden die de duiven moeten vliegen. Of een duif wordt meegegeven voor een wedvlucht van 200 km of 1000 km. maakt in het voeren van de duiven heel veel uit. Uit onderzoek is gebleken dat de duif in het eerste tien minuten uitsluitend glycogeen als brandstof verbruikt. Dit verbruik van glycogeen zet zich daarna nog 40 minuten door waarbij glucose en vetzuren uit de bloedbaan en lever worden verbruikt. Daarna worden de vet(zuur)reserves aangesproken. Deze reserves bevinden zich vooral in de spiervezels in de borst. Feitelijk is dit de brandstoftank voor onderweg. Deze tank dient ongeveer 3 gram vetverbruik per uur te leveren. Naarmate een vlucht een verdere afstand heeft dient de tank beter gevuld te zijn. De duiven verbruiken ongeveer 3,5 gram vet per uur. Door naar het vetgehalte van het voer te kijken is redelijk nauwkeurig in te schatten hoe het zit met het vetreserve van de duif. Een gemiddelde duif eet ongeveer 40 gram voer per dag, per week is dat afgerond 200 gram. Bij een vetgehalte van 10 gram geven we de duif 20 gram vetreserve mee. Het eerste uur vliegt de duif op glycogeen, daarna heeft hij nog een vetreserve van 20 gram. Hierop kan de duif ongeveer nog 6 uur vliegen, in totaal dus 7 uur. Dit is toereikend voor een vlucht van 500 km met een gemiddelde snelheid van 70 km per uur. Een duif op een korte afstand heeft hier helemaal niets aan en kan zelfs nadelig zijn omdat een duif dat allemaal wel mee moet nemen. Een doordacht voerschema is daarom van groot belang.

Medische begeleiding

De medische begeleiding heeft binnen de duivensport een hoge vlucht genomen. Vooral dankzij het feit dat er dierenartsen zijn geweest die zich hebben gespecialiseerd in duiven is de kennis van duivenziekten en de bestrijding en preventie daarvan op een hoog peil gekomen. Het waren overigens bijna zonder uitzondering dierenartsen die zelf ook de duivensport bedreven of nog steeds bedrijven. Dr. Stam was een van de pioniers en op dit moment zijn er in Nederland en België zeker twintig duivenartsen met een actieve praktijk voor bijna uitsluitend duiven. Ook bij de individuele duivenhouders is sprake van een redelijk goede kennis van gezondheid en ziekten van duiven.

Bron: Ton EbbenBron: Ton Ebben

Conservatisme

Alle ontwikkelingen binnen de duivensport hebben onder meer tot resultaat dat de postduif van nu onvergelijkbaar is met de postduif van 200 jaar geleden, maar ook is de duif bij lange na niet vergelijkbaar meer met de duif van een vijftig jaar geleden. Toen was men al heel tevreden als een duif die gelost werd op 1.000 kilometer binnen 48 uur thuis kwam. Als er nu een duif op 1.000 kilometer gelost wordt in de ochtend en er zijn geen buitengewone omstandigheden dan is de kans dat de duif nog op dezelfde dag thuiskomt heel groot. In Nederland zijn al vele jaren lang middaglossingen populair. Dat wil zeggen dat op verre vluchten van 800 tot 1150 kilometer de duiven rond 13.00 uur gelost worden. Vroeger kwamen deze duiven afhankelijk van de weersomstandigheden in de loop van de volgende ochtend van de volgende dag thuis. Dit is echt verleden tijd. De duiven komen nu in de late avond en vooral ook nacht thuis. Duiven blijken steeds vaker in de nacht ook door te vliegen. Hoewel duiven geen nachtdieren zijn vliegen ze toch door en waarschijnlijk komt dat omdat de beter voorbereide duiven geen vermoeidheid vertonen als er geen zware omstandigheden zijn zoals een stevige tegenwind en men bovendien over voldoende ‘brandstof’ beschikt om door te vliegen. Middaglossingen zijn daarom voor onze huidige postduiven geen geschikte vluchten meer. Bij de postduivensport gaat het vooral om oriëntatie en niet om het de eigenschap om in de nacht te vliegen en op een verlichte landingsbaan thuis te komen. Zolang als echter de conservatieve opvattingen blijven domineren is het wachten op het inzicht van een meerderheid die op verre vluchten gewoon kiezen voor een ochtendlossing en daarmee aan het nachtelijk spektakel een einde maken.
© 2013 - 2024 Linus, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Postduiven houdenPostduiven houdenPostduiven houden is een vak apart, het wordt namelijk een deel van je leven. In Nederland is postduiven houden al vrij…
Glucose, brandstof voor ons lichaamGlucose, brandstof voor ons lichaamTien eetlepels glucose verbruiken onze hersencellen elke dag en constant circuleren in ons bloed een of twee theelepels…
Hoe regelt je lichaam de bloedsuikerspiegel?Hormonen zijn van grote invloed op de stofwisseling in ons lichaam. Een van de belangrijke gehaltes die op pijl wordt ge…
Schimmelinfectie bij postduiven, diagnose niet eenvoudigSchimmelinfectie bij postduiven, diagnose niet eenvoudigEen schimmelinfectie, aspergillose, bestaat uit een reeks van ziekten veroorzaakt door een schimmel uit het geslacht Asp…

Leewieken van vogels verbodenLeewieken van vogels verbodenOp 25 maart 2013 heeft staatssecretaris Dijksma in overleg met de Kamercommissie voor economische zaken aangegeven het v…
De kauw, een intelligente vogelDe kauw, een intelligente vogelHet kauwtje is de kleinste kraaiachtige die we in Nederland kennen. De kauwen hebben een zeer groot verspreidingsgebied.…
Bronnen en referenties
  • Inleidingsfoto: Falco Ebben
  • Afbeelding bron 1: Falco Ebben
  • Afbeelding bron 2: Ton Ebben
  • Afbeelding bron 3: Ton Ebben
Linus (121 artikelen)
Gepubliceerd: 24-03-2013
Rubriek: Dier en Natuur
Subrubriek: Vogels
Bronnen en referenties: 4
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.