Opvoeding van onze hond

Door een verkeerde opvoeding kunnen honden slechte manieren krijgen, die helaas meestal niet zo makkelijk af te leren zijn. 'Slechte' manieren, ontstaan meestal door verkeerde, of gebrek aan, opvoeding. Als je een verkeerde opvoeding terug wilt draaien, kost dat veel geduld, tijd en vooral consequentie. De hond weet niet dat hij slechte manieren heeft, hij gedraagt zich slechts zo, omdat hij denkt dat het zo goed is. Hij heeft het immers zo geleerd.

Opvoeding

Iedere vierbener heeft vanaf het begin een goede opvoeding nodig. De beste vriend van de mens behoort tot de roedeldieren, die instinctief bij een sociale groep wil horen. Ze hebben leiding nodig, anders weten ze niet hoe ze zich netjes gedragen moeten. Daarbij speelt het geen rol of de groep uit soortgenoten of mensen bestaat. Als de hond geen juiste opvoeding krijgt, kent hij de omgangsregels niet, wat tot nare gedragsproblemen kan zorgen. De hond kan bijv. proberen de leiding in de roedel over te nemen. Hij zal dan niet meer luisteren naar de baas, wat tot grote problemen kan leiden.

Bedelen

Al kijkt de hond nog zo smekend, ze mogen nooit bij de tafel of bij het koken gevoerd worden. Doe je dit wel, dan leert de hond door verkeerde opvoeding dat er altijd wat lekkers voor hem is, als je eten kookt of met zijn allen aan tafel zit. Als hij dan eens een keer niets krijgt, begrijpt hij niet waarom, en zal gaan bedelen. Blijf daarom vanaf het begin consequent, hou vaste voertijden aan en geef de hond zijn of haar eten in de voerbak, bij voorkeur op dezelfde tijd als wanneer je zelf eet. Wat ook goed is om de hond te leren is dat hij niet onmiddellijk aan mag vallen op de voerbak zodra je die neerzet. Als hij braaf moet wachten, krijgt hij bijv. als beloning wat extra lekkers. Zo leert de hond nog eens dat hij gehoorzaam moet zijn.

Op de bank of op bed

De hond in bed is gezellig, zolang hij nog klein is of braaf aan het voeteneinde blijft liggen. De hond begrijpt echter niet, dat met 'op bed' niet het hele bed bedoeld wordt, dat hij bijv. niet op het kussen mag liggen. Ook snapt hij niet, waarom hij met droge poten wel, maar met natte poten niet op de bank mag. Slechte manieren als stiekem op bed of op de bank slapen, als je niet kijkt, zijn ook gevolgen van een slechte opvoeding. Als je niet consequent bent, kan de hond de regels niet weten en dus ook niet leren. Wil je de hond dus niet op de bank of op bed hebben, dan mag hij dat nooit.

Springen

Misschien vind je het zelf niet vervelend als een hond tegen voorbijgangers opspringt of likt om ze te begroeten. Maar lang niet alle mensen vinden dat prettig, soms worden mensen er zelfs bang van. Leer je hond vanaf het begin dat hij tegen niemand opspringen mag.

Blaffen

Als je een hond wil afleren steeds te blaffen, is dat niet makkelijk. Het is eenvoudiger, hem het blaffen helemaal niet aan te leren. Leer het dier het commando 'stil' en zorg ervoor dat hij zo min mogelijk reden heeft om te blaffen.

Zorg dat hij zich zeker en veilig voelt, hou hem bezig, zodat hij niet uit angst of verveling hoeft te blaffen.

Trekken aan de lijn

Door een verkeerde opvoeding kan het gebeuren, dat de hond bij het wandelen aan de riem trekt. Hij heeft dan geleerd dat wanneer hij aan de lijn trekt, hij gaat in de richting die hij wil. Je kunt dan het beste meteen blijven staan als hij trekt en pas weer verder lopen als hij ermee ophoudt. Op deze manier leert hij dat het geen zin heeft om te trekken.

Bedtijd

In de avond kun je je hond met een vast ritueel naar 'bed' sturen. Hij zal het fijn vinden als je hem naar zijn slaapplaats brengt en daar nog eens uitgebreid met hem knuffelt. Mettertijd zal hij leren dat dit betekent dat het nu tijd is om te gaan slapen. Als je het dier dan de volgende ochtend weer vrolijk begroet, zal hij snel doorslapen en weten dat je er de volgende nog voor hem bent.

Rituelen

Honden worden iedere dag met situaties geconfronteerd, die voor hen uitdagend of verwarrend zijn. Ze moeten geduldig op hun eten wachten, ze moeten rustig blijven bij de wandeling en soms urenlang alleen thuis blijven, wachten op het baasje of vrouwtje. Met vaste rituelen wen je je hond aan zulke situaties en help je hem, er beter mee om te gaan. Ontwikkel je eigen rituelen en let er daarbij op, wat de hond prettig vindt.